Generatie Z wordt de laatste tijd weer veel besproken. Ze zouden een lastige generatie zijn om mee te werken, snel overprikkeld raken en veel waarde hechten aan hun werk-privébalans. Maar terwijl de jongste generatie onder het vergrootglas ligt, raakt het bredere generatievraagstuk in organisaties onderbelicht. Hoe ga je om met alle generaties op de werkvloer? De wensen of eisen van generatie Z ten opzichte van andere generaties op de werkvloer zijn namelijk het probleem niet. In organisaties zijn nu eenmaal alle generaties actief en je hebt ze allemaal nodig. De grotere uitdaging is hoe je hier als organisatie (niet) mee omgaat.
Leiderschap in plaats van labels
Elke generatie is het product van zijn tijdgeest en maatschappelijke context. Dat levert in de kantoortuin vanzelfsprekend een mix aan mindsets op. Over werk, verantwoordelijkheid, samenwerking. Dat geldt voor generatie Z, maar net zo goed voor oudere generaties. Ook zij hebben opvattingen over hoe zij zich op de werkvloer bewegen. Deze verschillende mindsets zijn op zichzelf geen probleem. Dat wordt het pas als je er één, bewust of onbewust, ontwijkt.
Wanneer bepaalde perspectieven ontbreken in je organisatie, bijvoorbeeld van de jongste generatie, krijg je geen volledig beeld van je producten of diensten. Je mist immers waardevolle input, omdat je een bepaalde kijk op de wereld niet in huis hebt. Dat belemmert je product- of dienstinnovatie en kan uiteindelijk de continuïteit van je organisatie raken. Goed leiderschap betekent daarom dat je generatieverschillen ziet als waardevolle input, niet als obstakel. Het gaat niet om wat één generatie wil, maar wat individuele collega’s nodig hebben. Dat zie je alleen als je naar de mens kijkt in plaats van het geboortejaar. Zo kan een oudere collega in een latere levensfase net zo goed behoefte hebben aan een vierdaagse werkweek als iemand uit generatie Z.
Blinde vlekken
Het lastige aan generaties op de werkvloer is dat de verschillen niet altijd direct zichtbaar zijn. Blinde vlekken ontstaan ongemerkt, dat kun je niemand aanrekenen. Maar het is wél een kwalijke zaak als je er als leider van een organisatie niets aan doet om ruimte te maken voor generatieverschillen. Blijf je bewust onwetend en in de veronderstelling dat het wel goed zit? Dan loop je het risico eenzijdige beslissingen te nemen. Dat is waar het generatievraagstuk dan ook wringt: niet alle stemmen zitten vanzelfsprekend aan tafel. Je weet pas wat je niet weet als je actief ruimte maakt voor andere perspectieven, bijvoorbeeld van collega’s uit andere generaties. En dat kan alleen als je mensen om je heen hebt die dat perspectief vertegenwoordigen. Dus vraag jezelf af: zijn alle generaties vertegenwoordigd in de organisatie? En in je besluitvorming? Wordt de kennis van collega’s die met pensioen gaan geborgd of verdwijnen ze stilletjes uit de organisatie? En waar ontbreekt mogelijk een perspectief?
Circle of life
Een gezonde balans in generaties ontstaat niet vanzelf. Het vraagt om bewust werken aan interne doorstroom en kennisborging. Dat begint natuurlijk met de instroom van jonge professionals. Maar het gaat vervolgens ook om het bouwen van een continue cyclus waarin junioren doorgroeien tot medioren, medioren zich ontwikkelen tot senioren en senioren op hun beurt een coachende rol kunnen aannemen. En collega’s die met pensioen gaan? Die dragen hun kennis vroegtijdig over aan de volgende generatie. Het gevolg: een ‘circle of life’ op jouw werkvloer.
Zo’n circle of life is essentieel voor de continuïteit binnen je organisatie. Het voorkomt dat kennis verloren gaat en stimuleert nieuwe ideeën en perspectieven. Wel zijn er bewuste keuzes nodig om tot zo’n cyclus te komen. Investeer bijvoorbeeld in young professional programma’s of traineeships of zet oudere collega’s actief in als mentor. En maak de doorstroom in je organisatie zichtbaar en meetbaar via het MTO of door ze om te vormen naar strategische doelen. Zo neem je eigenaarschap en werk je structureel aan een gezonde balans in generaties binnen je organisatie.
Aan tafel
De verschillende generaties op de werkvloer zijn geen aparte hokjes, maar belangrijke schakels in je organisatie. Blijf daarom nieuwsgierig en onderzoekend of je alle generaties vertegenwoordigt, hoort en benut. Want sluit je een groep, bewust of onbewust, buiten? Dan verzwak je jouw eigen organisatie. Het gesprek moet daarom niet enkel gaan over wat een generatie zoals Z nodig heeft op de werkvloer. Het moet juist gaan over wat jóuw organisatie nodig heeft om toekomstbestendig te zijn. Dat begint door alle generaties een plek aan tafel te geven.
Door: Lotte de Bruijn, CEO van Strict