De Gezondheidsmonitor die 20 juni is gepubliceerd, laat wederom zien dat de gezondheid van inwoners in wijken met een lage sociaaleconomische status (SES) slechter is dan gemiddeld. Met het VITR-project in Rotterdam is bewezen dat het zeker lukt om deze inwoners te inspireren tot een gezondere leefstijl, maar dat het veel moeite en daarmee dus geld kost om hen op een effectieve manier te bereiken.
Preventie is betere strategie
Deze moeilijk bereikbare groep via werkgevers bewustmaken van preventie, is een veel betere strategie. De praktijk wijst uit dat werkgevers met behulp van een bewezen aanpak op een kostenefficiënte manier de Gezondheidsindex van hun medewerkers kunnen verbeteren en het ziekteverzuim kunnen terugdringen. Dat geldt voor álle sociaaleconomische klassen, en dus ook voor de moeilijk bereikbare groepen. Zo zouden we in één klap een groot verschil kunnen maken.
Ik geloof bovendien dat de overheid werkgevers zou moeten belonen als ze werken aan gezondheidspreventie, want beloning is een belangrijke prikkel bij gedragsverandering. In Japan worden werkgevers gedwongen om obesitas tegen te gaan bij hun werknemers. Doen ze dit niet, dan volgt een forse boete, de zogenoemde Obesitas Taks.
Korting op belasting
Voor Nederland denk ik eerder aan korting op belasting voor werkgevers die actief bijdragen aan gezondheidspreventie voor hun medewerkers. Denk aan korting op loonbelasting, bijvoorbeeld.
Het fitste bedrijf zal uiteindelijk het succesvolste bedrijf zijn. Data wijzen uit dat iedere euro die vandaag in gezondheid wordt geïnvesteerd, binnen een jaar vijf euro oplevert. Zie dat maar eens te halen op de beurs.
Bron: ANP Expert Support
Door: Suzanne van Pelt, Founder Smart Health.