Nu een initiatiefwetsvoorstel over een verplichte vertrouwenspersoon voor bedrijven met minimaal tien medewerkers door de Tweede Kamer is goedgekeurd, gaat deze week de Eerste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) aan de slag. Veiligheid is actueel én hypegevoelig. ‘Als er geen schandalen zijn in het nieuws, zwakt de aandacht af, terwijl onveiligheid op de werkvloer een structureel probleem is.’ Hoe zorg je dat vertrouwenspersonen organisaties blijvend verbeteren, nadat de stof van knallende krantenkoppen en bezorgde talkshowtafels optrekt?
Schandalen
De schandalen bij NOS Sport, DWDD, The Voice of Holland en Ajax zetten het onderwerp volop in de schijnwerpers. De aandacht voor een veilige werkomgeving gaat echter met golven en erodeert met de tijd, ziet vertrouwenspersoon Bram Zuidland van SpecialistenNet. ‘Als er geen schandalen in het nieuws zijn, zwakt de interesse onmiddellijk af, terwijl onveiligheid op de werkvloer een structureel probleem is’, vertelt Zuidland. Zo blijkt uit onderzoek van CNV dat 71 procent van de werkgevers geen beleid voert tegen (seksuele) intimidatie). Tegelijkertijd blijkt er na de schandalen een stijging van 82 procent te zijn in de behoefte aan vertrouwenspersonen, concludeert aanbieder van bedrijfsmaatschappelijk werkers GIMD.
Op 20 juni gaat de Eerste Kamercommissie aan de slag met het wetsvoorstel: een volgende stap naar een veiligere werkvloer. Zuidland stelt dat werkgevers en vertrouwenspersonen er gezamenlijk verantwoordelijk voor zijn dat de storm niet gaat liggen.
Seksuele intimidatie, agressie, pesten, discriminatie en misstanden
Wat is nu precies die onveiligheid? Zuidland onderscheidt vijf categorieën: (seksuele) intimidatie; agressie, geweld & bedreigingen; pesten; discriminatie; integriteit en misstanden. ‘Het leidt tot werkdruk, stress en uiteindelijk verzuim’, aldus Zuidland. Hij vindt dat er een ‘vrije route’ moet zijn voor werknemers, dus buiten management en leidinggevenden om, om hun mentale toestand met de vertrouwenspersoon te delen.
Om zichzelf kenbaar te maken als vertrouwenspersoon bij het personeel geeft Zuidland een presentatie. Daarin laat hij zien wat een vertrouwenspersoon mag doen en kan betekenen voor een organisatie. De presentatie wordt vervolgens via interne kanalen (zoals intranet) verspreid. En via anonieme vragenlijsten en gesprekken toetst hij bij medewerkers hoe het zit met wat hij de psychosociale arbeidsbelasting (PSA) noemt.’
Kleine en middelgrote organisaties
Net als MKB Nederland vindtZuidland dat vooral de kleine en middelgrote organisaties het beste kunnen kiezen voor een vertrouwenspersoon op externe basis. ‘Stel je een bedrijf voor met 50 man en een interne vertrouwenspersoon’, zo schetst hij een voorbeeldsituatie. ‘Je medewerker zit in de kantine en luncht steeds vaker met de collega, die bekend is als vertrouwenspersoon. Vervolgens gaan zij één op één serieus in gesprek in een vergaderkamer. Je voelt bij zo’n interne vertrouwenspersoon dat de anonimiteit eraf gaat en mensen niet meer vrij durven te bewegen.’
Structuren
Organisaties kunnen daarnaast het beste een gecertificeerde vertrouwenspersoon aanstellen. Deze hebben een speciale opleiding gevolgd en staan geregistreerd bij de landelijke vereniging van vertrouwenspersonen. ‘Zodoende wordt kwaliteit, kennis en kunde gewaarborgd. Op de opleiding leer je ook waar je als vertrouwenspersoon je grenzen legt. Je zit immers tussen twee vuren en moet zuiver kunnen optreden: als begeleider van een organisatie én als adviseur van de hulpzoeker.’ Dat brengt hem bij een volgende tip: je bewust zijn van je rol. ‘Ik ben geen mediator, maar een luisterend oor. Een klankbord voor zowel de werknemer als de organisatie. Je moet je nuchter opstellen, als iemand die de situatie kan opvangen zonder te escaleren. Als neutrale persoon die de directie adviseert om naar structuren te kijken, zonder namen te noemen. Zonder oordeel’
Bron: Zuidland