Onlangs verscheen een Werkboek voor het ontwikkelen van een circulair businessmodel. Organisaties kunnen aan de hand van het stappenplan in het werkboek concreet aan de slag om een eigen circulair businessmodel te creëren. In dit interview vertellen de auteurs hoe het werkboek tot stand kwam.
Het werkboek is geschreven onder leiding van Prof. dr. Jan Jonker, hoogleraar duurzaam ondernemen aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Op basis van onderzoek heeft hij een model ontwikkeld dat de basis vormt voor businessmodellen in de circulaire economie. Zijn werk richt zich op de transitie naar een nieuwe economie vormgegeven rond duurzaamheid, sociale inclusiviteit en circulariteit.
‘Na de eerste groeifase wordt het tijd dat de circulaire economie volwassen wordt en schaal gaat krijgen’, zegt Jan Jonker. ‘We zitten in een trein, maar we moeten nog veel doen om die trein op snelheid te krijgen. De circulaire economie is geen kwestie van aan een paar knoppen draaien, we hebben het hier over een transitie. Er zijn al heel veel bedrijven bezig met het vormgeven van een circulair businessmodel, maar in de praktijk blijkt het enorm lastig te zijn. Hoe kunnen die bedrijven circulariteit nu écht opnemen in hun strategie en bedrijfsvoering? Daarvoor hebben wij dit werkboek geschreven.’
Jan Jonker: ‘De circulaire economie is geen kwestie van aan een paar knoppen draaien, we hebben het hier over een transitie.’
Complexe vraagstukken
Ivo Kothman is als onderzoeker en programmamanager al ruim twee jaar verbonden aan het onderzoeksproject Businessmodellen voor de CE vanuit de Radboud Universiteit. Als geen ander beseft hij dat de omslag naar een nieuw, circulair businessmodel heel erg ingewikkeld is: ‘Elke bouwsteen an sich is goed te begrijpen, maar om ze allemaal samen te combineren is een hele opgave. Ook voor ons als goed ingevoerde onderzoekers was het een hele klus om alle elementen van de circulaire economie te combineren. En juist in de combinatie ligt de uitdaging. Je moet het vraagstuk niet van links of van rechts benaderen, maar daadwerkelijk van alle kanten tegelijk.’
Ivo Kothman: ‘Ook voor ons als goed ingevoerde onderzoekers was het een hele klus om alle elementen van de circulaire economie te combineren’.
Toegankelijk werkboek
Het was voor de makers vooral de bedoeling om een heel werkbaar boek te maken, legt Niels Faber uit. Faber is onderzoeker aan de Radboud Universiteit Nijmegen en docent aan de Hanzehogeschool Groningen. Zijn onderzoek concentreert zich op de organisatorische aspecten van duurzame ontwikkeling. ‘We willen met het werkboek handvatten bieden aan organisaties. Het eerste deel is vrij theoretisch, het schetst de achtergronden van de circulaire economie. Als je aan de slag gaat met de circulaire economie dan is dit de basis die je moet weten. Het tweede deel is nóg toegankelijker geschreven en bevat een handig stappenplan. In een paar grote stappen nemen we je door het verhaal mee. Dat wil niet zeggen dat we er met zevenmijlslaarzen doorheen gaan. Maar we geven aan: onderzoek eerst dit, denk dan daarover na, kijk nu nog eens terug daarnaar, et cetera.’
Niels Faber: ‘Als je aan de slag gaat met de circulaire economie, dan is dit de basis die je moet weten.’
Conceptuele basis nog niet ingebed
Volgens Naomi Montenegro Navarro is de conceptuele basis van de circulaire economie nog onvoldoende uitgewerkt. ‘Veel mensen kunnen wel een basisdefinitie geven van de circulaire economie, ze bedoelen in brede zin ongeveer hetzelfde, maar de praktijk blijkt toch veel ingewikkelder te zijn. Er bestaat nog nauwelijks eenduidigheid over het concept en de begrippen. In het werkboek zoomen we in op businessmodellen in de circulaire economie, terwijl we nog aan het sleutelen zijn aan het conceptuele denkraam. Er is nog veel onderzoek nodig om de circulaire economie verder uit te bouden en werkelijkheid te maken.’
Naomi Montenegro Navarro: ‘Er bestaat nog nauwelijks eenduidigheid over het concept en de begrippen van de circulaire economie.’
Zet de eerste stap
Het is de eerste keer dat er zo’n praktische methodiek wordt gepubliceerd. Wat er niet in zit zijn handvatten om te meten waar je staat, voegt Niels Faber toe. ‘Het is een eerste schets van een architectuur van een circulair businessmodel. We gaan bijvoorbeeld niet in op hoe je daar een managementstructuur of een planning- en controlcyclus voor opzet.’
Maar laat je niet afschrikken door de complexiteit, waarschuwt Ivo Kothman: ‘Het hoeft niet in een keer perfect. Pak er een element uit en begin gewoon, neem de tijd. Zet een klein stapje en bouw van daaruit verder. Als je vanuit de juiste intenties werkt, dan ben je goed op weg.’
Naomi Montenegro beaamt dit: ‘Doordat het concept nog niet helemaal is ingebed, weten ondernemers niet zo goed waar te beginnen. Het werkboek geeft een zetje in de goede richting. Hopelijk neemt het de drempel weg om eraan te beginnen.’
Ondanks alle complexiteit is er ook optimisme. Kothman: ‘Als we kijken naar alle infographics, dan zie je dat er al heel veel goede initiatieven in de praktijk draaien. De circulaire economie gebeurt al, wat ontzettend gaaf!’
Ga dóen
Jan Jonker besluit: ‘De tijd van alleen maar praten is nu echt voorbij. We moeten met zijn allen aan de slag. Dit werkboek is het eerste in zijn soort, er is op dit moment geen ander concreet hulpmiddel voor bedrijven om een circulair businessmodel uit te denken en te ontwikkelen. Er is heel veel kennis en informatie beschikbaar, we moeten nu gaan dóen.’
Het werkboek is kosteloos te downloaden via www.circulairebusinessmodellen.nl
Bron: Jonker, J., Kothman, I., Faber, N. en Montenegro Navarro, N. (2018). Circulair Organiseren: Werkboek voor het ontwikkelen van een circulair businessmodel. Doetinchem: Stichting OCF 2.0.