Zodra we taal kunnen geven aan de intuïtieve onderstroom met al z’n tegenstellingen, patronen, inzichten, ideeën, gevoelens en paradoxen, kunnen we beter begrijpen en beïnvloeden wat er gebeurt. Arnold Mindell heeft hiervoor wat hij noemt de role theory, roltheorie, ontwikkeld. Deze theorie beschrijft wat er in groepen leeft, vanuit het kwantumdenken. De stappen van de Lewis-methode, zoals we die in het volgende hoofdstuk zullen leren kennen, zijn op deze theorie gebaseerd.
Een rol kan echt van alles zijn
De exacte vertaling van het begrip role valt niet mee. Wanneer we spreken over ‘rollen’, vullen onze gedachten zich al snel met ‘sociale rollen’, zoals vader, moeder, dochter. Of ‘functionele rollen’, zoals leidinggevende, onderzoeker, ondersteuner. Of ‘persoonlijkheidsrollen’ als doordouwer, grapjas en verbinder.
In de roltheorie van Deep Democracy is dit allemaal waar, maar is een rol nog veel meer dan dat. Een rol verwijst naar alles wat er in een groep kan zijn. Zoals gevoelens, gedachten, thema’s, rollen, ideeën, meningen, gedragingen, ziektes, dromen, archetypen, et cetera. Het woord ‘rol’ is een neutrale term die geen ordening aanbrengt, maar de informatie, het ‘iets’ of de ‘meerdere ietsen’ in de groep aanduidt.
In elke groep zitten altijd allerlei rollen, zoals emoties, meningen, ideeën en gedachten. Maar denk ook aan archetypische rollen als ‘leiders’ en ‘volgers’, ‘doeners’ en ‘denkers’ en fysieke symptomen als hoofdpijn, trek en koude voeten. In ons dagelijks taalgebruik hebben we een hoeveelheid aan verschillende woorden om te duiden wat er in een groep speelt. De term ‘rol’ is een overkoepelend woord hiervoor.
Rollen en de ijsberg
Alles wat jij vindt, voelt of doet, is onderdeel van de groep en daarmee ook een rol in de groep. Wanneer je zegt: ‘ik ben blij’, dan is ‘de rol van blijdschap’ in de groep. Een emotie is daarmee niet enkel iets van een individu, het is een rol in de groep. Wanneer een rol ‘tekst’ krijgt, wanneer deze door iemand wordt uitgesproken, komt de informatie in het groepsbewuste. Iedereen zal zich tot de actieve rollen gaan verhouden, met andere woorden een relatie aangaan met de genoemde ideeën, emoties en archetypen. Rollen die nog geen ‘zendtijd’ hebben, zitten in het groepsonbewuste; nog niet iedereen is ervan op de hoogte. Ze zijn wel aanwezig, maar niet bewust.
Je identificeren met een rol
In een groep zitten altijd allerlei rollen, waarin je je in principe allemaal kunt herkennen. Meestal neem je een aantal rollen vaker in dan andere. Zo pak je wellicht snel de rol van luisteraar of juist van leider. Of ben je iemand die eerder de analytische feiten naar voren brengt of juist het belang van intuïtie benoemt. In Deep Democracytermen heet dit dat we ons met bepaalde rollen identificeren, ‘dat ben ik’, waardoor je andere rollen als ‘dat ben ik niet’ ervaart. Door bijvoorbeeld te zeggen ‘ik ben boos’, is het lastig om tegelijkertijd ‘verdrietig’ of ‘blij’ te zijn. De emotie ‘boos’ neemt jou als het ware helemaal over. Door je met een emotie te identificeren word je de emotie.
Door je met een emotie te identificeren word je de emotie.
Je kunt ook zeggen dat de emotie bezit van je neemt. Door je te identificeren met een rol verklein je de mogelijkheid om tegelijkertijd ook dat andere te zijn. Bovendien verzamelen mensen graag gelijkgestemden om zich heen en zetten we ons graag af tegen alle mensen die anders zijn. Als jij ‘relaxed’ bent, is de ander ‘gestrest’. Als jij ‘druk’ bent, is de ander ‘sloom’. Als jij het ‘goede idee’ hebt, heeft de ander een ‘stom idee’. Als jij ‘de leider’ bent, is de ander dat niet. Je vergeet op zo’n moment dat ‘leider’ een rol in de groep is en dat zowel jij als de ander die kunnen innemen. Een rol kan namelijk op twee plekken tegelijk zijn. Twee mensen kunnen dezelfde mening hebben, twee mensen kunnen leider zijn, et cetera. Alle rollen zijn in principe voor iedereen toegankelijk en als je ervoor openstaat, kun je zelf altijd ook allerlei andere rollen tegelijkertijd innemen.
