De vierde fase van het INK managementmodel is ‘keten-georiënteerd’. Het is de voorlaatste stap in de richting van wat ik maar blijf noemen ‘maatschappij-georiënteerd’. Hoe treffend is het dan in het Financiële Dagblad van 19 september te lezen: ‘Een nieuwe fipronilcrisis voorkom je er niet mee. Maar blockchain kan wel helpen razendsnel te achterhalen waar besmette eieren allemaal terecht zijn gekomen, van eiersalades tot koekjes. Dat duurde nu weken, maar met slimme techniek is het een kwestie van seconden.’
Verderop in dit artikel schrijft het FD: ‘Blockchain vereist standaardsering, waardoor flink in het woud aan certificaten gesnoeid kan worden.’ Deze laatste zin alleen al zou iedere kwaliteitskundige alert moeten maken. Immers, certificering is hun domein. Bij blockchain is het wel essentieel dat de kwaliteit van de data (sicQ) in orde is. Misschien verliezen kwaliteitskundigen terrein op het gebied van certificering, maar hier gaat een hele wereld open.
Misschien verliezen kwaliteitskundigen terrein op het gebied van certificering, maar op het gebied van kwaliteit van data gaat een wereld voor ze open.
Blockchain is niet tegen te houden
Bij een bijeenkomst naar aanleiding van de miljoenennota heb ik Hans de Boer, voorzitter van het VNO-NCW, gevraagd hoe hij hier in staat. Zijn antwoord was dat het enige tijd geduurd heeft voordat hij begreep waar blockchain voor staat, maar inmiddels is hij er wel van overtuigd dat het niet tegen te houden is. ‘Het overkomt ons, zoals het weer ons overkomt, we kunnen het niet tegenhouden, maar we kunnen ons er wel op voorbereiden.’
Vervolgens was mijn vraag of het dan niet tijd wordt om eens grondig na te denken over wat de morele en ethische consequenties zijn van deze nieuwe ontwikkeling die voortvloeit uit de informatietechnologie. Dit terwijl we nog niet eens raad weten met onderwerpen als privacybescherming, regels rondom dataverzameling en datamining, hoe om te gaan met organisaties als Uber, Airbnb, met de Bitcoin en niet te vergeten de gevolgen van het kopen en verkopen via internet.
Wordt het niet eens tijd om grondig na te denken over de morele en ethische consequenties van blockchaintechnologie?
Zijn antwoord was een volmondig ‘ja’. De belofte die blockchain in zich heeft dat er razendsnel inzicht door de hele keten kan worden gegeven, komt ook tegemoet aan de wensen die voortvloeien uit vragen over maatschappelijk verantwoord gedrag, denk aan het bestrijden van kinderarbeid of onacceptabele arbeidsomstandigheden. Ook afspraken over energieverbruik en CO2-uitstoot kunnen dan beter worden gemonitord. Dit alles zou nog wel eens een extra drijvende kracht achter de opkomst van blockchaintechnologie kunnen worden.
Horizontaal organiseren
Blockchaintechnologie kan ook worden gelezen als een verregaande vorm van ‘horizontaal organiseren’, waarbinnen procesmanagement van cruciaal belang is.
Het aanstaande 12e Jaarcongres Procesmanagement zal onder meer gaan over ‘horizontaal’ organiseren. Natuurlijk is het leuk dat het boek van Renco Bakker en mij weer eens onder de aandacht komt. Vertrekpunt zal echter een onderzoek zijn dat BPM Consult, het adviesbureau van Renco, uitvoert. Het moet een beeld geven over hoe ‘horizontaal’ Nederland is en antwoord geven op de vraag: ‘Pakken organisaties echt door en verankeren ze procesgericht werken in structuur en cultuur?’
Als Hans de Boer gelijk heeft in zijn opvatting dat blockchaintechnologie, net als het weer, ons overkomt, dan moet elke organisatie die de vraag van BPM met ‘nee’ beantwoordt, zich eens goed achter de oren krabben, Ze zouden wel eens sneller dan ze zelf denken achter het net gaan vissen en dus uiteindelijk buiten spel komen te staan.
Het belang van de cultuur
In de vraag die BPM stelt staat wel overwogen: ‘in structuur en cultuur’. Ik vermoed zo dat met name op het punt ‘cultuur’ het nog wel een kan gaan wringen. In ons boek gaan we expliciet op die twee aspecten in. Gaat het bij structuur vooral om verbaal, logisch en analytisch handelen, bij cultuur gaat het om ruimte voor visueel, intuïtief en holistisch handelen, waarbij een proces het geheel van menselijke activiteit, een ordening van samenwerking is, gebaseerd op interactie en gekenmerkt door dynamiek’.
Nu juist de systemen een stormachtige ontwikkeling lijken te maken, wordt de cultuur extra van belang.
Natuurlijk is een proces ook ‘het geheel van activiteiten verbonden door inputs en outputs ondersteund door systemen’. Maar nu juist de systemen een stormachtige ontwikkeling lijken te maken, wordt de cultuur extra van belang.
Het gaat er niet om duidelijk te weten wie aan wie vrij moet vragen, maar wie met wie samenwerkt.
Het adagium bij horizontaal organiseren is: het gaat er niet om duidelijk te weten wie aan wie vrij moet vragen, maar wie met wie samenwerkt. Het zou weleens van grotere betekenis kunnen worden dan het eigenlijk nu al had moeten zijn – en sneller dan, naar het lijkt, menigeen denkt.
Teun Hardjono