Margriet Sitskoorn kreeg na een lezing steevast de vraag: hoe kunnen we ons brein ontwikkelen? In haar nieuwste boek geeft ze antwoord. ‘Eigenlijk is een betere wereld maken mijn hoofddoel.’
Hoogleraar klinische neuropsychologie Margriet Sitskoorn schreef verschillende bestsellers over de link tussen hersenen en gedrag. In haar een na laatste boek, Passies van het brein, deed ze vanuit een neurologisch perspectief uit de doeken waarom zondigen zo verleidelijk is. De zeven zonden zijn verankerd in ons brein, betoogde ze. Voeg daarbij de manier waarop we de wereld hebben ingericht, en je hebt een levensgroot probleem. In haar kamer op de Universiteit Tilburg vertelt Sitskoorn: ‘We worden voortdurend afgeleid door vet, zout, suiker. Ga maar eens lekker gezond eten als je een roze koek kunt krijgen. Seks, alcohol, games, ze zijn overal en het is hartstikke goedkoop. Allemaal dingen die ons verleiden en waaraan we vaak voorbij moeten lopen om onze langetermijndoelen te behalen. Maar hoe doe je dat?’ Voorzet Een voorzet op deze vraag gaf Sitskoorn in Passies van het brein, dat ze afsloot met het advies om de prefrontale hersenschors te ontwikkelen. Maar dan nog is de vraag: hoe kunnen we die hersenkwab tot bloei laten komen? Laat dat nu precies de vraag zijn die ze steevast voor haar voeten kreeg geworpen na een lezing. Het antwoord geeft Sitskoorn in haar nieuwe boek IK2 – De beste versie van jezelf. Ze presenteert in het boek een programma met oefeningen die erop gericht zijn om de prefrontale schors te ontwikkelen. De oefeningen zijn geschaard onder het acroniem EFFECT: Enriched environment (verrijk je omgeving), Flow focus (geef richting aan de plasticiteit van je hersenen), Fixed sleep pattern (ontdek de kracht van slapen), Exercise (vorm en versterk je hersenen), Connect today and tomorrow (maak de toekomst vandaag), en Time (gun jezelf tijd). Het programma maakt tot nu toe twee reacties los, merkt Sitskoorn. De eerste is misschien wel de interessantste: is dit het nou? Die reactie merkte Sitskoorn bijvoorbeeld bij zichzelf toen ze na een studie van de wetenschappelijke literatuur kwam op tips om meer te slapen, te bewegen, je aandacht weer te leren richten en interessante dingen te doen. ‘Ik dacht: dat is toch niet spectaculair? Daar had ik waarschijnlijk wel op gehoopt, dat ik iets zou vinden waar nog nooit iemand aan had gedacht.’ In plaats daarvan bleek ze uit te komen bij de lessen die ze haar zoontje leert. Ga lekker bewegen. Prikkel je hersenen. Leer focussen. Slaap voldoende. ‘Als ik kijk hoeveel ik op een dag zit, aan mijn bureau, in de auto, op de bank … Daar zijn we niet voor gemaakt. Het is eigenlijk heel logisch dat de hersenen wel varen bij dit soort dingen. Het zijn open deuren, maar dat werpt de vraag op: waarom doen we het dan niet?’ Open deuren ‘In het programma probeer ik je echt aan te zetten om die open deuren binnen te lopen. Ik vraag me wel eens af hoe het zo is gekomen dat we bijvoorbeeld zo weinig bewegen. Wij leven maar een heel kort momentje in al die tijd dat de hersenen geëvolueerd zijn en daarom zetten onze hersenen ons nog steeds aan alles zo efficiënt mogelijk te doen. Oftewel, zo min mogelijk te bewegen. We moeten leren ontsnappen aan deze neigingen en evolutionair gezien kan dat. Het wordt mogelijk gemaakt door de ontwikkeling van onze prefrontale schors. We hoeven niet langer reflexmatige wezens te zijn die alleen kortetermijndoelen kunnen verwezenlijken, maar we hebben controle over het heden en de toekomst. We kunnen langetermijndoelen halen.’ Een andere reactie die de neuropsycholoog hoorde op haar programma: je vraagt nogal wat van ons! ‘Als je vindt dat ik veel van je vraag, dan ben je degene die dit advies het hardste nodig heeft. Dan ben je ver heen. Wat ik vraag is namelijk niet zo raar. Om wat meer te bewegen, normaal te slapen, je omgeving wat uitdagender te maken, zelf weer te bepalen waar je je aandacht aan geeft in plaats van dat dat voor je bepaald wordt.’ Daarbij kost het volgens Sitskoorn in het begin meer tijd en energie, maar gaat het nieuwe gedrag steeds meer automatisch. Gun jezelf tijd, luidt haar devies. ‘Als het eenmaal geïntegreerd is in je leven, dan zal je het blijven doen. Het is net tandenpoetsen, daar hoef je ook niet elke avond over na te denken. Wanneer je aan het programma begint, worden de gedragingen heel erg aangestuurd door de frontale hersenstructuren. Wanneer je het integreert in je leven zal het meer gerelateerd worden aan de lagere structuren in de hersenen en bereik je een nieuw niveau van automatismen. Maar dan wel automatismen die je meer gezondheid, succes en geluk zullen brengen. Die worden dan onderdeel van je leven.’ Fles wijn Maar is dat leven nog wel leuk? Van haar meelezers kreeg ze bijvoorbeeld terug dat ze de fles wijn maar niet hadden opengetrokken omdat ze zich realiseerden dat ze toch wel erg veel dronken. Of dat ze toch maar gingen sporten, ondanks dat ze daar in eerste instantie niet zoveel zin in hadden. Precies Sitskoorns bedoeling. ‘Mensen zouden kunnen zeggen: “De ontwikkeling van je prefrontale hersenschors sucks the joy out of my life.” Daar gaat het helemaal niet om, dan is de boodschap niet overgekomen. Het gaat erom: I want to suck the drama out of your life, the sick making habits out of your life. Alle vervelende dingen die je jezelf en anderen aandoet.’ ‘Eigenlijk is een betere wereld maken mijn hoofddoel. Het klinkt heel kinderachtig, maar daar laat ik me niet door uit het veld slaan. Ik ga uit van twee belangrijke variabelen, dat we sociale dieren zijn en dat de plasticiteit van onze hersenen ons in staat stelt te leren. Ik denk dat het heel erg nodig is dat we die kennis over de hersenen verspreiden, want het is letterlijk bij de beesten af hoe we elkaar soms behandelen.’ Kakkerlakken Hersenonderzoek om de mensheid te verbeteren, dat schreeuwt om een voorbeeld. ‘Neem de krantenkoppen en oneliners in de kranten, die vaak zijn samengesteld om zo hard mogelijk onze hersenen binnen te komen. Niet zozeer om de inhoud zo goed mogelijk weer te geven. We beseffen nauwelijks hoe zo’n kop ons denken en voelen bepaalt en inspeelt op onze lagere hersenstructuren.’ Om dit te illustreren haalt Sitskoorn onderzoek aan naar de reactie van mensen in een fMRI-scanner op de aanblik van mensen waar ze van walgen bijvoorbeeld zwervers of drugsverslaafden. Als je kijkt naar mensen waar je van walgt, gebeurt er iets heel bijzonders in de hersenen. Normaal gesproken verwerkt de ventromediale prefrontale cortex humane informatie, maar als je naar iemand kijkt die je doet walgen, gaat dat gebiedje minder hard werken.’ ‘Nog sterker, de persoon van wie je walgt kan zelfs meer verwerkt worden door gebieden die objectinformatie verwerken. Als je dit soort resultaten breder trekt en je kijkt naar oneliners waarin we elkaar voor kakkerlakken, lage honden en varkens uitmaken, dan maak je een connectie in de hersenen tussen die persoon en laag, vies, walgelijk. Je dehumaniseert iemand. Op het moment dat je van iemand walgt, wordt hij minder humaan verwerkt in de hersenen of – nog erger – geobjectiveerd. En dan gebeurt er zoiets als in de Abu Ghraib gevangenis. Zo werkt dat.’ IS Kennis over de effecten van de invloeden van buitenaf zou ervoor kunnen zorgen dat iemand gebruikt maakt ‘van de ruimte tussen stimulus en respons’ en ‘proactief is in plaats van reactief’. ‘Als ik jou sla, ben ik actief. Als jij me terugslaat, ben je reactief. Maar als je voorziet dat ik jou ga slaan omdat ik me opwind en je vertelt een mop waardoor ik ontspan en je niet sla, dan ben je proactief. Dit is op een eenvoudig niveau, maar dit heb je ook ten opzichte van IS of het ineenstorten van je bedrijf. Dat is het belangrijkste dat ik zou willen bereiken voor mensen, dat ze niet meer de speelbal zijn van de krachten om hen heen, want daarmee geef je de macht uit handen.’ In het laatste hoofdstuk van IK2 kan de lezer het succes van het programma bij zichzelf meten – Sitskoorn raadt aan dit zes maanden later te doen. Iemand (en in sommige gevallen een ander) beoordeelt bijvoorbeeld het richten, vasthouden, verdelen en loslaten van de aandacht, regulatie van de emoties en flexibiliteit als dingen veranderen. Andere maten zijn vasthoudendheid, waar de aandacht op gericht wordt, slaap, prestatie op testjes die mentale flexibiliteit en werkgeheugen meten en in hoeverre het doel is bereikt. Het gaat Sitskoorn er uiteindelijk om dat de lezer ‘de beste versie van zichzelf’ wordt en zijn of haar doelen behaalt. ‘Goed functioneren wordt vaak gemeten in status of geld, maar zo zou ik succes niet willen definiëren. Ik heb het over jezelf gezond houden. Je kinderen goed opvoeden. Balans in je leven. Gewoon wat jij vindt dat je bij moet dragen aan de maatschappij. Het gaat erom dat je kunt bereiken wat je voor ogen hebt.’ ‘Dat is een dynamisch proces, want wat ik nu aan kennis ontwikkel, is over een paar jaar waarschijnlijk alweer achterhaald. De wereld verandert namelijk ook. De beste versie van jezelf hangt voortdurend af van de interactie tussen jou en de wereld. En daar ligt een geweldige mogelijkheid. Als ik mezelf ontwikkel, dan verandert mijn invloed op de wereld. Op die manier kan de wereld mooier en beter worden niet alleen voor mezelf maar ook voor anderen.’ In februari spreekt Margriet Sitskoorn op verschillende seminars van Brain Bootcamps.