Een rol is groter dan een individu
Een rol is altijd groter dan een individu. Jij mag dan ontzettend boos zijn, er zijn altijd nog heel veel andere mensen die ook boos kunnen zijn. Jij kunt dat fantastische idee hebben bedacht, er zijn nog altijd veel meer mensen die hetzelfde idee hebben. De mogelijk geruststellende gedachte is dat dit ook geldt wanneer je een minderheidsstandpunt hebt: wanneer jij twijfelt over het nieuwe plan waar iedereen zo enthousiast over is, zullen er meer mensen zijn die twijfelen. Rollen zweven als het ware als magneetjes door de groep en telkens is er iemand anders die zich tot de rol voelt aangetrokken, deze ‘tot zich neemt’ en zich ermee identificeert.
Het inzicht dat een rol groter is dan een individu, verklaart ook waarom het niet altijd helpt om ‘de rotte appel’ uit het team te halen. Of waarom een bepaald team ook na de vele wisselingen ‘zo energiek’ bleef. Als mensen uit een groep stappen, blijven de rollen in het geheel van de groep. Duurzame veranderingen kunnen pas ontstaan wanneer de onderliggende conflicten en tegenstellingen in een groep worden opgelost. De thema’s, rollen, die in een groep spelen, zijn immers groter dan de afzonderlijke personen. Met andere woorden, als die ene autoritaire manager vertrekt, blijft de spanning rond de rol ‘autoritair en sturend’ aanwezig in de groep. Wanneer je deze spanning niet oplost, is de kans groot dat de volgende manager zich hierop stuk bijt.
Rollen zweven als het ware als magneetjes door de groep en telkens is er iemand anders die zich tot de rol voelt aangetrokken, deze ‘tot zich neemt’ en zich ermee identificeert.
Een individu is groter dan een rol
Tegelijkertijd is een individu groter dan een rol. Een mens is meer dan leidinggevende, want ook nog vader of moeder, kind van zorgbehoevende ouders, et cetera. Zelfs als je ontzettend boos bent, ben je nog altijd meer dan alleen boos. Je kunt tegelijkertijd heel positief en verdrietig zijn. Tenminste, als je je los kunt maken van je boosheid. Als je beseft dat je groter bent dan de rol ‘boosheid’, kun je om de situatie lachen en huilen tegelijk.
Iemand die voor ‘strategieplan A’ is, kan dus tegelijkertijd ook (op elementen) voor ‘strategieplan B’ zijn. We kunnen meerdere dingen tegelijkertijd zijn. Door dit besef kunnen we flexibeler met de situatie omgaan. Wanneer we ervaren dat we meerdere dingen tegelijk kunnen zijn, krijgen we de ruimte om te bewegen en tot de maximale oplossing te komen. Op deze manier kunnen we tot een flexibele oordeelsvorming komen en dingen van meerdere kanten bekijken.
Rolfluïditeit
De roltheorie laat zien dat we meerdere rollen tegelijk kunnen zijn, zoals je op hetzelfde moment boos, blij en verdrietig kunt zijn. We kunnen tegelijk ook dat andere zijn. Wanneer we de wereld om ons heen op deze manier ervaren, zeggen we in de termen van Deep Democracy dat de rollen vloeibaar zijn, er is rolfluïditeit: er is even geen ordening die alles vastzet. Tegenstellingen, meningen en gedachten vloeien in elkaar over en we kunnen de verschillende invalshoeken met elkaar combineren.
Zulke momenten voelen vaak magisch; alles komt samen en je staat in open contact met de hele zee aan mogelijkheden om je heen. Alles is mogelijk, de horizon opent zich. Er bestaan verschillende woorden om dit fenomeen van diepe verbondenheid te beschrijven, zoals flow, synergie, transformatie en groei. Wanneer gezichtspunten in elkaar overvloeien, zijn er mogelijkheden voor groei en vernieuwing. Werkelijke verandering heeft rolfluïditeit nodig. Wanneer rolfluïditeit niet mogelijk is, ervaren we spanningen en conflicten in een groep.
Wanneer gezichtspunten in elkaar overvloeien, zijn er mogelijkheden voor groei en vernieuwing
Tijdens rolfluïditeit vloeien de rollen, patronen en individuen als het ware in elkaar over en vormen samen één geheel. Mensen staan in verbinding met het gevoel dat alle rollen in de individuen en in de groep zitten. Wellicht ken je deze gewaarwording van een glas wijn te veel, of tijdens het dommelen tussen wakker zijn en slapen. Kinderen kennen deze staat van bewustzijn heel goed. Iemand kan stom zijn en je beste vriend tegelijk. Het ene moment ben je een paard en het andere moment een clown. Het is maar net hoe je de situatie op dat moment definieert en waarmee je je identificeert.
