Afgunst is een destructieve emotie – maar een beetje jaloezie kan je ook mooie dingen brengen.
Je baas die de loftrompet afsteekt over een collega, een vriend met gebronsde sixpack op Facebook, je buurman die leuk in de loterij wint: iedereen heeft wel eens een aanval van afgunst. Vergelijk jezelf niet te veel met anderen, is de sociale conventie, want dat leidt alleen maar tot negatieve emoties – zo niet stress. Maar (lichte) jaloeziegevoelens kunnen je ook vooruit helpen: ze zijn vaak een bron van motivatie en betere prestaties, en maken je heel direct duidelijk wat belangrijk voor je is.
Laat afgunst voor je werken
- Erken dat je jaloers bent. Dat is de eerste stap als je je gevoelens van afgunst de baas wilt worden.
- Bevestig je eigen kracht. Schrijf op wat jij vindt dat jouw beste kanten zijn, en wat voor jou persoonlijk het belangrijkst is. Het is iets wat bijna niemand doet maar wat aantoonbaar leidt tot aanmerkelijk minder zelf-beschermend of defensief gedrag, tot meer persoonlijke groei.
- Beschouw succes niet altijd als een wedstrijd. We reageren vooral jaloersig als andermans succes direct van invloed lijkt op ons eigen toekomstige succes – iets wat vaak helemaal niet het geval is (zeker niet als het om succes op een ander vakgebied gaat dan het jouwe).
- Zie andermans succes als een uitdaging, niet als een bedreiging. Dan wordt het iets wat je kan inspireren en motiveren.
- Fake enthousiasme, zelfs al ben je jaloers. Allerlei onderzoek in de sociale psychologie laat zien dat je dan op termijn écht blij wordt voor de ander (self-fulfilling prophecy).
- Zet het in perspectief. Andermans succes doet niets af aan de mooie dingen in jouw leven.
De sociale norm van wederzijdsheid
Aardige, constructieve en empathische reacties die mensen krijgen op hun goede nieuws hebben veel impact op hun emoties en welzijn. Nog een reden dus om je niet afgunstig te gedragen: als je ook andermans successen meeviert, professioneel en privé (like die sixpack!), levert dat je vaak veel credits op – iets wat je carrière ten goede kan komen.
Bron: Fast Company
Door: Eduard Kerkman