We hebben de hardnekkige overtuiging dat lopen tijd kost. Ook op de Wandel Tijdens Je Werkdag ’23, want dat is het op 6 april. ‘Maar we hebben niet zoveel tijd.’ Hoe vaak ik dat niet gehoord heb als reden om een overleg zittend te doen, ook als er bijvoorbeeld een halfuur gepland was, en het idee ook was om dat gewoon te benutten. De vrees is dat de tijd minder goed besteed kan worden. En vervolgens zie je het gebeuren: het besef van tijd ontbreekt, een van de deelnemers voelt twee minuten voor de geplande eindtijd nattigheid, kijkt op z’n horloge, ziet dat de tijd bijna op is en dat het de hoogste tijd is voor afspraken en conclusies. Twee minuten is wel erg kort, het zittende overleg loopt uit, terwijl de intentie bij aanvang juist was om snel klaar te zijn.
Halfuur lopen duurt ook 30 minuten
Feit is dat een halfuur lopen net zo lang duurt als een halfuur zitten, namelijk: dertig minuten. Onze perceptie van tijd is een heel ander verhaal, de tijd kan voorbijvliegen of voortkruipen als een slak. De tijd kan in onze perceptie stilstaan. Onze perceptie van tijd wordt beïnvloed door allerlei subjectieve aspecten, zoals of we iets leuk vinden om te doen, of het veel inspanning vergt, en zelfs door het looptempo (al is dat op een loopband).
Het punt is dat de mensen die de tijd aankaarten, bedoelen dat ze het gevoel hebben tijd te verliezen door te gaan lopen. De productiviteit neemt voor hun gevoel af. Maar onze perceptie van tijd en onze productiviteit hebben niet zo veel met elkaar te maken. Als we werken in een flow, waarbij je zo lekker geconcentreerd bezig bent dat het besef van tijd zo goed als verdwijnt, hebben we de hoogst productieve uren. Hoe zit dat dan met wandelmeetings?
Tijdsbesef juist versterkt
Om te beginnen is mijn ervaring dat het lopen van een (bekende) weetingroute je tijdsbesef versterkt, op een prettige manier, namelijk doordat je weet waar je ongeveer op de route (en dus op welk punt in de tijd) bent: bijvoorbeeld op een derde, de helft, of met het eindpunt in zicht. De kans dat je overvallen wordt door het feit dat de tijd op is, is klein. Dat geeft gelegenheid om tijdig bij te sturen. Ten tweede wordt de kwaliteit van veel overleggen die lopend plaatsvinden beter, doordat het contact beter wordt, het makkelijker is om moeilijke dingen te bespreken, de creativiteit en je probleemoplossend vermogen toenemen. Dat werkt versnellend. (Dat wil niet zeggen dat elk overleg lopend beter gaat – mijn boek Walk you meeting gaat uitgebreid in op de vraag welke overleggen wel, welke niet.)
Het enige wat daadwerkelijk extra tijd kan kosten is de logistiek. Je jas pakken, naar buiten gaan, eventueel moet je je spullen veilig achterlaten. Lopen vraagt een iets andere voorbereiding, en hoeveel tijd dit kost is afhankelijk van waar je vandaan komt. Maar het kost niet meer tijd dan zitten.
Bron: Walk your meeting
Door: Martine de Vaan
