Diep in ons huist een holbewoner, een mammoetjager die maar door een dun laagje vernis is gescheiden van de Manager met Verantwoordelijkheden en Ideeën en de Autonome Seculiere Eenentwintigste-eeuwer. Er hoeft maar dát te gebeuren of we gaan weer achter de buit aan, voeren samen een ritueel uit, richten een totem op of verklaren iets taboe.
In Tribaal Kantoorgedoe kijkt Daniëlle Braun met veel plezier naar de sabeltandtijgerjager in de moderne maatschappij. Losgeslagen van zijn tribe, is hij wanhopig op zoek naar lotgenoten en geestverwanten om zich geborgen te weten. In een groep. Met een duidelijke leider. Om uiteindelijk samen op jacht te gaan.
Ik heb regelmatig hardop zitten lachen. Een (herkenbaar!) voorbeeld: In een bedrijf werd flink geklaagd over ruimtegebrek, terwijl er een ongebruikt kamertje was waar het bureau van een vertrokken, maar klaarblijkelijk nogal aanwezige, oprichter nog stond. Vergeten uit te roken. ‘Op een dag hebben we met wat jonge gasten het loodzware gevaarte naar de binnenplaats getild. En er een jerrycan benzine overheen gegooid. Het fikte flink.’ Geesten uit het verleden moet je goed verjagen, want anders gaat het mis. ‘Met zijn bureau verdwenen ook heel veel vastgeroeste gewoonten en procedures’.
Je kunt je over dit voorbeeld en vele andere natuurlijk vrolijk maken, maar ze heeft wel een punt. Veel gaat mis omdat oeroude verlangens en gewoontes botsen met de eisen van het moderne leven. Probeer elkaar dus niet te veranderen, zegt Daniëlle Braun, maar verdraag elkaar. Verdragen. Ver dragen. Hou elkaar vast en zet elkaar weer neer op een nieuwe, betere plek.
Een kostbaar kleinood, dit Tribaal kantoorgedoe.
Bert Thiel (1961) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde. Hij doceert Nederlands op het Norbertus Gertrudis Lyceum in Roosendaal.
Bron: Managementboek.nl