Duurzaamheid kan leiden tot worstelingen binnen een organisatie. Zeker op momenten dat ondernemers en/of controllers voor de keuze staan bij een investeringsselectie waarbij duurzaamheid een mogelijke optie is. De duurzame keuze zou ten koste kunnen gaan van het rendement of is nog zo nieuw waardoor er veel onzekerheid gepaard kan gaan bij deze investering.
Nieuwe investeringsmodellen
Nieuwe investeringsmodellen welke duurzaamheid of maatschappelijk rendement kunnen kwantificeren kunnen helpen bij het beter inzichtelijk maken van deze investeringskeuzes. Maar in welke mate worden deze modellen gebruikt en hebben ze daadwerkelijk invloed op de uiteindelijke keuze? Welke andere motivaties spelen een belangrijke rol bij deze investeringsselecties? Zowel intrinsieke als extrinsieke motivatie werkt als aanjager bij de keuze van een duurzame investeringsvariant.
Bij intrinsieke motivatie kan gedacht worden aan een persoonlijke drijfveer die doorslaggevend is bij het nemen van duurzame of maatschappelijk verantwoorde keuzes. Extrinsieke motivatie zal zijn uiting kunnen krijgen in het kiezen voor duurzaamheid wanneer er een subsidie in het vooruitzicht wordt gesteld of door een verplichting vanuit vernieuwde wet- en regelgeving. Bij zowel intrinsieke als extrinsieke motivaties is het van belang om een gedegen investeringsberekening uit te voeren om de continuïteit van de organisatie niet in gevaar te brengen. Een onverantwoorde investering is immers niet duurzaam in de zin van het voortbestaan van de organisatie.
Er zijn diverse initiatieven op de markt om duurzaamheid en/of maatschappelijke verantwoording in een investeringsbeslissing kwantitatief mee te nemen. Hierbij valt onder meer te denken aan ‘full cost accounting’, ‘True pricing’, Maatschappelijke kosten- batenanalyse, Social Return on Investment (SROI), Maatschappelijke business cases of Nieuwe Business Modellen.
Goede ontwikkeling
Dit is een prachtige ontwikkeling. Om deze moderne investeringsmodellen goed aan te laten sluiten op de behoeften van ondernemers en controllers is het belangrijk om een goed beeld te hebben van de motivatie van ondernemers en controllers bij (duurzame)investeringsselecties. Het lectoraat Duurzaam Financieel Management van de Hanzehogeschool heeft onderzoek gedaan naar besluitvorming rondom duurzame investeringsvraagstukken om een inzicht te creëren in dit besluitvormingsproces. Hiertoe is er bij zowel duurzame als niet duurzame bedrijven onderzoek gedaan naar motivaties rond investeringsselecties en het gebruik van deze nieuwe investeringsmodellen.
Om een betrouwbaar beeld te kunnen creëren is er bij evenveel duurzame als niet duurzame organisaties onderzoek verricht in de vorm van kwalitatieve interviews. Het was opmerkelijk lastiger om bij zichzelf niet duurzaam noemenden bedrijven aan tafel te komen ten opzichte van zichzelf duurzaam noemende bedrijven. Onder de respondenten bevinden zich grote internationaal opererende Nederlandse bedrijven. Een aantal van de meest opmerkelijke bevindingen zullen hier in de vorm van quotes worden gepresenteerd. In eerste instantie wordt er een inzicht gegeven in de diverse motivaties om wel of niet voor duurzaam te kiezen. Vervolgens wordt kort besproken in hoeverre er gebruik wordt gemaakt van nieuwe investeringsmodellen.
Beslissen op basis van gevoel
Intrinsieke motivatie kan leiden tot het nemen beslissingen op basis van gevoel en het nemen van grotere risico’s met betrekking tot duurzame keuzes.
“Toch was er het gevoel dat er nog meer te halen was (red. bij deze investering). We zijn de markt opgegaan en hebben een partij gevonden die helemaal geen kennis had van onze industrie maar wel ervaring had in het hergebruiken van warmte om daar energie uit te winnen. Zij hadden hun investeringsaanvraag geschreven op een waarschijnlijke besparing van 30%. Dus in plaats van de gegarandeerde besparing van 20% via de conventionele methode werd het een waarschijnlijke 30%. De techniek was super duurzaam en innovatief maar betrof zeker een risico. Toch hebben we het gedaan en inmiddels zitten we op een besparing van 45% aardgas op ons totaalverbruik van enkele tonnen m3. Daarnaast besparen we 8% materiaalkosten doordat het een efficiënter proces is geworden. Natuurlijk was dit wel een risico en hadden we voor de gegarandeerde 20% reductie kunnen gaan, maar als je verder wilt komen dan moet je soms risico’s nemen.”
Beslissen op basis van je netwerk
Het netwerk waarin de organisatie opereert heeft daarnaast een belangrijk effect op de keuzes die een organisatie maakt. Wanneer een belangrijke speler in een supply chain duurzaam en/of maatschappelijk verantwoord wil opereren dan moeten partners mee.
“De directeur heeft een groot netwerk. Wanneer in dit netwerk wordt gesteld dat er bijvoorbeeld moet worden ingezet op luchtzuivering dan neemt hij dat serieus in overweging. Hij gaat op onderzoek uit bij bedrijven in zijn omgeving die al een dergelijke installatie hebben en beslist of hij hier iets mee wil. Uit zichzelf zou hij een dergelijke investering niet snel bedenken. Hij kijkt naar de mensen die hij vertrouwt en gaat voor dezelfde leverancier van het product.”
