Geregeld ga ik naar het bos. Om er doorheen te crossen op de mountainbikeroutes, te hardlopen, of met mijn zoontje te wandelen. Dan leer ik hem de dingen die mijn moeder aan mij leerde, over de planten en de dieren in het bos. En dan kom ik altijd tot rust. Prachtig vind ik het: het zachte mos en de hoge bomen. Vooral die bomen, die zo groot zijn geworden.
Kaal en dor
Maar er valt me dan wel vaak iets op: onder een hoge, grote boom groeit niks. Ja, er is wat mos, hier een daar een struik, en soms doet een jong boompje ook zijn best door eigenwijs omhoog te groeien. Maar verder is het vaak kaal en dor onder de hoogste bomen.
Die hoge bomen hebben er vaak tientallen jaren over gedaan om zo hoog te worden. Om het bos te domineren. Ze hebben stormen doorstaan, maar ze hebben ook het zonlicht en drinkbare water weggekaapt voor andere planten, die daardoor niet konden groeien. Of de hoge bomen gaven alleen ruimte aan kleine plantjes, aan het mos, om hun kleine worteltjes te laten groeien met de restjes die de boom overliet.
Managers volgen hetzelfde patroon
En eigenlijk gaat het bij veel organisaties ook zo. Waar managers, leiders en ondernemers er ook jaren over doen om de top te bereiken. Ondernemers bijvoorbeeld hebben ook de kracht van een grote oude eik. Wanneer hun onderneming nog klein is, moeten ze flexibel meewaaien in de storm, maar er voor zorgen dat ze wel stevig blijven staan. Steeds verder groeien ze door, hun bedrijf groeit, en hun status groeit mee. Ook topmanagers volgen hetzelfde patroon, groeien, groter worden en nog steviger wortelen.
Maar net als bij de grote bomen in het bos, zie je dat onder de sterke takken van de ondernemer of de manager niets groeit. De flexibiliteit die ze in het begin nog hadden, verdwijnt langzaam als de stam steviger wordt. Hun takken spreiden zich dan steeds verder uit en hun bladeren blokkeren het zonlicht voor alles wat ook wil groeien. Daarmee schakelen ze de concurrerende bomen en planten uit, zodat ze zelf door kunnen groeien.
Beluister deze column:
Als de boom sterft, dan valt hij om en wordt het dode hout de voedingsbodem voor nieuwe groei. Voor nieuwe bomen en planten. Net zoals dat werknemers en collega’s pas kunnen groeien als de dominante manager of ondernemer weg is.
Mens hoeft niet eeuwig te groeien
Toch is er een verschil tussen mens en boom. Een boom kan niet anders dan groter worden. Als een boom niet groeit, sterft hij. Maar als mens kunnen we ervoor kiezen om onze takken zo te buigen dat anderen ook kunnen groeien. Als mens kunnen we ervoor kiezen om zelf te blijven groeien, door anderen te helpen met ontwikkelen. Door zonlicht door te laten, zodat anderen ook kunnen stralen. Door niet al het water voor onszelf op te eisen, maar ons water te delen, met de jonge opkomende bomen.
Want onder de grootste boom, daar groeit niets.
Door: Eduard van Brakel
Eduard is eindredacteur van Boom Management. Samen met prof. dr. Bas Kodden schreef hij het boek Leidinggeven is omgekeerd opvoeden.