Als het aan Paul Verburgt ligt vrijwel iedereen: de manager zelf – althans diegene die overblijft – de medewerker en de klant.
Alweer een paar jaar geleden haalde Paul Verburgt zijn gelijk aan het roer bij ArboNed, waar hij maximale resultaten met Minimal Management boekte. Zijn gelijknamige boek staat hoog in de hitlijst van managementboeken. Waarom volgen toch zo weinig andere organisaties zijn voorbeeld?
Voordat ik de loftrompet over dit boek laat schallen een kritische noot. In het begin stelt Verburgt dat hij veel managementboeken heeft gelezen. In bijna geen één vond hij stof voor zijn boek. Dit is op z’n minst opvallend. Zijn tirade in deel 1 van het boek gaat over ‘de beheersingsmachine’ met al z’n regels en controles. In wat andere bewoordingen heeft dit toch wel erg veel weg van het gedachtegoed van een reeks verlichte Nederlandse managementauteurs. Ik denk dan aan critici als Mathieu Weggeman, Jaap Peters, Thijs Homan en recentelijk Wouter Hart.
De loftrompet
Dit gezegd hebbende dan toch die loftrompet, in twee coupletten van vorm naar inhoud. De vorm van dit boek ademt minimalisme: korte hoofdstukken, bijna 170 pagina’s dun en geen woord te veel. Misschien wel het belangrijkste, het is makkelijk binnen twee uur uit te lezen. Geen tijd hebben om je erin te verdiepen is dus geen argument om niet aan minimal management te doen.
Dan de inhoud van het boek. Die is superpraktisch, doorleefd en doet een direct appel op de lezer. Deel 2 gaat over het kernprincipe van minimal management: volwassenen in organisaties volwassen benaderen. Dit betekent ze simpel de vrijheid geven om te doen wat gegeven de doelen gedaan moet worden. Het vereist wat Verburgt noemt ‘onwrikbaar vertrouwen’ in de medemens in de organisatie. Hij gaat uit van een positief mensbeeld: 97% van de mensen in een organisatie wil gewoon hun werk kunnen doen. Sluit ik me graag bij aan.
Invoeren van minimal management
Deel 3 betreft het invoeren van minimal management. Daarbij gaat het er nogal radicaal aan toe: voer het in één keer in, en wel gelijk in de hele organisatie. Niets geen stap voor stap uitrollen. In mijn interpretatie gaat het hierbij uiteindelijk om één ding: op alle niveaus in de organisatie onzekerheid durven toelaten, met het vertrouwen dat daar volwassen mee wordt omgegaan. Dit geeft ruimte voor professioneel handelen, kansen benutten en bewust risico’s nemen, als de doelstellingen daar om vragen.
In deel 3 over het invoeren van minimal management staan veel praktische tips. Die sluiten naadloos aan op soortgelijke ontwikkelingen in managementland, wat de toepassing ervan alleen maar kan helpen. Ik denk hierbij gelijk aan ‘mijn’ kenmerken van risicogestuurd werken. Ik heb ze beschreven in het gelijknamige boek, als alternatief voor instrumenteel en controle-gedreven risicomanagement. Hand in hand met compliance woekert dit conventionele risicomanagement inmiddels in veel organisaties. Het slurpt energie van alle (gedwongen) betrokkenen, zonder dat het veel aantoonbaar effect lijkt te hebben.
Praktijktips
Voorbeelden van praktijktips voor zowel minimal management als risicogestuurd werken zijn meerdere (team)doelen leidend laten zijn, variatie toelaten en benutten, kleinschaligheid organiseren, keuzes durven maken, en high trust – low tolerance compromisloos toepassen (in plaats van het omgekeerde). Idealistisch? Vergeet niet dat Paul Verburgt zijn radicale aanpak zelf met succes in de praktijk heeft gebracht. En ook al is dat in één organisatie, hij heeft daarmee wel een punt.
Hiermee is de vraag uit het begin nog steeds niet beantwoord: waarom volgen zo weinig andere organisaties het voorbeeld van Verbrugt met de toepassing van minimal management? Zijn de eigenschappen voor de minimal manager als een vrije geest en stalen zenuwen zo speciaal, dat bijna niemand ze heeft? Of vinden we met z’n allen stiekem die overdaad aan bureaucratie en regels helemaal niet zo erg? Moet het misschien nog veel erger worden – met nog veel méér procedures en controles – voordat de wal het organisatieschip keert en minimal management normaal wordt?
Dr. ir. Martin van Staveren MBA is gepromoveerd op het implementeren van risicomanagement in organisaties. Vanuit zijn adviesbureau VSRM adviseert hij publieke, private en projectorganisaties over effectiever omgaan met onzekerheid. In 2015 verscheen bij Vakmedianet Van Staveren’s eerste managementboek over de omgang met risico’s: Risicogestuurd werken in de praktijk, en in 2019 verscheen Risicoleiderschap
Bron: Managementboek.nl