De meesten van ons zijn bekend met brainstormen – een methode waarbij een groep in beperkte tijd zo veel mogelijk ideeën rond een onderwerp bedenkt. Brainstormen brengt een grote hoeveelheid informatie op tafel. De vraag is hoe je daarna betekenis moet toekennen aan die berg informatie.
Een eenvoudig affiniteitendiagram (affinity-map of verwantschapsschema) helpt je onderliggende denkpatronen te ontdekken – en soms oude denkpatronen te doorbreken – doordat je er informatie mee sorteert en groepeert op grond van onderlinge relaties. Het affiniteitendiagram brengt ook in beeld waarop de meeste mensen zich in hun denken concentreren. Gebruik het affiniteitendiagram om categorieën en metacategorieën te ontdekken in een verzameling ideeën en om te zien welke ideeën het meest voorkomen in de groep.
Zo speel je het
1. Schrijf op een flip-overvel de vraag waarop je spelers wilt laten reageren en maak er ter aanvulling een tekening bij. Doe dit spel alleen als je een vraag hebt die gegarandeerd minstens twintig antwoorden oplevert.
2. Geef de spelers 10 minuten om ieder voor zich in stilte ideeën op plakkertjes te schrijven. Heb je minder dan vijf deelnemers, werk dan niet met plakkertjes maar met systeemkaarten.
3. Verzamel de plakkertjes en plak ze op een werkvlak dat voor iedereen zichtbaar is (werk je met systeemkaarten, leg ze dan op tafel). Dat zou ongeveer het volgende beeld moeten opleveren.
4. Groepeer de ideeën in kolommen of clusters op basis van hun onderlinge verwantschap of de relaties ertussen. Betrek de spelers bij dit proces. Laat ze hun notitieblaadjes zelf op de wand plakken – dat scheelt tijd – en laat ze zelf een eerste, algemene ordening in kolommen of clusters aanbrengen.
5. Creëer een ‘plakkertjesparkeerplaats’ om ideeën te parkeren die niet meteen in een bepaalde categorie lijken te vallen. Redundantie is prima; gooi notitieblaadjes niet weg bij ‘dubbele’ ideeën. Plak ze allemaal op de muur, dat geeft aan hoeveel mensen hetzelfde denken. Vraag spelers om de categorieën met plakkertjes in dit stadium nog niet te benoemen. Het enige wat ze hoeven te doen, is plakkertjes groeperen op basis van de overeenkomsten.
6. Is de informatie gesorteerd, vraag de groep dan om nu de categorieën (de kolommen of clusters) te benoemen. Zijn ze het over de categorienamen eens, schrijf die dan boven aan de kolom of naast het cluster. Besteed niet te veel tijd aan het bereiken van overeenstemming. Worden deelnemers het er niet over eens of een categorie ‘faciliteiten’ of ‘infrastructuur’ moet heten, zet dan beide namen bij de categorie. Komen ze met afwijkende categorienamen, kijk dan welke categorie de meeste instemming krijgt en gebruik die. Het eindresultaat kan er ongeveer als volgt uitzien.
Strategie
Er moet aan twee voorwaarden worden voldaan om een affiniteitendiagram optimale resultaten te laten opleveren. Allereerst moeten spelers veel verschillende ideeën genereren met een hoge informatiewaarde. In de tweede plaats moeten de plakkertjes zorgvuldig en inzichtelijk worden geordend. Hoe zuiverder de relaties tussen ideeën in een categorie, hoe beter de categorieën functioneren.
Leuke extra optie: Speel het spel zoals aangegeven en vraag de groep daarna om de plakkertjes opnieuw te groeperen op basis van overeenkomsten die ze in de eerste ronde niet hadden gezien.
Soms zijn overeenkomsten tussen ideeën of andere informatie kristalhelder, waardoor het ordenen van de plakkertjes van ondergeschikt belang is. Naarmate relaties genuanceerder zijn, is het belangrijker dat het indelingsproces goed wordt uitgevoerd. Kan informatie in een bepaald geval op veel manieren worden geordend, begeleid het proces dan strakker.
Stel vragen over de kolommen of clusters om het denken binnen de groep te verhelderen. Stuur ze in de richting van een passend aantal categorieën. Als er te veel categorieën zijn, verwateren de data. Zijn er te weinig, dan verwatert de analyse. Help spelers de optimale oplossing te vinden.
Het affiniteitendiagram is in de jaren zestig ontwikkeld door Jiro Kawakita. Het spel is ook bekend als de ‘KJ Method’.
Bron: Dave Gray, Sunni Brown en James Macanufo, Gamestorming. Spellen voor vernieuwers en veranderaars, Vakmedianet, Deventer, 2012.
Wilt u meer lezen over kwaliteitsinstrumenten? Abonneer u dan op de gratis e-mailnieuwsbrief.