Ons brein neemt informatie gemakkelijker op als deze gevisualiseerd is. Computergames zijn wat dit betreft een ideaal instrument: ze prikkelen de nieuwsgierigheid en verbeeldingskracht van de deelnemers. ‘Gamestorming', een werkvorm die visueel denken toepast, borduurt hier op voort. In het gelijknamige boek worden een groot aantal van dit soort games gepresenteerd.
Een voorbeeld: het kampvuurspel
Kampvuur is een spel voor acht tot twintig deelnemers. Het wordt voorafgegaan door een brainstormsessie, waarna de spelers gedurende een klein uur hun ervaringen (‘werkverhalen’) met elkaar delen. Dat gaat als volgt. Zo speel je het- Bedenk als spelleider voor de bijeenkomst tien tot twintig woorden die geschikt zijn als triggers van verhalen in de storytellingsessie. Schrijf ze op plakkertjes. Kies voor positieve of neutrale begrippen als partnerschap, spannende initiatieven, de eerste dag, zakenreizen, leuke projecten en kansen.
- Bevestig je plakkertjes in de vergaderruimte aan de wand, op zo’n manier dat ze voor alle spelers zichtbaar zijn, en leg plakkertjes en stiften voor de spelers klaar. Vertel de spelers dat dit een werkplekkampvuur is en dat het enige wat van ze verwacht wordt is dat ze over en weer verhalen vertellen bij wijze van informeel trainingsprogramma. Wijs ze op de ‘woordwand’ met je verhaaltriggers. Geef de deelnemers 1 tot 3 minuten de tijd om je trefwoorden te bekijken en te zien of ze een verhaal te binnen schiet bij een van die woorden. Vertel als warming-up eerst zelf een verhaal: pak een plakkertje van de wand, plak het iets verderop en vertel wat je daarbij kwijt wilt.
- Laat nu een vrijwilliger zijn verhaal vertellen bij een van de plakkertjes (naar keus). Vraag hem om het van de wand te halen en naast jouw plakkertje verderop te bevestigen. Dat is het begin van een ‘verhaallijn’ van plakkertjes.
- Vraag de eerste verteller om het door hem gekozen woord hardop te zeggen voordat hij met zijn verhaal begint. Instrueer de andere spelers om zorgvuldig naar zijn verhaal te luisteren en er een woord of zin uit te pikken dat een ander (werk) verhaal bij ze triggert. Laat ze dat op een plakkertje schrijven. Als er geen woord of zin uitsprong, kunnen ze ook een van jouw trefwoorden van de woordwand pakken en naar aanleiding daarvan een verhaal vertellen.
- Is de eerste speler klaar, laat dan een andere vrijwilliger een verhaal vertellen. Daarbij kan hij een eigen plakkertje gebruiken of iets van jouw woordwand kiezen en bij de verhaallijn plakken. Vraag ook deze speler om het woord hardop voor te lezen en dan zijn verhaal te vertellen.
- Ga hiermee door tot de deelnemers aan de wand een slangachtige ‘verhaallijn’ van plakkertjes hebben gemaakt, die dienst kan doen als archief van de kampvuurverhalen.
Ga af op je eigen oordeel over wanneer je een punt moet zetten achter de kampvuursessie. Vraag de spelers voordat je ‘het vuur dooft’ of er uit de kampvuursessie lessen of inzichten zijn voortgekomen die ze nog willen inbrengen.
Het kampvuurspel stimuleert de natuurlijke neiging van mensen om elkaar wegwijs te maken. Het laat werknemers zien hoeveel ze met elkaar gemeen hebben. Zij leren op deze manier veel sneller dan in gewone trainingen, en ze smeden bovendien een nauwe band met elkaar.
Bronnen: recensie José Otte op Managementboek.nl; Dave Gray, Sunni Brown en James Macanufo, ‘Gamestorming. Spellen voor vernieuwers en veranderaars’ (Nederlandstalig).