Je hebt misschien wel eens de term efficiënte supply chain gehoord, of ‘lean’, ‘lage-kosten-‘ of ‘kostenfocus’-supply chain. Aan het andere uiteinde hebben we de responsieve supply chain, die sommige mensen misschien ‘agile’ of ‘flexibele’- supply chains zouden noemen. Merk overigens op dat de term ‘lean’ in de context van een typologie van een supply chain-strategie niet het exacte equivalent is van de term ‘lean’ in de context van de ‘lean management’-benadering, die meer gaat over een procesgeoriënteerde methodologie voor continue verbetering (en die in feite binnen de context van elke supply chain-strategie kan worden toegepast).
Een supply chain met focus op de kosten verschilt waarschijnlijk sterk van een responsieve supply chain, hoewel er in beide gevallen waarschijnlijk sprake zal zijn van productie, voorraden die zijn opgeslagen in magazijnen, en vrachtwagens die rondrijden om dingen af te leveren. Maar de manier waarop ze fysiek zijn gestructureerd, de regels die van toepassing zijn bij de planning en beheersing, de manier waarop systemen worden gebruikt of hoe de organisatie is ingericht, zijn in het ene geval waarschijnlijk heel anders dan in het andere geval.
Bouwstenen afhankelijk van strategie
De manier waarop we de verschillende bouwstenen van de supply chain gebruiken, zal in hoge mate afhangen van de gekozen bedrijfsstrategie. Als mijn klanten hoge leverbetrouwbaarheid van mij willen, wil ik misschien iets hogere voorraadniveaus aanhouden zodat ik producten altijd beschikbaar heb.
Of wil ik misschien in zeer snelle productiemachinerie investeren, wat snel make-to-order beleid mogelijk maakt. Als mijn klanten daarentegen de voorkeur geven aan lage kosten boven betrouwbaarheid, zal dit plaatje uiteraard veranderen: de focus verschuift dan naar het produceren van grotere productiebatches of het inkopen van grotere hoeveelheden bij goedkopere leveranciers.
Link tussen corporate strategie en supply chain strategie
Het eerste dat we dus moeten doen, is een duidelijke link leggen tussen corporate strategie en supply chain-strategieën. Een beroemd en baanbrekend artikel over dit onderwerp is geschreven door Fisher (1997), die in essentie een op het product gebaseerde zienswijze aannam en stelde dat sommige producten een onvoorspelbaardere vraag hebben – ofwel omdat ze nieuwer op de markt zijn en het succes ervan nog niet is bewezen, ofwel omdat ze bijvoorbeeld meer variatie hebben in hun eindversies omdat er uit veel verschillende features kan worden gekozen (waardoor er veel verschillende combinaties mogelijk zijn), ofwel omdat er veel productpromoties plaatsvinden in de retailkanalen. Fisher bedacht hier de term innovatieve producten voor.
Andere producten hebben een stabielere en daardoor beter voorspelbare vraag omdat ze al een tijdje meedraaien en de vraag ernaar wel zo’n beetje bekend is of omdat ze minder features hebben om uit te kiezen, of minder promoties. Fisher noemt deze de functionele producten. Fishers punt is dat innovatieve producten een andere supply chain-benadering vereisen dan functionele producten. Hij noemt deze twee uitersten physically efficient supply chains voor de functionele producten en market-responsive supply chains voor de innovatieve producten.
Bron: Supply Chain Meesterschap
Door: Ed Weenk