Met neuzen tellen kom je er niet. Is 10 op 100 weinig, aanvaardbaar of veel? En 14 op 100? Of 17 op 150? Er zijn rapporten geschreven die pretenderen een getalsnorm voor management te hebben berekend, maar die stukken zitten vol aannames over wat medewerkers aan leiding ‘nodig’ hebben.
Daar valt wel wat op af te dingen, de reden waarom ik dit boek heb geschreven. Trouwens, wat is een leidinggevende? De officiële organogrammen geven zelden de volle werkelijkheid weer. Daar zie je alleen de professionals, de beroepsmanagers. Maar over de werkvloer hangt nog een nevel van informele managers, mensen die het ‘erbij’ doen, meestal zonder een heldere positie. Ze hebben de meest uiteenlopende namen: coördinator, senior, eerste medewerker, aanspreekpunt, kameroudste, werkbegeleider en afdelingsvertegenwoordiger. Vaak hebben ze nog vervangers of zelf aangezochte hulpjes en rechterhanden.