Design sprint, of Google (design) sprint, of gewoon sprint zoals het ook vaak wordt genoemd, is hoofdzakelijk gebaseerd op design thinking en is besprenkeld met inzichten uit het werk van Jason Fried, medeoprichter van Basecamp en auteur van Rework en Getting Real. Net als pretotyping is de design sprint ontwikkeld binnen de muren van Google. Dit keer door Jake Knapp en John Zeratsky, die als ontwerppartners samenwerkten bij Google Ventures, waar zij hielpen om de design sprint te perfectioneren door meer dan 150 sprints te runnen samen met de bedrijven waarin Google investeerde. In 2016 publiceerden Jake en John hun nu wereldberoemde boek met de titel Sprint.
Design sprint: het proces
Een design sprint is een vijfdaags proces waarin je antwoord op de meest kritieke businessvragen probeert te krijgen via ontwerp, prototyping en testing van ideeën bij echte klanten.Maandag: het vraagstuk verkennen
- Begin aan het eind.
- Kom een langetermijndoel overeen.
- Breng de uitdaging in kaart.
- Vraag aan de experts.
- Kies doel uit.
- Maak een lijst met sprintvragen.
Dinsdag: zo veel mogelijk innovatieve oplossingen bedenken
- Inspiratie – kijk naar bestaande ideeën om te mixen en verbeteren.
- Verhelderende video’s.
- Schets oplossingen, kritisch nadenken over artisticiteit.
Woensdag: voor- en nadelen van de oplossingen verkennen
- Oplossingen bekritiseren.
- Bepalen welke oplossing het langetermijndoel kan realiseren.
- Storyboard van de winnende schets maken.
Donderdag: prototype maken
- Fake it-mentaliteit, realistisch genoeg om de aanpak te testen.
- Zet storyboard om in realistisch prototype.
- Prototypes zijn wegwerpbaar.
- Bouw er genoeg om te leren, niet meer.
- Het prototype moet er echt uitzien.
Vrijdag: oplossing testen bij klanten (intern en extern)
- Interview klanten.
- Leer door te observeren hoe ze interacteren met/reageren op je prototype.
Doel en toepassing
De design sprint is zeer nuttig als je voor een grote en concrete uitdaging staat die je in korte tijd wilt oplossen. Het proces vereist enig voorbereidend werk, want het hele team moet er een hele fulltime bij betrokken zijn. Ook moet je vooraf interviews regelen met de belangrijkste stakeholders en inhoudelijk experts om je aan het strakke tijdsschema te kunnen houden. Naar mijn mening is het sprintraamwerk vooral goed als je niet al een succesvolle methodologie hebt geïmplementeerd en daarom een paar vroege successen nodig hebt om mensen ervan te overtuigen dat je snel kunt schakelen en in een korte tijdsspanne tastbare resultaten kunt behalen. Ik vind het raamwerk met name bruikbaar voor grote ondernemingen, waar je een drastische methode nodig hebt – bijna een interventie -om te bewijzen dat je in korte tijd concrete resultaten kunt realiseren. Ik heb echter ook gezien dat het goed werkte voor startups, vooral in de begindagen, als ze proberen om een sleutelprobleem op te lossen of om te valideren dat ze iets op het spoor zijn. De grote belofte die sprint doet, is dat je alles in slechts vijf dagen kunt testen – en meestal lijkt dat te kloppen. Vaak moet je je visie uitsplitsen in een zeer kleine deelverzameling en dan slechts één hoofdkenmerk testen. Dat is lastig om uit te voeren maar het is een zeer behulpzame restrictie en levert een zeer smalle en makkelijk te testen waardepropositie op. Het is een geweldig raamwerk om het hele team aan boord te krijgen en creëert in korte tijd gezamenlijk inzicht in het probleem plús een oplossing.Principes van Design Sprint
- Begrijpen – Ontdek de businessopportunity, het publiek, de concurrentie, de waardepropositie, en definieer de succesmetrics.
- Divergeer – Exploreer, ontwikkel en itereer creatieve manieren om het probleem op te lossen, zonder te letten op de haalbaarheid.
- Convergeer – Identificeer ideeën die bij de volgende productcyclus passen en verken ze meer in detail via storyboarding.
- Maak prototypes – Ontwerp en prepareer een (of meer) prototype(s) die bij mensen kunnen worden getest.
- Test – Voer 1-op-1 gebruikerstesting uit. 5 is het magische getal: met 5 interviews/tests ontdek je ongeveer 85% van alle problemen die je op dit niveau kunt aantreffen.
- Crossfunctionele teams – Zorg dat je vanaf dag één een crossfunctioneel team aan boord hebt. Het sprintraamwerk is erg specifiek over welke rollen in het hele proces aanwezig moeten zijn.