Mind mapping is een hele simpele breinvriendelijke methode om informatie in en uit je brein te halen. Het is een techniek die zeer geschikt is om aantekeningen te maken bij colleges en lessen en om samenvattingen van boeken en artikelen te maken. Mind mapping is in 1974 ontwikkeld door de Engelse psycholoog Tony Buzan, hoewel het daarvoor ook allang werd toegepast. Als je kijkt naar de aantekeningen van Leonardo da Vinci of andere beroemdheden dan lijken die ook al op mind maps.
Door mind mapping breng je beide hersenhelften beter in balans. Bij “normale” aantekeningen maak je overwegend gebruik van je linkerhersenhelft. Aantekeningen zijn analytisch, onder elkaar, meestal in één kleur en eigenlijk een beetje saai. Terwijl we juist aantekeningen maken om dingen beter te onthouden.
In het eerste hoofdstuk van het boek Leer als een speer zagen we dat onze rechterhersenhelft een voorkeur heeft voor beelden, kleuren en patronen. Omdat een mind map ook bestaat uit beelden, kleuren en patronen activeer je de rechterhersenhelft door met deze “creatieve spiekbriefjes” te werken. Hierdoor onthoud je dingen beter en kan je het leerproces versnellen. Door een mind map te maken gebruik je delen van je hersencapaciteit die je normaliter minder benut. De hersenhelften versterken elkaar door betere samenwerking. Een mind map lijkt sterk op een hersencel of neuron.
Hoe maak je een mind map?
Voor mind mapping, oftewel het maken van een mind map gelden regels waar je best zelf een beetje mee mag spelen om ze wat meer persoonlijk te maken:
- Gebruik blanco papier, dus bij voorkeur geen papier met lijntjes of ruitjes. Het kan natuurlijk wel, maar die lijntjes en ruitjes dwingen je dan eigenlijk weer om vooral je linkerhersenhelft te gebruiken. Je brein vindt het juist fijner om met gebogen lijnen te werken. Je kunt dat onder andere waarnemen in de natuur. Hoeveel rechte lijnen komen er voor in de natuur? Slechts één: de kristal.
- Gebruik als het kan een groot vel papier. Bijvoorbeeld A3 formaat. Het kan natuurlijk ook op A4 of zelfs kleiner maar dan wordt het vaak een beetje een gepriegel. Op een A3 kan gewoon meer informatie en een dubbelgevouwen A3 vel past in ringbanden van A4 formaat.
- Draai het papier een kwartslag; dus niet zoals je normale blocnote er uit ziet. Op deze manier benut je je normale gezichtsveld. Vergelijk het maar eens met je tv scherm! Bovendien trek je zo je lijntjes horizontaler, waardoor je de tekst beter kan lezen.
- Begin altijd in het midden met je thema of onderwerp. Zo weet je altijd waar een mind map over gaat: de belangrijkste informatie staat in het midden. Maak daarom ook het thema fors. Als het kan in de vorm van een tekening of icoon, eventueel met de tekst erbij, en gebruik minstens drie kleuren in het midden.
- Vanuit je thema maak je een soort spinnenweb. Met lijnen geef je aan welke informatie bij elkaar hoort en hoe de structuur is. Hoe verder je naar buiten gaat hoe meer je in details terecht komt. Op elke lijn plaats je één sleutelwoord of een beeld. Maak de lijnen even lang als de lengte van het woord of het beeld. Maak de lijnen mooi vloeiend en verbind ze met elkaar.
- Gebruik alléén sleutelwoorden, beelden en symbolen.
- Schrijf duidelijk of gebruik drukletters. Het ziet er daardoor netjes uit en herhalen gaat sneller omdat je het goed kan lezen.
- Begin op een vast punt en werk altijd dezelfde kant op. Rechtshandigen beginnen meestal om 02.00 uur en draaien dan met de klok mee. Linkshandigen beginnen vaak om 10.00 uur en draaien tegen de klok in. Als je straks veel mind maps hebt dan hoef je niet te zoeken waar je bent begonnen en welke kant je opdraait. Soms is volgorde niet belangrijk maar soms ook wel.
- Voel je vrij bij het maken van je mind map. Iedere mind map is goed en iedereen heeft een eigen stijl bij mind mapping.
Bron: Leer als een speer