We kunnen in principe elke dag opnieuw alle kanten op: alle waarheden en realiteiten staan voortdurend tot onze beschikking. Informatie en invalshoeken liggen voor het oprapen.
Groepen in flow vinden synergie door alle mogelijkheden en combinaties die zich aandienen te gebruiken, zonder belemmerende gedachten. Of, zoals een deelnemer na het ervaren van rolfluïditeit tussen team en leidinggevende het verwoordde: ‘Het is nu net of de leiding een stukje van onze mening krijgt en wij de wereld van de leiding beter snappen.’
Rolfluïditeit tussen geluk en angst
Geluk en angst maakten samen een wandeling. Angst vroeg aan geluk: ‘Vertel eens, wat is het hoogste geluk voor een mens?’ Geluk antwoordde: ‘Wanneer een mens zichzelf verliest, de grenzen van zijn ik verdwijnen en hij opgaat in het onnoembare.’ Angst knikte begrijpend. Toen vroeg geluk aan angst: ‘Wat is de grootste angst voor een mens?’ Angst antwoordde: ‘Dat hij zichzelf zou verliezen, de grenzen van zijn ik zouden verdwijnen en hij zou opgaan in het onnoembare.’ Geluk knikte begrijpend – en glimlachend zetten ze hun wandeling voort. Bron: Erich Kaniok, via www.zinnigeverhalen.nlAlle rollen samen vormen het weefsel van de groep, een bewegend geheel van overheersende patronen en afwijkende accenten. Je zou dit kunnen zien als een tapijt van alle dingen, gevoelens en ideeën die in de groep zitten. De dominante patronen worden gevormd door de rollen die veel ‘spreektijd’ krijgen. Zij vormen samen het meerderheidspatroon. In de Lewis-methode noemen we dit ook wel de lalala. Dingen die weinig spreektijd krijgen en opvallen doordat ze afwijken of slechts heel voorzichtig genoemd worden, zijn in de minderheid. Zij zijn de li.
Het geheel van de lalala en de marginale li vormt het weefsel van rollen. Dit weefsel kan veranderen wanneer er nieuwe mensen bij komen. Zij brengen nieuwe informatie en rollen in de groep, waarover iedereen weer zijn eigen mening zal hebben. Tegelijkertijd zullen de nieuwkomers zich invoegen in het weefsel dat er al is in de groep. Als mensen een groep verlaten, laten zij altijd rollen (ideeën, denkbeelden, meningen) achter in de groep. Daardoor wordt het weefsel van een groep dus gevormd door de groepsleden uit het heden en het verleden.
Wanneer de rollen in een groep vloeibaar zijn, is er ruimte voor creatie en verandert het weefsel voortdurend. Hoewel iedere groep uniek is, kom je in verschillende groepen vergelijkbare patronen tegen. Zo zijn er in een trainingsgroep altijd elementen van onzekerheid, nieuwsgierigheid, angst, nieuwe dingen leren, et cetera. En in een managementteam spelen altijd thema’s van leiden, volgen, keuzes maken, risico’s nemen, en zo meer. Deep Democracy zorgt ervoor dat je het weefsel in groepen gaat ontdekken en dat je ziet hoe individuen hiervoor zowel input leveren als er onderdeel van zijn.
Jezelf en anderen vastzetten
In succesvolle groepen en organisaties zijn de rollen regelmatig vloeibaar en in beweging. De bestaande orde, aannames en gedachten over de werkelijkheid mogen bediscussieerd en uitgedaagd worden. In een extreem fluïde groep is elke gedachte beschikbaar voor iedereen en kan iedereen hier creërend mee aan de slag. Groepen en relaties zijn in de kern een levend geheel, vol ongestructureerde energie die nog alle kanten op kan.
Helaas zetten we dingen vaak vast of op scherp. We zeggen dan bijvoorbeeld ‘hij is echt een doener’ en zien niet meer de dromerige kanten van de persoon. Jammer genoeg dragen allerlei goed bedoelde persoonlijkheidstesten bij aan deze lineaire manier van kijken naar onszelf en onze interacties. Ook doen we onszelf vaak tekort door te zeggen ‘zo ben ik nou eenmaal’ of ‘zo is het en niet anders’, waardoor we niet meer zien dat we meerdere dingen tegelijk kunnen zijn. Wanneer we onszelf manoeuvreerruimte ontnemen, kunnen we niet meer maximaal bewegen en creëren.
Bron: Deep Democracy
Door: Jitske Kramer