Een leven lang leren is een uitspraak die tegenwoordig overal opduikt. Jezelf blijven ontwikkelen is enorm belangrijk, zowel op persoonlijk als op professioneel vlak. Dat geldt ook voor managers. Zo is het zaak dat je als manager niet alleen op de hoogte bent van ontwikkelingen binnen de branche waarin je werkzaam bent, maar ook van de trends en ontwikkelingen op het gebied van management. Bovendien zorg je er door jezelf te blijven ontwikkelen als manager voor dat je telkens weer over de juiste skillset beschikt om je teamleden op de juiste manier te begeleiden. Maar hoe ziet een goed ontwikkelpad eruit?
Gebruik je ervaringen
Uit de ManagementScore blijkt dat als het aankomt op een leidinggevende functie, twee op de drie managers werkervaring belangrijker vindt dan een diploma. Daar zit wat in. Als manager moet je je rol eigen maken en jezelf ontwikkelen. Daarvoor is het belangrijk dat je op de werkvloer dingen ziet en hoort. Je leert immers veel van ervaringen die je op doet in de praktijk. Hierbij helpt het ook om rolmodellen te hebben. Bij voorkeur zijn dit personen die dichtbij je staan, want een goed voorbeeld doet goed volgen.
Daarnaast dwingt de praktijk je om jezelf te ontwikkelen. Als manager heb je continu met mensen te maken, en mensen veranderen. Kijk maar eens naar medewerkers van twintig jaar geleden, die hebben een hele andere kijk op dingen dan medewerkers van nu. Hetzelfde geldt voor mensen die nu hun eerste baan zoeken. Die zijn heel anders dan mensen die twintig jaar geleden van school af kwamen. Dat vraagt van jou als manager het vermogen om hierin mee te bewegen en te zorgen dat de juiste koers wordt uitgezet.
Van onbewust naar bewust bekwaam
Meebewegen, bijsturen en de juiste koers bepalen zijn dingen waar je als manager continu in de praktijk mee bezig bent. Misschien doe je het zelfs al jaren. Door wat je in de praktijk doet eens te vergelijken met wat de theorie erover zegt, maak je jezelf bewust van je eigen handelen. Zo zul je misschien ontdekken welke stijlen of modellen jij in de praktijk al jaren toepast zonder dat je je daar bewust van bent. Bovendien ontdek je wat er nog meer mogelijk is of wat er beter kan. Op die manier verkrijg je nieuwe inzichten en handvatten waarmee jij je doelen in het vervolg op een andere, effectievere manier kunt bereiken.
Naast inzichten uit de theorie zorgt opleiden er voor dat je in contact komt met mensen uit andere werkvelden of bedrijfstakken. Dat is heel waardevol. Hoe sturen zij hun team aan en hoe pakken ze bepaalde problemen of moeilijke situaties aan? Door met elkaar te sparren, te ontdekken, te oefenen en ervaringen uit te wisselen leer je veel van elkaar en kom je tot andere inzichten die je verrijken als manager.
Win-win
Voor mij draait persoonlijk leiderschap vooral om de ontwikkeling van mensen. Om die reden is het belangrijk om als manager ook zelf te blijven ontwikkelen. De kunst is om hierin de juiste balans te vinden tussen theorie en praktijk. Het is namelijk heel lastig om een managementopleiding te volgen zonder enige praktijkervaring. Andersom: als je alleen maar in de praktijk hebt gestaan, mis je bepaalde kennis en reflectie die nodig is om stagnering van je eigen ontwikkeling te voorkomen. Jezelf ontwikkelen is daarom geen kwestie van óf theoretische kennis opdoen óf alles leren in de praktijk. Het is een combinatie; het een kan niet zonder het ander. Je eigen ervaringen uit de dagelijkse praktijk zijn erg bruikbaar om op te reflecteren aan de hand van theorie. Tegelijkertijd kun je dat wat je geleerd hebt weer toepassen in de praktijk en de theorie zo eigen maken.
Je bent nooit klaar met leren
Uiteindelijk is het aller belangrijkst dat je als manager realiseert dat je nooit uitgeleerd bent. Wat dat betreft is er geen goed of fout. Door jezelf te blijven vernieuwen, kun je meer bereiken terwijl het je minder inspanning, middelen of tijd kost. Blijf jezelf daarom op verschillende manieren uitdagen en geef bovenal het goede voorbeeld aan je werknemers door te blijven investeren in je ontwikkeling. Je bent tenslotte nooit te oud om te leren.
Door: Arjan Bouman, docent bij ISBW