Wat hoort, werkt niet; en wat werkt, hoort niet.’ Het is een mooie vuistregel voor vernieuwing. Hij legt direct het spanningsveld van deze paradox bloot. Om iets te veranderen, moet je aansluiten bij de mensen met wie je werkt. Je moet door hen geaccepteerd worden, je moet positie krijgen of behouden en je moet snappen hoe het werkt in die specifieke situatie. Je moet dus aansluiting vinden. Aansluiting bij de mensen, bij wat ‘normaal’ is. Anders kun je nooit effectief zijn; je blijft dan iemand van buiten, een gekkie of gewoonweg een irrelevante figuur.
Aan de andere kant verandert er niets als je niet afwijkt. Als je alleen maar aansluit, blijft alles zoals het was. Je moet dus afwijken om verandering te bewerkstelligen. Afwijken van wat normaal is, van wat mensen gewend zijn. Maar niet zomaar afwijken. Je wijkt af met een doel. Dat doel ligt in het vraagstuk waar het over gaat. Bij dat vraagstuk sluit je juist aan als je afwijkt van wat er ‘normaal’ is in de organisatie.
Aansluiten
Daarom is het behulpzaam om niet te spreken over aansluiten versus afwijken, maar over aansluiten bij de organisatie (en de mensen, de normen, dat wat ‘normaal’ is) versus aansluiten bij het vraagstuk. Want dat vraagstuk vraagt vernieuwing, dus moet je doen wat het vraagstuk nodig heeft, en niet wat ‘normaal’ is. Maar ja, afwijken: dat geeft gedoe. Gedoe in je relaties met de mensen om je heen. Relaties die ertoe doen. Daarom is het niet altijd makkelijk om een veranderaar te zijn. Het levert gedoe op!
Humor helpt
Het helpt als je gedoe met humor tegemoet kunt treden, in het besef dat het er nu eenmaal bij hoort. Veel collega’s, zoals Jaap Boonstra, spreken over veranderen als een spel. Spel in de betekenis van play welteverstaan. Met de nadruk op speelsheid en ambachtelijkheid, in tegenstelling tot game, waarin de regels van het spel centraal staan. Kun je een veranderproces zien als een continu spel waarin je met elkaar zoekt naar wat werkt? Ik denk dat de spel-metafoor heel behulpzaam is in het omgaan met de ingebakken spanningen die veranderen met zich meebrengt. Ook in deze paradox is ‘spelen’ gewenst.
Bron: Veranderkompas
Door: Jelger Spijkerboer