Een all-star team vol sterspelers lijkt een slecht idee, maar in de praktijk blijkt dat teams met toptalenten veel productiever zijn.
Toptalenten zijn significant productiever – ze doen veel meer én ze doen het veel beter – dan ‘de rest’. Bij creatief en ongestructureerd werk is de score x8 tot x12. Daar komt bij: 1 + 1 is in een sterrenteam veel meer dan 3. Een 5-koppig team van louter toppers produceert 16 keer zo veel output (of doet het in 1/16 van de tijd) als iedere topper afzonderlijk zou doen. Goede teamcoaches, die elk teamlid stimuleren om zijn eigen troefkaart uit te spelen in het geheel, fungeren nog eens als vermenigvuldigingsfactor van deze vermenigvuldigingsfactor.
Zo manage je een all-star team
De meeste organisaties gaan voor een evenwichtige teamsamenstelling, of voor teams met alleen inhoudelijk specialisten (of met wie toevallig beschikbaar is). Een gemiste kans, want all-star teams doen het beter. Zo gooi je het roer om:
- Track je sterspelers zorgvuldig en consistent. Weet wie ze zijn, waar(aan) ze op dit moment werken, en hoe je ze nieuwe, andere rollen kunt laten spelen. Pas op voor subjectiviteit.
- Schakel ze in bij cruciale kwesties waarbij veel op het spel staat: zaken die snel en effectief moeten worden getackeld om de strategische positie van je organisatie veilig te stellen.
- Laat teamprestaties zwaarder wegen dan individuele prestaties – en beloon navenant (compensaties, professionele ontwikkeling, carrièremoves).
- Maak het teamsucces doorslaggevend voor individueel succes. Denk voetbal: geen enkele stervoetballer gaat met de beker naar huis als het elftal niet succesvol is.
Bron: Harvard Business Review
Door: Yvonne Halink
