‘‘Ik ben integer’ is een gevaarlijke houding’. Zo opende dagvoorzitter Jeroen Smit de Integriteitsdag afgelopen donderdag. De bijzondere locatie van Radio Kootwijk was de passende setting voor deze eveneens bijzondere dag. Het onderwerp integriteit werd door uiteenlopende sprekers belicht. Dat resulteerde in een boeiende dag waarin de deelnemers ook zelf aan de slag gingen om na te denken over wat integriteit voor henzelf betekent.
Een beetje liegen
Jeroen Smit wist als vaardige en energieke dagvoorzitter de rode draad goed vast te houden en de presentaties van de verschillende sprekers aan elkaar te koppelen.
De aftrap van de dag was van hemzelf en hij beweerde dat iedereen af en toe een beetje liegt. En dat mag ook, zei hij. Maar ‘een beetje liegen’ is ook gevaarlijk, want het kan uit de hand lopen. Als er ruimte is om een beetje te liegen, dan wordt die ruimte stapje voor stapje groter. Het wordt een steeds groter grijs gebied.
Hoe manage je dat grijze gebied? Als mens en als organisatie? Daarover gaven alle sprekers vanuit hun eigen ervaring en expertise een betoog.
Jaap van Manen: ‘Integriteit is een manier om succesvol zaken te doen’
Jaap van Manen is voorzitter van de monitoring Commissie Corporate Governance Code. De code moet gaan over lange termijn waardecreatie en over integriteit, vindt Van Manen. ‘Veel ondernemingen worden aangestuurd op het boeken van kortetermijnwinst. De lange termijn, dat zien we dan wel.’
Jaap van Manen: ‘We zijn woon- en loonslaven geworden’.
Helemaal fout, vindt Van Manen. ‘Met de code proberen we meer te focussen op verantwoordelijkheid. Integriteit is dan een manier om succesvol zaken te doen.’ Transparantie en onafhankelijkheid moeten hierbij helpen, maar dat is niet altijd zo eenvoudig, geeft hij toe.
Neem onafhankelijkheid: je bent onafhankelijk als je geen belang hebt, maar hoe onafhankelijk ben je echt als je werkt? ‘We zijn woonslaven en loonslaven geworden, je zult je moeten aanpassen aan je werk.’
Veel bedrijven zijn niet voorbereid op de grote veranderingen die de nieuwe technologieën met zich meebrengen, vervolgde Van Manen. ‘Iedere bestuurder moet zich afvragen: kan ik voldoen aan de nieuwe eisen die men mij stelt? Neem geen verantwoordelijkheid voor dingen die je niet kan waarmaken.’ Van Manen pleit er daarom voor dat Raden van Commissarissen iemand hebben die de nieuwe business modellen écht begrijpt. ‘Je kunt als bestuurder alleen effectief zijn als je op de hoogte bent van de ontwikkelingen.’
Cor Boonstra: ‘Moreel leiderschap hoort er ook bij. Dat mis ik nu veelal’
Over Cor Boonstra, voormalig bestuursvoorzitter van Philips verscheen dit voorjaar het boek ‘Boonstra, 19 lessen uit het leven van Nederlands meest dwarse ceo’. Tijdens de Integriteitsdag ging Boonstra in gesprek met Jeroen Smit. Onder meer over de rol van commissarissen en dat hij als topman van Philips geen al te hoge pet op had van de Raad van Commissarissen. ‘Eén of twee heb ik er echt serieus genomen. Ik heb te veel meegemaakt dat ze brieven niet hadden gelezen of tijdens de vergadering de enveloppen nog moesten open maken. Er was ook een commissaris die vaak zat te slapen, maar op het juiste moment wel de juiste vragen wist te stellen. En daardoor zeer waardevol was.’
Cor Boonstra: ‘De slagkracht van de top van het bedrijfsleven in Nederland is afgenomen.’
De inmiddels 78-jarige Boonstra vindt dat de huidige top van het Nederlandse bedrijfsleven het grijze deken van zich moet afgooien. Bijvoorbeeld rond de discussie over de bonuscultuur. ‘In z’n algemeenheid heeft het bedrijfsleven niet de moed om gezamenlijk afspraken te maken en om samen ergens voor te staan. Als je baas bent van een groot bedrijf, dan hoort daar ook moreel leiderschap bij. Dat mis ik nu veelal.’
Aan de voormalig ceo werd ook gevraagd welke les hij iedereen zou willen meegeven. ‘Als het om het functioneren aan de top gaat, dan zijn ook daar de 3 V’s onontbeerlijk: vriendschap, vertrouwen en vakmanschap. Zonder vertrouwen komen er altijd breuken.’
Lees hier ook de live blog van de Integriteitsdag!
Margriet Sitskoorn: ‘Waarom is zondigen zo verleidelijk?’
Waarom is zondigen zo verleidelijk? Die vraag hield hoogleraar klinische neuropsychologie Margriet Sitskoorn de aanwezigen voor. Haar antwoord? ‘Oudere delen van ons brein, onder andere het genots- en pijnsysteem, sturen ons naar het direct reageren op prikkels die miljoenen jaren geleden schaars waren maar wel nodig om te overleven. Zo zijn vet en koolhydraatrijk eten, bezit, status en seks onder andere gekoppeld aan het genotssysteem. En buitengesloten worden en verlies van status, bezit en veiligheid aan het pijnsysteem. Omdat we genot willen voelen en pijn willen vermijden doen we sommigen dingen heel graag, bijvoorbeeld vet eten, en anderen juist niet, bijvoorbeeld salaris inleveren.’
Margriet Sitskoorn: ‘Je moet jezelf kunnen monitoren en een reëel zelfbeeld vormen’.
