Kwaliteit van toezicht, waarom is het nodig? Het afgelopen decennium zijn bestuurders van organisaties, mede als reactie op een aantal incidenten, steeds meer onder het vergrootglas komen te liggen. Als gevolg van dit bestuurlijke falen is er ook steeds meer aandacht gekomen voor de effectiviteit van het toezicht op deze bestuurders en is duidelijk geworden dat toezicht houden een vak is.
Kwalitatief goed toezicht vraagt veel kennis, ervaring, opleiding en training en vooral ook rolbewustzijn en zelfreflectie.
Regelgeving aangepast
De roep om kwalitatief goed toezicht heeft onder meer geleid tot het aanpassen van wet- en regelgeving, het opstellen en zo goed mogelijk naleven van governance-codes in verschillende branches, zoals binnen het onderwijs, de gezondheidszorg en de woningcorporatiesector. Ook is er aandacht voor het aantrekken van meer divers talent in raden van commissarissen en raden van toezicht (hierna: RvC’s en RvT’s).
Tegelijkertijd is er steeds meer inzicht gekomen in het feit dat de effectiviteit van het toezicht mede afhankelijk is van de kwaliteit van het gesprek en de interactie binnen de top van organisaties. Om die reden worden er steeds vaker programma’s aangeboden die inzoomen op de dynamiek en de onderstroom in de boardroom.
Kwaliteit van Toezicht
Wat is eigenlijk kwaliteit van toezicht? Als we teruggrijpen op de verschillende governance-codes zien we dat daar meestal de beginselen van behoorlijk bestuur en toezicht centraal staan.
Enkele van dat soort beginselen zijn:
- Bestuur en toezicht dienen gescheiden te zijn.
- De werkzaamheden van het bestuur moeten transparant en inzichtelijk zijn.
- De bedrijfsvoering moet zorgvuldig, efficiënt en effectief zijn gericht op risicobeheersing en solvabiliteit.
- De verantwoording van beleid en financiële middelen dienen juist en transparant te zijn.
- Het bestuur dient te zorgen voor een klokkenluidersregeling.
- De bezoldiging dient zodanig te zijn dat bekwame bestuurders kunnen worden aangetrokken, maar dat het variabele deel niet aanzet tot het vooropstellen van eigenbelang.
- Commissarissen dienen gebruik te maken van hun bevoegdheden.
- Integriteit en onafhankelijkheid van toezichthouders moeten worden bewaakt; er mag geen schijn van belangenverstrengeling zijn.
- De toezichthouders staan het bestuur met raad en daad terzijde,
maar het belang van de organisatie staat centraal. - De voorzitter van de RvC en RvT is verantwoordelijk voor het goed
functioneren van de raad. - Er dient aandacht te zijn voor cultuur en gedrag in de organisatie.
Toezicht gericht op naleven beginselen
Het toezicht moet er uiteraard op gericht zijn dat de genoemde beginselen worden nageleefd. Dit vraagt verschillende vormen van kennis, kwaliteiten en competenties, maar welke dat zijn, kan per organisatie en branche verschillen. Daarnaast zijn er meer algemene kwaliteiten van toezichthouders te benoemen, die bijdragen aan effectiviteit, zoals integriteit, zelfbewustzijn, dienstbaarheid en beschikbaarheid.
Onze ervaring als toezichthouder en executive coach wijst uit dat het vermogen om naar je eigen rol te kijken cruciaal is. Het is belangrijk te reflecteren op wat er gebeurt in de interactie binnen de raad en tussen de raad en de organisatie om vervolgens effectief te kunnen handelen. Om ervoor te zorgen dat de relaties open en constructief blijven, zodat iedereen haar eigen rol zo effectief mogelijk kan vervullen, óók – en vooral – als het spannend wordt. Daarbij is het ook belangrijk je te realiseren dat ook je eigen rol per functie en per organisatie verschillend kan zijn, afhankelijk van de context en de risico’s in de organisatie.