Geef ruimte voor innovatie en ontwikkeling
Het werken aan duurzaamheid kan, zeker in de beginfase, tijd kosten. De tijd die de ondernemer of medewerkers hebben om zich te oriënteren op innovatie en duurzaamheid is van directe invloed op investeringsafwegingen. Onderstaande quotes uit twee verschillende organisatie geven hier een goed inzicht in.
“Het is gewoon veel te druk op de zaak. Niemand heeft tijd om aan dingen te werken buiten zijn of haar kerntaken om. Dus naar nieuwe ontwikkelingen kijken zal niet snel gebeuren. Op je kerntaken word je afgerekend, dus daar kan je beter je focus leggen.”
“Voorheen was iedereen echt met zijn kerntaak bezig, dat is meestal nog zo. Ik heb zelf een beetje een bijzondere rol binnen het bedrijf weten te creëren. Daardoor kan ik kijken naar nieuwe ontwikkelingen in de markt. Ik heb nu gewoon de tijd om nieuwe projecten op te pakken. Sinds anderhalf jaar heb ik ruimte in mijn dienstverband. Projecten met het oog van duurzaamheid is nu één van mijn kerntaken.”
Invloed van de investeerders
Uiteraard heeft de termijn waarop rendement wordt verwacht zijn invloed op investeringskeuzes die worden gemaakt. De keuze voor investeerders waarmee wordt samengewerkt heeft een belangrijke invloed op de richting van de organisatie.
“Geld staat op één, dan een gigantisch gat van niets en daarna pas wordt naar andere dingen gekeken. Dat is de huidige mindset. Investeerders accepteren het niet wanneer er winst aan de kant wordt gezet voor duurzaamheid”.
“De zonnepanelen hebben bijvoorbeeld een terugverdienperiode van 8 jaar met garantie van 12 jaar. In principe gaan ze 25 jaar mee. Daar kan je dus niets op verliezen. Er zijn inderdaad bedrijven die nu een investering doen en over een jaar het alweer terug willen hebben. Ik kijk liever op de langere termijn. Ik wil het bedrijf in 2019 overnemen en de rest van mijn leven daar werken. Ik wil dus investeringen doen die meer op de lange termijn gericht zijn. De terugverdienperiode op korte termijn is dan niet relevant.”
Er wordt geen gebruik gemaakt van moderne investeringsberekeningen
Opmerkelijk was dat bij geen enkele respondent gebruik werd gemaakt van een investeringsmodel waarbij duurzaamheid en maatschappelijke verantwoording kwantitatief worden meegenomen.
“De social return on investment ken ik wel maar we doen er niets mee. Misschien wel interessant hoor. Eigenlijk zijn onze beslissingen gewoon op gevoel gemaakt. We beslissen dan met het idee van het boeit ons niet echt wanneer we het terugverdienen”.
Conclusie
Het doel van dit onderzoek was om een inzicht te krijgen in de motivaties die een rol spelen bij investeringselecties waarbij duurzaamheid een rol kan spelen en in het gebruik van moderne investeringsmethoden in het bedrijfsleven bij deze investeringsvraagstukken.
Onder de duurzame en niet duurzame bedrijven die open stonden voor dit onderzoek bleek verrassend genoeg dat er geen gebruik gemaakt wordt van investeringsberekeningen waarbij zowel duurzaamheid als maatschappelijke verantwoording een rol spelen. Op basis van de gehouden interviews blijken er wel enkele invloedrijke randvoorwaarden van invloed te zijn bij de keuze voor een duurzame of niet duurzame investeringsvariant.
De zes geïdentificeerde randvoorwaarden kunnen worden ingedeeld naar voorwaarden die enkel bij duurzame organisaties, niet duurzame organisaties of bij beide categorieën een rol spelen.
De factor gevoel speelt enkel en rol bij duurzame bedrijven.
De factor wet- en regelgeving en speelt enkel bij niet duurzame bedrijven.
De factoren beschikbare tijd voor innovatie en duurzaamheid, netwerk, subsidies en invloed van investeerders spelen bij zowel duurzame als niet duurzame organisaties een rol.
Aanbevelingen
Op basis van deze resultaten kunnen de volgende aanbevelingen worden gedaan aan bedrijven die voor een investeringskeuze staan. Van de hiervoor geïdentificeerde factoren zijn er enkele die vanuit de organisatie zijn te beïnvloeden. Het is dus goed om hier op te sturen.
- Creëer tijd en ruimte in de organisatie om investeringsvarianten degelijk te onderzoeken.
- Maak inzichtelijk welke concrete beperkingen en mogelijkheden er worden gecreëerd voor de toekomst van de organisatie bij het aantrekken van investeerders.
- Maak gebruik van de beschikbare moderne investeringsmodellen om tot een verantwoorde investeringskeuze te komen en om eventueel gevoel of intuïtie te onderbouwen.
Het onderzoek is in de vorm van een scriptie uitgevoerd door Hjalmar van Tolie BSc onder begeleiding van Marcel van der Werf MSc., vanuit het Lectoraat Duurzaam Financieel Management van de Hanzehogeschool Groningen. Dit artikel is geschreven door Marcel van der Werf MSc.