Managers willen dat werknemers hun kwaliteiten ontwikkelen. Als ze een panda-talent ontdekken voor niets-doen, wat doe je dan? Wachten tot dit creatieve genie het licht ziet? Zelfontplooiing blijkt toch niet zo vrijblijvend als het wordt gepresenteerd. Filosoof Sjaak Vane beschrijft het huwelijk tussen het kunstenaarstalent en de innerlijke ingenieur. Hoe kun je beide verenigen?
Het lege vel van de ingenieur
Wat is het verschil tussen de aanpak van de ingenieur en die van de knutselaar? Tussen het papier op de tekentafel en het hout in de werkplaats? Aan beide ligt een fundamenteel verschil in denkwijze ten grondslag. De ingenieur vertrekt vanuit abstracte concepten, de knutselaar vanuit wat er voor handen is. De ingenieur staat voor de onbegrensde mogelijkheden van het lege vel. Het houdt in dat je telkens helemaal opnieuw kunt beginnen, niet gehinderd door welke beperkingen dan ook. Dit idee past bij het geloof in maakbaarheid van de Westerse technisch- wetenschappelijke benadering.
Het design van de psyche
In de twintigste eeuw breidde het ingenieurs-optimisme zich uit naar de psyche van de mens. Was het innerlijk net zo maakbaar als de natuur? Kunnen we de gedachten kanaliseren en daardoor het gedrag in rechte banen leiden?
De behavioristische psychologie, rond 1950 bekend geworden door het werk van de Amerikaanse psycholoog B.F. Skinner meende van wel. Zij beschouwde het gedrag van de mens als automatische en dus voorspelbare reacties. In het mechanisme van straf en beloning ontdekten zij de prikkels waarmee een proefpersoon kon worden gemanipuleerd.
Dat deed men niet alleen vanuit wetenschappelijke nieuwsgierigheid. J.B. Watson (1878-1958) de grondlegger van deze stroming zag zichzelf als een ingenieur die een mens vanuit een leeg vel zou kunnen tekenen en inkleuren. In 1913 beweerde hij stellig: ‘Geef mij een dozijn gezonde en gave kinderen en mijn eigen nauwomlijnde wereld om ze in op te voeden, en ik garandeer dat ik, wie ik ook uit kies, kan trainen voor welk beroep ik maar wil: dokter, advocaat, kunstenaar, verkoopleider, ja zelfs bedelaar en dief …’
De innerlijke ingenieur
Tegenwoordig biedt deze uitspraak vooral een griezelig vooruitzicht. We hebben minder zeggenschap over onszelf dan we dachten. Zonder dat we er erg in hebben worden we geconditioneerd tot koopgrage consumenten en flexibele werknemers. We zijn marionetten in de handen van onzichtbare poppenspelers die aan de touwtjes van onze psyche trekken.
Met de komst van de ‘innerlijke ingenieur’ wordt dit sombere perspectief vervangen door een hoopvol ideaal. Dat we worden gedresseerd door onze omgeving, betekent ook dat we in staat zijn om onszelf opnieuw op te voeden. De externe manipulator is daarmee een innerlijke designer geworden. Door jezelf op de juiste manier toe te spreken en te belonen verandert je zelfbeeld. Wie daarvoor kiest, herschrijft de blauwdruk van de overgeleverde tradities. Je kunt jezelf herontwerpen door je psyche op de tekentafel te leggen.
Dat is ook de belofte van filosoof Jean-Paul Sartre (1905-1980) die het vuur van de mei-opstanden in het Parijs van 1968 aanwakkerde. Alles is uiteindelijk het gevolg van jouw persoonlijke keuze, stelde hij. Sartres filosofie past bij het credo van de Self-Made man en zijn geloof in onbegrensde mogelijkheden. ‘Life is not about finding yourself, but about inventing yourself’.
Jezelf ontdekken
Precies het omgekeerde daarvan vinden we in het romantische zelfverbeterings-ideaal dat in diezelfde periode door de Amerikaanse hippie-cultuur wordt omarmd. Volgens de van oorsprong romantische idealen van de Human Potential Movement gebaseerd op de psychologie van Abraham Maslow en Carl Rogers, gaat het juist wel om het ‘vinden van jezelf’. De mens is niet een leeg vel, maar een kleurrijk schilderij waar de dikke lagen vernis van aangeleerd gedrag overheen zijn gesmeerd.. Werken aan jezelf betekent dat je op zoek gaat naar je spontane kind. Iets wat in die tijd betekent dat je in therapie gaat en je verdriet toelaat en je woede uitschreeuwt. Knutsel je een weg door het leven heen, door het beste te maken van wat je is gegeven. Volg de weg van de innerlijke kunstenaar die het materiaal van zijn verleden gebruikt voor iets moois.
De kunstenaar-ingenieur
Met de kunstenaar-ingenieur ontstaat een dubbel beeld. De uitspraak van psycholoog Watson dat hij van een willekeurig kind zowel een arts als een kunstenaar kan maken, houdt in dat iedere jongen of meisje kan leren voetballen als Arjan Robben of Lieke Martens. De slogan van de ingenieur: ‘You can become whatever you want’ valt echter niet te verenigen met de romantiek van de kunstenaar. Ontdekken wat je Ware aard is, houdt namelijk in dat je aangeboren talent maakt wie je uiteindelijk kunt worden. Deze potentie is een aanleg die niet willekeurig kan worden gemanaged. Om die reden wacht het Nederlands Elftal wanhopig op de geboorte van een nieuwe Johan Cruijf.
Functioneren of uniek talent?
De mix van kunstenaar en ingenieur betekent spreken met twee tongen. Soms is de ingenieur nadrukkelijk aan het woord. Bijvoorbeeld wanneer leiderschapstrainingen ontkennen dat er zoiets bestaat als een ‘geboren leider’ en ‘natuurlijk charisma’. Leiderschap is in deze visie de uitkomst van lesmethodes gebaseerd op wetenschappelijk bewezen psychologische beïnvloedingstechnieken.
We horen echter een romantisch geluid wanneer HR op zoek is naar ‘uniek talent’ en ‘bevlogen werknemers’. Waar de ingenieur spreekt over het functioneren of disfunctioneren van de arbeidsmachinerie, spreekt de HR-romanticus over ‘kweekvijvers’ en ‘boven jezelf uitstijgen’.
Wie krijgt het laatste woord?
In de praktijk is het kunstenaar-ingenieursideaal dan ook een onmogelijk huwelijk. De ingenieur krijgt daarbij altijd het laatste woord. Het ‘jezelf-worden’ betekent in de arbeidspraktijk een upgrade maken van je besturingssysteem. Het belang erachter is begrijpelijk. Op de boodschap is wel wat aan te merken.
Wie een werknemer aanspoort om zijn Ware Zelf te ontdekken moet hem ook de mogelijkheid geven om dat in alle rust en vrijheid te kunnen doen, anders kun je er beter niet over beginnen. Gebruik niet de romantische idealen van de kunstenaar om de harde taal van de ingenieur te verzachten.
Door: Sjaak Vane
Sjaak Vane is spreker, WorkLife-coach en filosoof (MA). Lees meer op zijn weblog: De Filosofische Bijsluiter.