‘Anyone who believes exponential growth can go on forever in a finite world is either a madman or an economist.’
Deze uitspraak van de Engelse econoom Kenneth Boulding vat in één zin samen waarom we ons druk moeten maken voor een duurzamere wereld.
Ons huidige (economische) systeem is namelijk precies op deze bizarre veronderstelling gebaseerd. Doorgaande groei als het heilige huis van economen, politici en bankiers. Daarnaast is onze economie gebaseerd op een lineair principe van productie en consumptie. De schakels in de keten van productie en consumptie zijn alleen verantwoordelijk voor hun eigen stuk. De gevolgen daarvan zien we overal om ons heen, van mijnbouw met dramatische gevolgen voor het milieu en de plaatselijke bewoners naar productie onder slechte arbeidsomstandigheden en het onder druk zetten van toeleveranciers om lagere prijzen te realiseren tot consumptie die vooral gericht is op meer en steeds snellere vervanging. Wie heeft er nog een telefoon die ouder is dan drie jaar?
Andere manier van denken nodig
Voor een duurzamere wereld is een andere manier van denken noodzaak. Het is nodig om de overstap te maken naar een andere, circulaire economie waarin langdurige, duurzame verbindingen tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en consumenten nodig zijn. Samenwerken in en tussen ketens en delen van kennis. Dit zijn de essentiële elementen om de zo noodzakelijke overstap te maken. De overstap naar een andere economie gebaseerd op duurzame waarden, naar een samenleving gebaseerd op echte aandeelhouderswaarde, naar een omgang met onze planeet waardoor ook onze kleinkinderen hier nog fatsoenlijk kunnen wonen, leven en genieten.
Onze manier van werken is aan een drastische revisie toe, een transitie zo je wilt. Met die andere manier van werken wordt al op verschillende plekken geëxperimenteerd. In het hbo is DUPLHO (DUurzaamheidsPlatform Hoger beroepsOnderwijs) daarvan een voorbeeld. DUPLHO is een netwerk van 18 hogescholen gericht op de verduurzaming van het onderwijs, het toegepaste onderzoek en de bedrijfsvoering.
Door: Jan Oosting
Bron: Nijmegen School of Management in samenwerking met Management Impact