Een spannende gedachte voor het nieuwe jaar.
Het nieuwe jaar is volgens mij met verve begonnen. Was het vorige week nog een beetje rustig, nu stroomt de mailbox al weer over. De routine van het druk hebben is onvermijdelijk al weer van stal gehaald. Dat is best wel een beetje jammer, want door al die drukte verliezen we de goede organisatievoornemens (die had u toch ook?) maar al te snel weer uit het oog. Want een jaar van 12 maanden of 365 dagen geeft nou juist zo’n mooie ‘window of opportunity’ om anders te organiseren in het licht van de lastige en groeiende ‘wicked’ problemen waar we als maatschappij en organisatie(s) voor staan. En als we ons daar niet echt op concentreren, dan komt er geen transitie van de grond.
Temperatuurstijging
Het is positief dat op de COP21 in Parijs afgelopen december mondiaal-collectief besloten is om ‘iets’ te gaan doen aan de structurele temperatuurstijging, maar beloftevolle woorden maken nog geen transitie. Die wordt alleen maar geboren door anders te gaan organiseren. En daar zit een lastige en stroperige opgave. Er is niet een magische thermostaat op wereldniveau waar aan gedraaid kan worden. Een probleem als energievoorziening, voedselveiligheid of vluchtelingenstromen (om er maar een paar te noemen) zit vol met voetangels en klemmen. Hier en vandaag iets doen leidt niet noodzakelijkerwijs tot directe of positieve resultaten, laat staan voor iedereen, met voldoende impact of op de goede plaats. Niet zelden is sprake van het tegenovergestelde voor de ander. Dus de dingen anders organiseren zit vol met de nodige paradoxen.
Een interessante vraag is dat dat misschien komt door onze manier van organiseren die te typeren is als centralistisch, lineair en fractioneel. Eerst breken we alles op in stukjes, zetten dat in een rechtlijnig proces en denken dat vanuit een centraal punt te kunnen aansturen. Als metafoor leidt dat tot een spinnenwebmodel. Maar stel dat die taaie vraagstukken op die manier niet adequaat of zelfs negatief aangepakt worden? Dat de manier waarop we organiseren de kwaal alleen maar verergert? Dat de ‘once size fits all’ organisatorische aanpak die we impliciet en expliciet hanteren, niet meer aansluit bij het resultaat dat dringend gewenst is? Dus moet het denken over organiseren niet de verandering in?
Pop-up companies
Een groep mensen heeft in de licht van deze observatie in het najaar van het vorige jaar onder de noemer van het ‘World Bee Collectieve’ gewerkt aan het intrigerende concept van ‘pop-up companies’ (PUC’s). Al werkende weg kwamen ze tot het benoemen van de organisatievorm ‘distributieve collectieve organisatie’, kortweg de DCO genoemd. Kern van de DCO is dat als mensen samen investeren in een projecten, ze ook moeten delen in de uitkomsten, zonder de tussenkomst van investeerders. Eigenlijk is dat een beetje het heruitvinden van de coöperatie. Door bij te houden wat iedereen investeert in een DCO in termen van tijd, geld of een andere waarde, kan dit geconverteerd worden in aandelen (of: waarde-eenheden) en blijft de DCO van de community die haar heeft opgericht en grootgebracht. Zo’n aanpak vraagt wel om blockchain (software) technologie 2.0 of 3.0, maar dat laten we hier even buiten beschouwing, De essentie van een DCO is dat decentraal collectief mensen een community rond een wicked vraagstuk bouwen, al dan niet in de vorm van een (tijdelijk) pop-up bedrijf waarin de waarde die gecreëerd wordt van de mensen in die community blijft.
Nieuwe businessmodellen
De idee van DCO’s zit ook al in nieuwe businessmodellen maar dan toch net weer met een ander accent. In DCO’s doet zich nog een extra dimensie voor. De lastige en taaie vraagstukken waar we voor staan zijn niet zelden innig verbonden met de maatschappij. Ondernemen, organiseren en het daardoor bijdragen aan het oplossen van die vraagstukken worden zo tot verschillende dimensies van dezelfde vraag. Dat maakt het niet simpeler, in tegendeel. Maar het werken met DCO’s zou wel eens een heel nieuw en verhelderend perspectief kunnen bieden op de vragen waar we het komend jaar en de jaren daarna in het licht van de maatschappelijke opgaven voor staan. Dit is een heel spannende gedachte waar we in de loop van dit jaar misschien met z’n allen maar eens wat denkkracht in moeten stoppen om deze verder te brengen.
Jan Jonker is hoogleraar Duurzaam Ondernemen aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. Daarnaast bekleedt hij de Pierre de Fermat leerstoel aan de Toulouse Business School in Frankrijk. Zijn werk concentreert zich op drie samenhangende thema’s: de opkomst van de WEconomy, het ontwikkelen van nieuwe businessmodellen en het anders denken over geld ofwel ‘hybride bankieren’.