De pepernoten liggen weer in de schappen. Tot een paar jaar geleden reden tot lichte opwinding, blijdschap en hooguit enige ouder-stress. Tegenwoordig ook startschot voor de heftige en emotionele discussie over hoe we Het Feest dit jaar gaan vieren en vooral of we dat met, zonder, of met een gekleurde Piet doen.
Je hoeft zijn naam maar te noemen en mensen schieten in een fel debat en zuchten dat ze er he-le-maal klaar mee zijn. Is Zwarte Piet nu wel of niet een uiting van racisme (conclusie van de VN)? Of is hij gewoon zwart vanwege zijn geklim en geklauter door schoorstenen? En mag en kan je zo’n lange diepgewortelde traditie überhaupt zomaar veranderen? En als dat dan zo is, wie mag dat dan doen? Volgens Rutte is Zwarte Piet geen zaak van de politiek. Maar van wie of wat dan wel
Ondertussen worden de etalages ingericht met regenboog-, glitter- en blanco pieten (om zelf in te kleuren) en met gewone Zwarte Pieten (‘ik neem het niet zo zwart-wit’, aldus een winkelier). Winkeliers komen er individueel niet meer uit, dus heeft de branchevereniging voor de detailhandel aan de redactie van het Jeugdjournaal gevraagd om het Zwarte-Pieten-verhaal van dit jaar uit de doeken te doen … het morele kompas van Nederland zal dus verwoord moeten worden door Dieuwertje Blok… toen wij dit op Radio 1 hoorden waren we pas echt geïrriteerd. Kan nou helemaal niemand die discussie in goede banen leiden? We hebben een leider nodig …!
Iedereen speelt elkaar de Zwarte-Pieten-discussie toe. Het College van de Rechten van de Mens wil de discussie stimuleren en pleit voor meer ingrijpen vanuit Den Haag. Den Haag wil de discussie stimuleren, maar doet verder geen uitspraken over ‘hoe het ventje eruit moet zien’. En terwijl minister Asscher een rondetafeloverleg heeft ingepland, blijft de hele kwestie maar in de lucht hangen en weten leerkrachten nog steeds niet welke liedjes straks in te studeren met de klas. We worden er moe en iebelig van …
Herkenbaar? Wat we bij de Zwarte-Pieten-discussie missen is iets wat we ook veel in organisaties tegenkomen. Er is onvrede over een proces, een manier van doen, een gewoonte … en iedereen praat erover, maar niemand doet echt iets. Ondertussen blijft het weken, maanden, jaren bij het oude. Bovendien is dat wat ter discussie staat vaak een uiting van iets anders, zoals Zwarte Piet symbool staat voor een dieper gesprek over racisme en discriminatie. Om heilige huisjes aan te raken, te veranderen en misschien wel omver te helpen hebben we leiders nodig. Mensen die andere mensen de zekerheid geven dat we met een onomkeerbaar veranderproces te maken hebben, die hierover goede toespraken houden en die de dialoog met de organisatie, met het volk, aandurven gaan. En die vervolgens diep democratische beslissingen durven te nemen op basis van alle invalshoeken.
De Zwarte-Pieten-discussie mist volgens ons een zingever, een sjamaan, een minister-president. We missen kunstenaars, religieus leiders en hoogleraren die deze diepliggende discussie vormgeven en tijd maken voor moedige gesprekken. En we missen een rijdende rechter. Iemand die durft te zeggen ‘ik weet ook niet hoe dit moet of wat er uit gaat komen, maar ik weet wel dat we de dialoog moeten gaan voeren en ik neem daarin het voortouw’. Wij zijn toe aan leiders die niet afwachten wat de redactie van het jeugdjournaal heeft bedacht, maar leiders die opstaan die niet bang zijn voor vuurwerk in gesprekken. Die niet elk conflict weg ‘appreciate inquieren’. Die kampvuren aansteken en beschikken over methodes, tools en lef om ‘liminaal leider’ te zijn. En die vervolgens besluiten durven nemen nadat ze ‘het volk hebben geraadpleegd’. Die snappen dat Zwarte Piet om meer dan een kinderfeest gaat. Dat het gaat over geschiedenis, diversiteit, culturele identiteit en toekomst. Verandering vindt plaats in de dialoog … wij vragen ons af, welke leider opstaat om deze te voeren en te leiden … Den Haag?
In onze begeleiding van besluitvorming en dialoog in organisaties zien we leiders hier ook mee worstelen. En het oplossen. Keer op keer merken we dat leiders genoeg hebben van polderen en aanmodderen. Dat ze graag dialoog voeren en besluiten nemen, als ze maar handreikingen krijgen hoe dat te doen. Want ons poldermodel is historisch verklaarbaar en prachtig. Maar bij echte verandering, zoals die van de framing van Zwarte Piet, hebben we leiders nodig die gesprekken kunnen voeren en besluiten durven nemen. Of die weten hoe je samen met een groep tot diep democratische oplossingen kunt komen. Anders kijken, meer zien, beter veranderen, wijzer besluiten.
Danielle Braun en Jitske Kramer zijn de auteurs van het boek ‘De Corporate Tribe’.
Bron en meer informatie: nieuwsbrief Academie voor Organisatiecultuur.