Open innovatie is een soort van innoveren, waarbij de grenzen van het organisationele systeem verlegd en overschreden worden. Het houdt in dat waardevolle ideeën zowel van binnen als van buiten de organisatie kunnen komen en dat deze ideeën en ontwikkelde technologieën ook van binnen en van buiten de organisatie uit op de markt kunnen worden gezet.
Henry Chesbrough is de grondlegger van deze nieuwe wijze van innoveren (De Rochemont & Van de Vrande, 2008). In Open innovation: the new imperative for creating and profiting from technology beschrijft Chesbrough de redenen waarom deze nieuwe manier van innoveren nodig is naast de oude vorm van innoveren, die hij de ‘gesloten innovatie’ noemt. Bij de traditionele, gesloten innovatie vindt onderzoek en ontwikkeling in een productieproces plaats binnen de grenzen van de onderneming.
Traditionele innovatie werkt niet meer
Er zijn verschillende oorzaken die ervoor zorgen dat de traditionele wijze van innoveren niet langer binnen de grenzen van de onderneming plaats kunnen vinden. Door de groeiende mogelijkheden om hooggeschoolde mensen in dienst te nemen en de grotere mobiliteit van deze werknemers (het makkelijker van baan wisselen), is het moeilijker om specifieke kennis binnen de organisatie te houden. De bedrijfsspecifieke kennis wordt hierdoor gemakkelijker overgedragen aan andere (concurrerende) bedrijven (Chesbrough, 2006:xxii).
Daarnaast is er in toenemende mate ‘durfkapitaal’ (venture capital) aanwezig. Hierdoor kunnen nieuwe ideeën, ontwikkeld door nieuwe ondernemingen met gecommercialiseerde externe research, op een andere manier tot ontwikkeling worden gebracht. Het ontwikkelen en uitwerken van ideeën buiten de grenzen van het bedrijf kan dus innovatief werken. Ten slotte neemt de levensduur van nieuwe specifieke technologieën af door de toenemende snelheid waarmee vele producten en services op de markt worden gezet. De druk van klanten en leveranciers wordt hierdoor groter om sneller nieuwe technologieën te ontwikkelen (Chesbrough, 2006:xxiii).
Open innovatie als bewustwording
Bovengenoemde factoren hebben ertoe bijgedragen dat ondernemingen naar een nieuwe vorm van innoveren zijn gaan zoeken. De verschuiving van gesloten naar open innovatie komt voor de ondernemingen als een bewustwording. Bedrijven beseffen dat goede ideeën niet alleen vanuit de organisatie komen en dat zij niet alleen de goede ideeën binnen de organisatie verder kunnen ontwikkelen, maar dat dit ook extern mogelijk is (De Rochemont & Van de Vrande, 2008).
Binnen de organisatie zal een verschuiving moeten plaatsvinden van de manier waarop naar de omgeving wordt gekeken. In plaats van angstig te zijn tegenover (concurrerende) andere partijen, kan men deze partijen betrekken bij de ontwikkeling van producten en diensten. Dit kan een grote toegevoegde waarde zijn. De partijen waarmee onder andere samengewerkt kunnen worden, zijn andere bedrijven in dezelfde sector, toeleveranciers, universiteiten en consumenten (De Rochemont & Van de Vrande, 2008).
Meer bewustzijn bij open innovatie
Ook binnen het maatschappelijke debat is het belangrijk dat bedrijven meer extern gericht zijn met betrekking tot innovatie. Als ieder bedrijf voor zichzelf probeert te innoveren op bijvoorbeeld het gebied van milieu, zullen deze bedrijven steeds met kleine stappen dichter bij het ideale milieubeleid komen. Bovendien zal het wiel meerdere keren worden uitgevonden: wat de ene organisatie nu uitvindt, vindt een andere organisatie morgen uit. Bij open innovatie worden meerdere partijen zich tegelijkertijd bewust van de mogelijkheden en zijn deze mogelijkheden innovatiever van aard. Hiermee kunnen grote stappen worden gezet op weg naar een degelijk maatschappelijk beleid.
Bron: Inleiding in maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen
Door: Jan Jonker