Er zijn veel omschrijvingen voor ontwikkeling op het werk. Ontwikkeling op het werk is in ieder geval veel meer dan alleen een volgende stap maken op de carrièreladder. Ontwikkeling is in dat opzicht niet alleen (inhoudelijk) groeien, ergens beter in worden of een hogere positie bemachtigen, maar juist vooral ook bewuster leren leven en werken, en op dezelfde manier net zo goed: meer betrokken, proactiever, verantwoordelijker, realistischer, optimaler, meer verbonden, passender, gemotiveerder, meer gefocust leren leven en werken.
Dus ontwikkeling gaat niet alleen over groeien in kennis, maar ook in gedrag, houding, vaardigheden en over de juiste match tussen haarzelf en haar werk. Weet je als professional wanneer je nog kunt vasthouden aan het bekende of wanneer je in beweging moet komen?
Ontdoen van de wikkel
Een ander aspect is ontwikkelen in de zin van het ontdoen van ‘de wikkel’ die het functioneren en groeien als professional nog ‘ingewikkeld’ maakt. Kortom, het ontdoen en oplossen van oude patronen, gewoonten, automatismen en andere neigingen. Weet je als professional zelf nog wanneer deze helpend, kloppend en werkend zijn en wanneer niet meer? Weet je wanneer je nog kunt vasthouden aan het bekende of wanneer je in beweging moet komen? Dan moet je niet iets toevoegen, maar juist ruimte vrijmaken voor iets nieuws.
Je zult tijdig het gedrag dat vast is komen te zitten in een groef die niet langer effectief is moeten leren loslaten, ook al was het eerst gericht op voorspelbaarheid en veiligheid en werkte dat prima. Ontwikkeling is dus vooral meer jezelf worden, uitgaan van het potentieel dat je al hebt, dat steeds beter leren kennen, benutten en kunnen inzetten.
Ontwikkeling op het werk is een proces
In deze context kan de term ‘ontwikkeling’ dus samengevat gedefinieerd worden als: het geleidelijke aanpassingsproces van groeien, leren, bewustzijn, oplossen en rijping in een richting die leidt tot een hoger, realistischer, zelfstandiger en/of beter passend functioneringsniveau in het huidige en toekomstige werk.
Ontwikkelen is dus ook leren en ontdekken wat het beste bij elke professional past in steeds veranderende omstandigheden. Ontwikkelen is ook het tijdig loslaten van wat niet meer werkt of wat niet meer dient, en kunnen stoppen met wat achterhaald of overbodig is geworden. Het is dus ook kunnen ophouden met wat we gewend waren te doen en het niet langer herhalen van meer van hetzelfde wanneer dat niet langer helpt, werkt of klopt.
Het oplossen van oude patronen en gewoonten. Ontwikkeling is onszelf ontdoen van een oude wikkel van gedrag en houding die om onze ware kern heen is komen te liggen en die na verloop van tijd te ingewikkeld is geworden. En waardoor we rondjes zouden blijven draaien in meer van hetzelfde (zie figuur 2.1).
Tot de kern komen
Het is ook meer bewust tot de kern komen van wie elke professional als mens werkelijk is en welke waarde zij kan, en heeft, toe te voegen. Bewust-zijn is niet iets wat je kunt bereiken, stimuleren of aanjagen. Wil je ernaar uitreiken, dan beweeg je er juist van weg. Het is vooral thuiskomen in jezelf en dichter vanuit je eigen persoonlijke waarnemen leven. En je tegelijkertijd bewust te zijn van de context waarin je werkt en wat er daarin van je gevraagd wordt. Het is een combinatie tussen doen wat de organisatie of het team van de professional vraagt en tegelijkertijd je eigen weg kunnen gaan, je innerlijk kompas kunnen volgen en die dingen kunnen en mogen doen die zin en energie geven.
Ontwikkelen op het werk is ook het (opnieuw) afstemmen van de team- en organisatiedoelen met iemands persoonlijke doelen als professional. Kortom, deze focus op ontwikkeling zet je vooral aan om de juiste persoon op de juiste plek te worden, zijn en blijven.
Sluiten talenten aan bij taken?
Dat betekent dat je steeds moet overwegen of je talenten, drijfveren en kwaliteiten nog wel voldoende aansluiten bij je taken, functie, rol, positie, organisatie en zelfs bij je vak. Anders kun je dat individuele anker van talenten, drijfveren en kwaliteiten beter ophalen en weer ergens anders neerlaten waar er wel een goede match is met de omgeving en context (zie figuur 2.2). In die zin kun je jouw loopbaan zien als een tocht langs een aantal havens (rollen en organisaties) waar je zolang dat passend is
steeds een tijdje aanmeert.
Het gaat dus minder om jezelf te moeten verbeteren, maar om te ontdekken hoe je de juiste persoon op de juiste plek kunt blijven en wat daarvoor nog in de weg zit. De focus is niet zozeer gericht op moeten veranderen maar eerder op veredelen: nog meer jezelf worden. Zoals je bij een edelsteen wegneemt wat niet meer passend is en alleen wat puur en schitterend is behoudt. Het gaat niet om de ander ergens op vast te pinnen maar juist beweging te genereren die zorgt voor de juiste fit met de omgeving. Alles bij elkaar genomen is een professional volgens deze ruime definitie goed beschouwd nooit klaar met haar ontwikkeling.
De focus is niet zozeer gericht op moeten veranderen maar eerder op veredelen: nog meer jezelf worden.
Goed functioneren
Onder goed functioneren versta ik zodoende niet alleen het voldoen aan een functieomschrijving (als een professional die al heeft en als die al toereikend is). Goed functioneren betekent vooral doen wat nodig is, doen wat helpt en doen wat werkt om zo veel mogelijk waarde en betekenis toe te voegen voor wie je het werk uiteindelijk doet, in gezonde balans met de moeite en investeringen die je daarvoor moet doen.
Of dat nu een externe of interne klant is, of een leerling, burger, patiënt, enzovoort. Je kunt hulpmiddelen als functieomschrijving, organisatie- en teamdoelen, regelgeving en targets natuurlijk wel benutten als een richtingaanwijzer of professionals hun werk goed doen. Maar professional zijn betekent altijd dat je zelf blijft nadenken en vragen stellen bij wat voor het grotere geheel het beste is om te doen. Dat blijft voor professionals een afweging die ze elke keer zelf zullen moeten maken.
Morele kompas
Wie zich enigszins verdiept heeft in zaken als de toeslagenaffaire, weet wat het effect is als medewerkers vooral braaf blijven doen wat hun wordt voorgeschreven en niet verder kijken dan dat. Professionals functioneren pas goed als ze hun morele kompas volgen, aanvoelen of iets klopt of niet, en hun innerlijke thermometer blijven raadplegen. Ze zullen dus ook zelf moeten overwegen wanneer ze niet te weinig doen, maar ook niet te veel. Dat hun investering in tijd en energie blijft kloppen met de waarde en betekenis die het toevoegt. Er is dus ook een bepaalde mate van zelfstandige en intrinsiek gevoelde morele ambitie nodig om dit gezonde evenwicht steeds opnieuw te vinden. Het is de taak van de leidinggevende om ze daarop te blijven wijzen. En uiteraard hun signalen die ze van daaruit inbrengen vervolgens serieus te nemen.
Bron: Activerende ontwikkelgesprekken
Door: Steffan Seykens