Beste Leike, Heb je midterm elections in Amerika een beetje gevolgd? Heb je gehoord over die gouverneur van Georgia? Die gouverneur die de regels vaststelt en ook zelf kandidaat is? Die voor zwarte kiezers zoveel barrieres mag opwerpen dat velen van hen niet kunnen stemmen? Die de districten zo indeelt dat er Republikeinse meerderheden ontstaan (bijgaand plaatje toont een paar van die districten)?
Wat is er gebeurd dat dit soort schaamteloos valsspelen geaccepteerd wordt? Dat is natuurlijk brutaal en bizar dat het kan. Maar ik vrees ook dat het niet op zichzelf staat. Mijn vermoeden is dat de polarisatie in de samenleving inmiddels veroorzaakt dat het doel alle middelen heiligt. Dat de ethiek van goede regels en een eerlijk speelveld ondergeschikt zijn gemaakt aan de overtuiging van het eigen grote gelijk. Ik wil daarom een pleidooi houden voor de herleving van iets wat in de vergetelheid dreigt te raken: sportiviteit. Het nadeel van ouder worden is dat je ouder wordt. Het voordeel is dat je veel hebt meegemaakt. Zo weet ik me uit mijn jeugd te herinneren dat sportiviteit moest. Het was onderdeel van je opvoeding. Je moest tegen je verlies kunnen. Je leerde dat regels helpen om het spel leuk en eerlijk te maken. Ik herinner me dat we dat leerden van de Engelsen, dat idee om er keihard in te gaan op het voetbalveld (“het zijn geen kostschoolmeisjes”, zei mijn vader dan), maar altijd binnen de regels en na het fluitsignaal was je weer vrienden. Ik ben er dus mee opgevoed.
Ik nam die moraal ook mee van de talloze veldjes waar we voetbalden. Iets met gras en zand en kuilen, zonder lijnen en met neergelegde jassen als doelpalen. Je was je eigen scheidsrechter. En zelden of nooit was je het oneens over een overtreding. Winnen stond in dienst van de lol en niet omgekeerd.
Ook toen ik (een tikkie) ouder was bleef sportiviteit een basisuitgangspunt. Ik hockeyde bij ‘Be Fair’ (what’s in a name) en rende twintig kilometer per wedstrijd. Beperkt talent, maar heel gemotiveerd. En als je per ongeluk iemand in je enthousiasme omverliep of pijn deed met een onhandige beweging met je stick, zei je oprecht “sorry” en vroeg je of het weer ging. Een overtreding was het gevolg van onhandigheid, nooit van opzet. Na afloop dronk je dan heel veel bier samen met de tegenstander. Om de beurt bood je de tegenstander een kratje aan.
Hoe anders is het in deze tijd waarin competitie is veranderd in concurrentie. Waarin de wil te winnen het wint van sportiviteit. Waarin valsspelen onderdeel van het spel is geworden. Een ‘professionele overtreding’ noemen ze dat. We leven in een tijd waarin ‘voetbal is oorlog’ zo letterlijk is dat spelers erop uit zijn elkaar uit de wedstrijd te schoppen als de scheids even niet kijkt. Een tijd waarin slim schijnslachtofferschap door je supporters en je coach wordt toegejuicht. Een tijd waarin naast de scheidsrechter en twee assistenten, er ook nog een vierde man is om de coaches in bedwang te houden en een VAR (video op afstand) de scheids moet helpen bij wat hij zelf niet zag. Een soort wapenwedloop tegen de overtreding.
Wat er in de sport gebeurt, loopt parallel met wat we elders in de samenleving met elkaar doen. René Gude sprak ooit al over de sportificering van de samenleving. Sport lijkt de metafoor waarmee we naar verkiezingen kijken (wie wint, wie verliest?), naar debatten (wie wint, wie verliest?), naar de economie (Nederland derde op rijtje innovatiefse landen), we kiezen een chirurg met de beste rating en mogen na iedere internetaankoop schoolcijfers geven voor wat we kochten.
Maar zullen we die sportificering dan alsjeblieft op de goede manier doen en weer wat sportiever worden? Dat je een ander gunt dat hij het spel beter speelde? Dat als je zelf wint, je daaraan toevoegt dat je vandaag ook wel geluk had? Dat we inzien dat het doel van het spel het spel zelf is? Het doel is dus een middel, niets meer. Sjoemelen en valsspelen leidt tot verliezers, niet tot winnaars.
Zo, dat moest er even uit.
Groet, Jaap
Leike van Oss en Jaap van ’t Hek schreven samen veel boeken over verandermanagement en veranderkunde. Daarnaast schrijven ze elkaar brieven. Meer vind je op hun boekenwebsite >>>