Mijn ontmoetingen met professionals en bestuurders die telkens opnieuw oplossingen vinden voor die ene mens deden mij denken aan de stripboeken die ik in mijn jeugd vaak las: de avonturen van Asterix. Waarin deze Galliër met zijn grote vriend Obelix en hun dorpsgenoten tegen het Romeinse Rijk moeten vechten. Alle dorpjes in de wijde omgeving worden opgeslokt door het grote systeem, behalve dit ene Gallische dorpje. Wat onderscheidt hen van al die anderen? Daar is maar één antwoord op mogelijk: dat is de toverdrank van de druïde Panoramix. Wie daarvan drinkt, wordt ontzettend sterk en is bestand tegen de kracht van het Romeinse Rijk.
Obelix is als kind ooit in een ketel met toverdrank gevallen. De toverdrank is daarom zo diep in hem doorgedrongen dat hij altijd supersterk is. Het sterk blijven lijkt bij hem vanzelf te gaan. Zoals dat ook lijkt te zijn bij mensen als Adam Foss, Jos de Blok of Bas Bloem, en voor al die veel minder zichtbare professionals die in organisaties werken met zoveel inzet en succes. Je kent ze wel. Zij lijken als vanzelf geankerd in het denken vanuit telkens en opnieuw die ene mens. Daarbij staan ze voor hun opvatting, ook als de uitkomst wat onconventioneel van aard is. En waar in de toverdrank van Panoramix maretak het belangrijkste ingrediënt is, is dat wat ons betreft bij het organiseren het kijken vanuit die ene mens. Met lef, met hart. De liefde voor die ene mens dus. Hoe belangrijk vind je het werkelijk om daarvoor te gaan staan? Steeds beter begon ik te begrijpen waarom deze bestuurders en professionals in gesprekken zo vaak met voorbeelden werken en over concrete situaties praten. Zoals ook Foss in zijn TED-talk voorbeeld na voorbeeld gaf. In voorbeelden gáát het over die ene mens en is er geen abstracte logica die versluierend werkt. Met ieder voorbeeld sturen ze een klein beetje toverdrank de wereld in.