Het is het systeem dat ons stuurt naar ons kortetermijndenken en -gedrag. ‘Veel later in de evolutie heeft onze prefrontale hersenschors zich ontwikkeld, ook wel het CEO-brein of executive brein genoemd. Dit deel van de hersenen hebben we vooral nodig voor sociale interactie en het nemen van de juiste beslissing op het juiste moment. Het is gericht op de langere termijn en kan de kortere termijn-krachten overrulen, iets wat in onze complexe wereld echt nodig is. Het lastige is alleen dat de wetmatigheden uit de evolutionair oude hersennetwerken vaak sterker sturend zijn voor ons gedrag dan ons executive brein. En dat blijft zo, tenzij u dat executive brein traint.’
Sitskoorn weet ook welke vaardigheden tot succesvol gedrag leiden. ‘Aandacht richten, vasthouden, verdelen en loslaten, maar ook het reguleren van emoties en flexibel kunnen zijn als zaken veranderen.’ Ook van belang: het kunnen onderdrukken van ongewenst gedrag. ‘Je moet jezelf kunnen monitoren en een reëel zelfbeeld vormen. Met onder meer deze vaardigheden kun je succesvol en integer zijn.’
Gijs Scholten van Aschat: ‘Vul je eigen paspoort in over integriteit’
Gijs Scholten van Aschat hield de deelnemers een spiegel voor en zette hen aan het werk met deze stelling:
Stel, je baan houdt op. Je neemt afscheid van de organisatie en de mensen. Er is een afscheid voor je georganiseerd en allerlei mensen houden een praatje. Wat hoop je dan dat anderen over je zeggen?
Wat hoop je dat je kind over je zegt?
Je ouder? Je partner? Een ondergeschikte? Een leraar of wijze?
En tot slot: je baas?
Met teksten van onder andere Shakespeare zette acteur Gijs Scholten van Aschat aan tot nadenken over het eigen gedrag. Iedere deelnemer kon zijn eigen gedachten daarover op papier zetten. Samen met Jeroen Smit maakte hij er een onderhoudende en inspirerende sessie van.
José Hernandez: ‘Luister naar de dingen die je niet hoort’
Waarom doen goede mensen verkeerde dingen? ‘Ze nemen kleine stapjes in de verkeerde richting. Als je veel kleine stapjes zet, dan ga je écht de verkeerde kant op. Dat moet je zien te voorkomen.’ In basis hebben de meeste mensen goede intenties, maar hebzucht en angst maken ons lafaards. Leiders van grote bedrijven worden blind en gaan zichzelf zien als helden. De mensen die daar tegenin gaan, de klokkenluiders, worden eruit gewerkt, zo betoogde Hernandez.
José Hernandez: ‘Leiders van grote bedrijven worden blind en gaan zichzelf zien als helden.’
Het vereist sterk leiderschap om dat te veranderen, zei Hernandez: ‘Luister naar de dingen die je niet hoort. Als iets stinkt, dan is het niet goed. Als er gif zit in het systeem, verander het systeem. Als je twijfelt, neem je twijfel serieus en pak het aan. Neem verantwoordelijkheid voor je risico’s, laat risico’s niet oplossen door je leveranciers of distributeurs, maar los het zelf op. Zegt de juridisch adviseur ‘We are good to go?’ Ga dan niet! Wil je iets veranderen? Actions speak louder than words!’
Femke de Vries: ‘We hebben bewust openheid betracht’
Het slotwoord was aan Femke de Vries, bestuurslid Autoriteit Financiële Markten (AFM). Haar boodschap? Regels alleen zijn niet de oplossing. ‘Er moet wet- en regelgeving zijn, maar cultuur en integriteit zijn minstens net zo belangrijk. Die les heeft het verleden ons wel geleerd.’
Die les is ook dat integriteit geen statisch begrip is. ‘Maatschappelijke waarden en normen veranderen telkens. Wat nu nog door de beugel kan, kan dat over een paar jaar wellicht niet meer. Kijk naar het morele debat over de afdracht van belasting. Mensen die fiscale constructies opzetten komen er nu niet meer mee weg om te zeggen dat ze binnen de grenzen van de wet handelen. Daarnaast is integriteit voor iedereen anders. Wat voor de een acceptabel is, vindt de ander totaal onacceptabel. Dus zul je het vooral over het grijze gebied moeten hebben om gezamenlijke waarden en normen te vinden. Integriteit is niet statisch. Allerminst. Net zoals toezicht niet statisch is. Ook wij spiegelen ons continu aan maatschappelijke ontwikkelingen. Veel wetten bieden nu eenmaal ruimte voor interpretatie. Dat komt doordat we als maatschappij ook in beweging zijn en nu bijvoorbeeld heel anders kijken naar producten met hoge kosten, zoals beleggingsverzekeringen.’
Femke de Vries: ‘Nog steeds krijgen dezelfde mensen de functies in de top; dan verandert de toon niet’.
In het derivatendossier moest de AFM ook zelf laten zien wat er niet goed was gegaan. Banken verkochten mkb’ers niet passende producten. AFM miste volgens een kritisch rapport niet alleen de noodzakelijke expertise in de mkb-markt, het had ook onvoldoende capaciteit dit maatschappelijk gevoelige dossier in goede banen te leiden. De Vries: ‘Als iets niet goed is, moet je er zelf openheid over geven. En er zo snel mogelijk van leren. Het moet anders en beter. We hebben bewust openheid betracht. Dat tast op de korte termijn wellicht vertrouwen in toezicht aan, maar draagt op de lange termijn juist bij aan vertrouwen in je deskundigheid en oordeel. Openheid draagt daarnaast bij aan het geloof in je integriteit.’
Verslag: Johan Petersen (Executive Finance) en Maud Notten (Sigma)