Commissarissen, bestuurders, professionals. Ze zijn me als deelnemer aan een workshop ethiek en integriteit allen even lief. Altijd grappig om te zien hoe een commissaris in opleiding worstelt met de vraag of hij als bestuurder zijn commissaris moet informeren. Straks sta je zelf in die schoenen!
Ik werk veel met compliance officers, professionals dus, die worstelen met de vraag hoe ze het management kunnen managen. Je kunt nog zo goede ideeën hebben, als je de ‘macht’ niet meekrijgt dan rest slechts frustratie. Het lot van veel specialisten – legal, HR, compliance, risk, control etc. – slim zijn is niet genoeg, met kennis alleen verandert de organisatie nog niet. Dat is de specialisten-worsteling: Hoe kun je effectief zijn, hoe heb je impact? Voor management en toezicht zijn er tal van opleidingen. Specialisten doen vooral aan kennisverrijking. Maar dat lost de specialisten-worsteling nog niet op. Op Nyenrode hebben we een nieuw programma ontwikkeld. Het Specialist Development program. Creëer als vakspecialist meer impact in de boardroom. Het gaat binnenkort van start. Hoe breng je risico’s en kansen het beste onder de aandacht van bestuurders? Hoe kun je effectief schakelen in het politieke spel met de directie? Hoe krijg je zaken voor elkaar?
Het nieuwe samenwerken als belangrijk basisboek
Een belangrijk basisboek tijdens de opleiding is Het nieuwe samenwerken – Management & vakspecialisten van Ineke van der Ploeg. Omdat ikzelf bij het programma betrokken ben, heb ik het gelezen. Zeer lezenswaardig. In de proloog komt een nerd in de boardroom … Op basis van jarenlang studeren en experimenteren met vakspecialisten biedt Van der Ploeg een helder en informatief overzicht van het speelveld. Ze laat zien dat management development zeker niet hetzelfde is als specialist development. De deelnemers zitten niet alleen karakterologisch anders in elkaar, ze hebben ook verschillende behoeftes en uitdagingen. Waarom zou je de vakspecialisten serieus nemen? Omdat in de veranderende organisatiewereld de vakspecialisten meer gelijkwaardig met het management moeten samenwerken, omdat anders kansen blijven liggen. Ten koste van de organisatie, ten koste van de klanten en ook ten koste van de arbeidsvreugde van de specialisten zelf. Een uitdaging voor het management: hoe maak je optimaal gebruik van de unieke bijdrage van specialisten en hun potentieel? Maar dus ook voor de specialisten zelf. Het past hen niet langer om in een kamertje een briljant rapport te schrijven dat vervolgens in een bureaula verdwijnt.
Van der Ploeg beschrijft de worstelingen, kansen en uitdagingen in haar boek vanuit vier perspectieven: vanuit de specialist, de organisatie, het management en de trainer. Om maximaal gebruik te maken van kennis en wijsheid van specialisten is vanuit alle vier perspectieven werk aan de winkel. Ik beperk me nu tot de specialisten. Wat zijn belangrijke kenmerken van een vakspecialist? Liefde voor het vak, voorkeur voor zelfsturing en onvoorwaardelijke toewijding. De kracht van de specialist kan echter tegelijkertijd een valkuil zijn. Neem bijvoorbeeld de behoefte aan zelfsturing. ‘Als je gaat overdrijven, kan het voordeel omslaan in een nadeel. Om erkend te worden is het zaak dat je niet alleen autonoom en zelfsturend werkt, maar dat je ook samenwerkt met anderen. En niet alleen met andere collega’s die hetzelfde werk doen, maar vooral ook met collega’s van andere disciplines’. Dat gaat niet vanzelf. Voordat de ander jou kan kennen, moet je eerst jezelf kennen.
Specialisten bouwen bruggen
Een opleiding voor specialisten is daarom een persoonlijke ontdekkingsreis:
- Ken jezelf. – Wat kenmerkt jou als specialist?
- Herken jezelf. – Wat zijn jouw specifieke kwaliteiten als specialist?
- Erken jezelf. – Laat jezelf zien als specialist en laat van je horen!
Waarom zou je de reis maken? Omdat specialisten bruggen bouwen. Van der Ploeg noemt drie bruggen. ‘De eerste brug is de verbinding tussen de theorie en de praktijk. De tweede brug is de verbinding tussen de dagelijkse werkpraktijk voor verbeteringen en vernieuwingen. De derde brug ligt tussen theorie en innovatie (fundamentele vernieuwingen)’. Bouwen ze die bruggen als vanzelf? Neen. Pas als ze van organisatie en management de ruimte krijgen. En de vakspecialisten hun bekwaamheid in profileren, ondernemen en innoveren versterken.
- ‘Brug 1: Om de theorie met de praktijk te verbinden moet de specialist zich profileren: een eigen karakter vertonen.
- Brug 2: Om de dagelijkse werkpraktijk te verbinden met nieuwe initiatieven moet de specialist ondernemend werken: slimme dingen doen (in plaats van erover praten).
- Brug 3: Om de theorie te verbinden met structurele nieuwe ideeën is innovatiekracht nodig: nieuwe ideeën die paradigma’s verschuiven’.
Veel werkzaamheden van specialisten zullen de komende jaren worden geautomatiseerd. Dit biedt kansen! Dan blijft er meer tijd over om de praktijk te verbeteren. Natuurlijk is er ook een risico. Dit vereist vaardigheden waar specialisten niet vanzelf sterk in zijn. Van der Ploeg laat met vele illustraties zien hoe en waarom vakspecialisten aan hun eigen persoonlijk leiderschap kunnen werken. Niet door aan management development programma’s deel te nemen. Managers hebben hun eigen uitdagingen. Maar door met elkaar, op een eigen manier, te investeren in de eigen effectiviteit. Opdat niet langer de vraag is; hoe manage ik mijn manager? Maar: hoe kan ik samen met het management de organisatie versterken?
Edgar Karssing is als universitair hoofddocent verbonden aan het instituut voor bedrijfsethiek van Nyenrode Business Universiteit. Hij is winnaar van de Nationale Compliance Award 2010 en auteur van verschillende boeken.
Bron: Managementboek.nl
Het boek: Het nieuwe samenwerken: management en vakspecialisten
De rol van vakspecialisten in organisaties neemt steeds meer strategische proporties aan, terwijl de traditionele rol van het management afneemt. Werken betekent vaker samenwerken in gelijkwaardigheid in verschillende teams, die per thema van samenstelling veranderen: het nieuwe samenwerken.