Tempelpleinen. Wachtkamers in een ziekenhuis. Treinstations. Vliegvelden. Kleedkamers in theaters. Coffee corners in bedrijven. Zitjes voor de directiekamer. Tussen-ruimtes hebben mij altijd gefascineerd. In mijn eerste studiejaar als antropoloog deed ik leeronderzoek naar gedrag van mensen in wachtkamers. Eindeloze stroomschema’s van wie met wie praat en waarover.
Wachtkamergedrag is bijzonder. Mensen die elkaar in een winkel nooit zomaar zouden aanspreken, doen dat in de wachtkamer van een ziekenhuis wel. Delen ze opeens heel intieme informatie. Over de bobbel in hun nek. Over het overlijden van hun man het jaar ervoor. Over de eetstoornis van hun dochter. In de wachtkamer gelden sociale klasse en ranking opeens niet meer. De bankdirecteur en groenteboer zijn allemaal bijna-patiënt. Er gelden andere wetten en regels dan op de parkeerplaats, waar de een uit zijn auto met chauffeur stapt en de ander uit een kleine oude auto.
Tussen-ruimtes gaan over het ondertussen. Antropologen noemen die tussenruimte liminaliteit. Tussen-ruimtes zijn ‘liminal spaces’. Ruimtes waarin je ‘betwixt and between’ bent. Ruimtes tussen doelomgevingen in. Waarin je switcht van de ene sociale rol naar de andere. Je maakt er overgangen mee. Drempels. Je stapt er van de ene in de andere werkelijkheid. In de tussenruimte zijn weinig culturele regels. Tussen-ruimtes zijn chaotisch in cultureel opzicht. Het zijn plekken waar crossovers worden gemaakt tussen verschillende rollen en waardensystemen.
Nepal
Tempelplein in Nepal op mijn reis afgelopen winter. Kakafonie van mensen die zich klaar maken om een geit of een kip te gaan offeren ten faveure van de godin Durga. De heiligheid is al voelbaar. Kleine bloemenoffers worden gebracht en kaarsen worden aangestoken. Tegelijkertijd is het heel werelds. Er worden selfies gemaakt. Kinderen kopen snoep bij een kraampje. Oma eet nog eens wat nootjes. Een luier wordt verwisseld. Het tempelplein is de wachtruimte tussen werelds en sacraal. Tussen gewoon en ritueel. Tussen normaal en magisch. Het is de plek om de overgang te maken. Om te zorgen dat je in een andere stemming komt. Je doet je schoenen uit, steekt een kaars aan, doet je laatste dingen, zoals een luier verwisselen, checkt of je offergeit nog aan je touwtje loopt. En dan… stap je de tempel binnen. En is het stil. Op de kreten van de offerdieren en het prevelen van gebeden na.
Ziekenhuiswachtkamers… waarin je de rolwisseling van mens naar patiënt maakt. Vliegvelden, waar je letterlijk de ene wereld voor de andere inruilt. Kleedkamers, waar de gedaanteswitch zichtbaar wordt gemaakt met kleding en schmink.
Tussen-ruimtes zijn magisch. Verandering vindt plaats in het ondertussen. Het is de plek waar mensen open staan voor iets nieuws. Waar ons neurologisch systeem eerst vertraagt en daarna juist harder aan de gang kan gaan. Waar oude ordening geen betekenis heeft. Waar een zingevend vacuüm ontstaat, dat je kunt opvullen met iets nieuws.
Échte gesprekken
Wie wil weten waar de échte gesprekken plaatsvinden in organisaties gaat niet op bezoek in de werkkamer of vergaderruimte. Dat is slechts het podium. De bühne. Wie het échte discours en de laatste roddels wil opvangen gaat hangen in de koffiehoek. In het zitje voor de directiekamer. In de wc’s. Op het schoolplein. Daar gebeurt het.
Wie verandering in beweging wil zetten, creëert ‘liminal spaces’. Maakt tijd en ruimtes waar wonderen kunnen gebeuren. Steekt kampvuren aan. Organiseert bijeenkomsten op een neutrale plek tussen netwerkpartners. Maakt een loungeplek waar mensen van verschillende afdelingen elkaar tegenkomen. Cultuurveranderaars en influencers doen hun werk op het tempelplein. Want verandering van waarden en gedrag vindt plaats in het ondertussen.
‘Spaken komen samen in een naaf, maar de lege ruimte maakt de kar bruikbaar. Een pot bestaat uit klei, maar de lege ruimte maakt de pot bruikbaar. Balken en stenen vormen een huis, maar de lege ruimte maakt het huis bruikbaar. Alleen het niets is bruikbaar.’ Lao-Tse – Chinees filosoof 600 v. Christus
Door: Danielle Braun
dr. Danielle Braun is antropoloog, auteur, columnist, directeur Academie voor Organisatiecultuur. Auteur van de Corporate Tribe, Building Tribes, Da’s Gek en Tribaal Kantoorgedoe. haar nieuwste boek is Patronen.