In de internationale editie van ‘Zakendoen in de Nieuwe Economie’ verbreedt Marga Hoek het perspectief met vijftig businesscases van over de hele wereld. Een interview met een bevlogen ondernemer.
We gaan terug naar april 2014, naar de Rode Hoed in Amsterdam. Op de avond dat Marga Hoeks debuut Zakendoen in de Nieuwe Economie werd uitgeroepen tot het Managementboek van het Jaar 2014, kondigde ze ‘m in haar dankwoord al aan: de internationale editie van het gelijknamige boek. En die is nu verschenen. Ook deze, opnieuw zeer leesbare, editie (die volgend jaar ook verschijnt in een Engelse en Spaanse versie) kwam tot stand via dezelfde methodiek als de eerste versie. Dus met bijdragen vanuit crowdsourcing, interviews met topbestuurders en input van wetenschappers en studenten. Hoek, zelf ondernemer en bestuurder, oprichter van De Groene Zaak en initiator van wetenschapsnetwerk Het Groene Brein, heeft dat alles samen weten te brengen tot een caleidoscopisch beeld van waarom en hoe ondernemers waar ook ter wereld steeds duurzamer zaken doen.'Frictie tussen de mensen en de aarde wordt nog steeds groter'
Ondernemers nemen het voortouw
Die focus op ondernemers vindt ze niet meer dan logisch, omdat die in staat zijn de transitie naar een duurzame economie aan te jagen en vorm te geven in hun eigen circulaire businessmodel. Hoek beschrijft in haar boek de grote maatschappelijke uitdagingen: niet alleen de klimaatverandering en de beoogde energietransitie die daarmee verbonden is, maar ook de snelle groei van de wereldbevolking met bijna een miljard per decennium en de eindigheid van onze grondstoffen. ‘Actuele ontwikkelingen en cijfers laten zien dat de frictie tussen de mensen en de aarde nog steeds groter wordt. Dat betekent dat wil het tij keren, de rol voor ondernemers is om waarde voor ecologie en voor mensen te creëren en toe te voegen, in plaats van te onttrekken. Ondernemers kunnen daar als geen ander het voortouw in nemen, zij stonden immers ook aan de wieg van eerdere economische revoluties. Daarom heeft business with a purpose de toekomst en moeten we naar een economie toe die er voor de wereld is in plaats van andersom.’Duurzaam leiderschap cruciaal
Hoe moeten we in dat verband dan het emissieschandaal rond Volkswagen beoordelen? ‘Incidenten horen nou eenmaal bij een transitie, daarom verloopt deze doorgaans schoksgewijs. Een incident als Volkswagen geeft aan dat duurzaam leiderschap cruciaal is om een bestendige duurzame ontwikkeling te krijgen. In het geval van Volkswagen was dat overduidelijk afwezig.’ Maar de karavaan trekt verder, incidenten zullen de trend naar een waardegedreven economie niet keren, is Hoeks overtuiging. In de overgang daar naar toe gaat het er volgens haar om dat organisaties niet alleen hun financiële, maar ook hun ecologische en sociale activa meten en borgen. Of nog een stap verder: dat organisaties deze activa ‘voeden’ in plaats van er waarde aan te onttrekken. Concreet: dat je bijvoorbeeld als fabrikant al in je ontwerpfase rekening houdt met de mogelijkheid het product na gebruik te scheiden in materialen die je makkelijk en veilig kunt hergebruiken. Hoek noemt in dit verband ook het voorbeeld van AkzoNobel: ‘Dat concern bracht in 2014 de ecologische, menselijke, sociale en financiële impact van zijn Braziliaanse papierpulpbusiness in kaart. Hierbij keek het bedrijf naar de impact over de gehele waardeketen, inclusief het gebruik van grondstoffen en chemicaliën. Op basis van deze vernieuwde inzichten wil AkzoNobel onder meer proberen de ecologische voetafdruk verder te reduceren.’Trias Pecunia
Ook in dit boek vormen de zeven vensters van Zakendoen in de Nieuwe Economie de pijlers onder Hoeks gedachtegoed. Die vensters zijn achtereenvolgens Klanten, Innovatie, Financiering, Businesscase, Schaalgrootte, de Waardeketen en als laatste Leiderschap. Hoek noemt deze begrippen vensters ‘omdat ze nieuw uitzicht bieden op ondernemerschap, uitzicht op succes.’ Het venster Financiering is zonder meer een van de belangrijkste, zegt Hoek: ‘De transitie gaat nou eenmaal altijd over de as van financiële prikkels. Zoals overheden ook kunnen sturen door die prikkels te stimuleren of juist terug te dringen, met fiscale maatregelen.’ In het venster Financiering beschrijft ze niet alleen nieuwe financieringsvormen, denk aan ondernemers die elkaar financieren, crowdfunding of consortia waarbinnen partijen diensten of producten ruilen of elkaar afzet garanderen; ze introduceert ook een driestappenstrategie voor ondernemers om hun business te financieren. Ze noemt die de Trias Pecunia, met een knipoog naar de Trias Energetica (die qua naamgeving weer doorborduurde op de Trias Politica). De eerste laag gaat uit van een verfrissende invalshoek: als ondernemers hun financieringsbehoefte beperken, maken ze zich het leven, zeker sinds de banken jaren geleden de kredietkraan flink dichtdraaiden, veel makkelijker. Hoek: ‘Ze gaan creatieve combinaties met andere marktpartijen aan; partijen die hen afzet garanderen of waarmee ze diensten en producten kunnen ruilen, denk aan bartering.’ De tweede stap is dat ondernemers op zoek gaan naar betrokken vermogensverschaffers die niet alleen voor een financiële, maar ook een kwalitatieve injectie zorgen; pas bij de derde stap gaan ze daadwerkelijk de boer op om (aanzienlijk minder en goedkoper) vreemd vermogen aan te trekken. En na zo’n transitie noem je de CFO voortaan CVO, dat staat voor Chief Value Officer.Vuile lucht erin, schone lucht eruit
Het boek van Hoek biedt inspirerende voorbeelden van ondernemingen en mensen die verduurzaming handen en voeten geven. Neem kunstenaar Daan Roosegaarde. In Peking bouwt hij een enorme smog-stofzuiger: vuile lucht erin, schone lucht eruit. De opgevangen stofdeeltjes worden onder hoge druk tot diamant omgezet en in sieraden verwerkt: afval bestaat niet. Door zo’n stofzuiger aan te schaffen schenkt een consument de stad Peking 10.000 m3 schone lucht, wat deze stad hard nodig heeft. Andere voorbeelden: ondernemingen die de plastic soep in de oceanen opvissen en er nieuwe, recyclebare producten van maken. Of die biodiversiteit verbeteren, zoals de Portugese netbeheerder REN. Die is een bebossingsproject gestart om de ecologische balans te herstellen. REN haalt boomstronken in leeggekapte bospercelen weg en zet er stekjes voor in de plaats. Daar zijn een aantal gemeentes, landbezitters en scholen bij betrokken zodat, behalve de ecologische voordelen, ook sociale impact wordt gerealiseerd. Bovendien levert dit project economisch voordeel: de vruchtbaarheid van het land is verbeterd, de kans op bosbranden is teruggebracht. Inmiddels zijn dankzij het initiatief van REN bijna een half miljoen bomen geplant over een gebied van ruim 600 hectare.Mijn opa was kapitein en politicus, mijn vader was ondernemer, mijn moeder maatschappelijk werkster