Daniel Pink zet in zijn boek Drive: The surprising truth about what motivates us helder uiteen dat voor intrinsieke motivatie drie elementen belangrijk zijn:
- zingeving
- meesterschap
- autonomie
Zingeving
Zingeving, purpose, why of missie gaan in feite over de ‘magneet’, zoals eerder beschreven. Dat kan heel hoogdravend en idealistisch zijn, zoals een betere wereld, duurzame producten of een betere zorg. Maar het kan ook veel kleiner en concreter zijn: een mooi gazon, een gaaf product of een blij gezicht bij de ander. Zingeving heeft altijd met een groter geheel dan jezelf te maken.Meesterschap
Iedereen schept er genoegen in iets goed te kunnen en daar steeds beter in te worden. Goed en beter kun je afmeten aan je omgeving, maar vooral ook aan jezelf, gisteren, vandaag en morgen. Ik zal zelf nooit een hardloopwedstrijd winnen, toch wil ik er elke week een beetje beter in worden en houd ik mijn tijden en afstanden nauwkeurig bij. Meesterschap gaat niet over werken aan je zwakke punten, maar over versterken waar je goed in bent, wat je leuk vindt en waar je beter in wilt worden.Autonomie
In hoeverre kun je zelf beslissingen nemen, kiezen om iets wel of niet te doen en vooral de manier waarop? Daar gaat autonomie over. Autonomie is de eerste die sneuvelt bij extrinsieke motivatie. Iets ‘moeten’ van een ander tast de autonomie aan, ook al wilde je het zelf. Deze drie elementen zijn haast onlosmakelijk met elkaar verbonden. Meesterschap zonder autonomie wordt een ‘moetje’. Zingeving zonder meesterschap maakt machteloos. Meesterschap zonder zingeving maakt nutteloos. Autonomie zonder zingeving laat je eenzaam ronddobberen enzovoort. Wat betekent dit nu voor jou, de manager? Als we nu weten dat intrinsieke motivatie een krachtig middel is voor het creatief oplossen van complexe problemen. Als we weten dat dit steeds belangrijker wordt in deze complexe wereld van snelle veranderingen. Als we weten dat talent schaars wordt voor organisaties. Als we weten welke drie elementen cruciaal zijn. Als we dat allemaal weten, wat kunnen wij, de managers, dan doen? Om te beginnen: ga je met deze bril op eens verbazen over de dingen die we hebben opgetuigd in organisaties en waar jij aan meedoet. Wat is je eigen rol? Tel eens wat vaker tot tien. Gebruik die tijd om je af te vragen:- Maken we maximaal gebruik van elkaars intrinsieke motivatie?
- Draagt deze interventie/dit proces/deze afspraak hieraan bij of ondermijnt zij dat juist?
- Welke alternatieven zijn er?
- Zullen we eens wat experimenteren?