Volgens psychoanalyticus en INSEAD-oprichter Manfred Kets de Vries ontbreekt het veel topbestuurders aan de broodnodige zelfreflectie. Hij schat dat tussen de veertig en vijftig procent van de leiders eigenlijk niet geschikt is voor zijn of haar functie. Ze missen de eigenschappen om op een uitgebalanceerde manier de belangrijkste leiderschapsrollen te vervullen: richting geven, beschermen en controleren.
Onder leiders vind je veel te veel narcisten en haantjes die slecht kunnen luisteren naar een ander, zegt Kets de Vries. Hij kan het weten, want hij heeft als therapeut heel wat ceo’s in zijn spreekkamer gehad.
Zelfreflectie is volgens hem een cruciale eigenschap voor een topbestuurder. ‘Zoals de indianen zeggen: als je op een dood paard rijdt, kun je maar beter afstappen. Maar veel leiders blijven gewoon op dat dode paard zitten, in de hoop dat er iets anders gebeurt. Ze denken niet na, weten niet waar ze naartoe rennen en met welke reden’.
Lateraal denken
Zelfreflectie is overigens best aan te leren, maar hun narcisme zit veel leidinggevenden in de weg. Kets de Vries: ‘Hoe vaak hoor je medewerkers niet verzuchten dat hun baas niet naar hen luistert? Een goede leider heeft gevoel voor introspectie, kan luisteren en meevoelen. Dat soort leiderschap is in veel organisaties nog een utopie.’
Vrouwen geschikter als leider
Wat dat narcisme betreft: vrouwen hebben daar minder last van dan mannen en zijn daarom volgens Kets de Vries geschikter als leider. Bovendien kunnen ze beter en sneller lateraal (niet traditioneel) denken. Dat is een groot pluspunt voor leidinggeven in de huidige organisaties, die niet langer worden gedomineerd door Command, Control en Compartimentation maar door Interaction, Innovation en Information.
Wel jammer dat er nog steeds te weinig vrouwelijke topbestuurders zijn. Kets de Vries zou dan ook graag zien dat daarvoor een quotering komt, zoals bijvoorbeeld in Noorwegen het geval is.
(Bron: Gert van der Houwen en Paul Groothengel in: Management Scope)