Er komt een nieuwe generatie ‘unicorns’ aan die de transitie naar een duurzame economie willen versnellen en goedkoper willen maken. Gaat het deze unicorns lukken om net zoveel impact en transformatie te brengen als hun voorgangers? Die impact hebben we dringend nodig, aan de ambities zal het niet liggen.
Bijna tien jaar nadat de term ‘unicorn’ in gebruik werd genomen, zijn er momenteel zo’n duizend unicorns. Elke dag er twee bij. Unicorns, jonge snelgroeiende bedrijven die door investeerders gewaardeerd worden op meer dan 1 miljard dollar, zijn al lang niet meer bijzonder. Bekende voorbeelden zijn Uber, Tesla, Airbnb, Dropbox, Groupon, Tumblr, Twitter, Zynga, Space-X en ByteDance. Het zijn bedrijven die een enorme impact hebben gehad in hun markt en voor consumenten. Tot de Nederlandse trots rekenen we onder andere Booking, Takeaway (Thuisbezorgd), Adyen, Mollie, Bunq, MessageBird, FlowTraders en Mollie.
Strategie: snel opschalen en de markt veroveren
Tot nu toe waren unicorns vooral ICT-bedrijven die websites, marktplaatsen, software en betaaldiensten ontwikkelen. Digitale diensten en platforms lenen zich voor zo’n veelbelovend bestaan: het is relatief eenvoudig zo’n bedrijf te starten, ze kunnen razendsnel opschalen naar een wereldmarkt. En partijen die het eerste in hun markt zijn of de grootste worden (al dan niet door overnames), kunnen uiteindelijk vaak profiteren van een ‘winner takes all’-markt, waarbij hoge omzetten en winstmarges behaald kunnen worden. Dat maakt deze bedrijven zeer interessant voor investeerders die op zoek zijn naar snelle, grote groei. Ze zijn bereid om de vaak torenhoge opstartverliezen voor hun rekening te nemen, vooruitlopend op zonnige rendementen later. Deze agressieve vorm van opstarten en groeien heeft steeds meer navolging gekregen buiten Amerika en geldt wereldwijd als het voorbeeld voor het beleid van landen die ondernemerschap en groei willen bevorderen, zo ook het Nederlandse Techleap (‘leap’ verwijzend naar de schaalsprong). Ieder land wil hoog in de ranglijstjes staan.
Een nieuwe duurzame generatie unicorns
In de nieuwe golf ‘unicorns’ zien we veel bedrijven die proberen een duurzame technologie versneld naar de markt te brengen, anders gezegd bedrijven met een ‘low carbon footprint’. Hier geldt Tesla als het grote voorbeeld, dat de ontwikkeling van elektrische auto’s versneld heeft. Het bedrijf heeft een enorme beurswaarde, groter dan die van Volkswagen en Toyota, en dat met een fractie van het aantal fabrieken en medewerkers.
Nieuwe unicorns op het gebied van duurzame technologie zijn onder andere: Rivian (VS), dat een vloot aan elektrische voertuigen maakt van trucks tot stepjes; Northvolt (DK), ontwikkelt en produceert op duurzame wijze batterijen die ook recyclebaar zijn; Octopus Energy (VK), een producent van groene energie, die investeert in zonneparken; CSI Solar (Canada) een producent van zonnepanelen; Redwood Materials (VS) ontwikkelt recycling processen en eco-vriendelijke technologieën en materialen die een circulaire keten mogelijk maken; Indigo (VS) helpt boeren met geld te verdienen met duurzamere landbouw, door klimaatimpact meetbaar en verhandelbaar te maken via zogenoemde ‘carbon credits’; de Amerikaanse Beyond Meat en Impossible Foods ontwikkelen plantaardige vleesvervangers.
De Nederlandse concurrenten van kweekvlees Mosa Meat en Meatable zijn ook hard op weg naar de status van unicorn. De Vegetarische Slager werd eerder ingelijfd door Unilever, iets wat unicorns voortdurend overkomt. Verder zouden VanMoof (e-bikes) en Lightyear (zonneauto’s) die status kunnen bereiken.
Andere dynamiek
De nieuwe generatie unicorns laat goed zien wat door investeerders gezien worden als kansrijke groeimarkten en waar bestaande spelers moeite hebben om te vernieuwen. Toch kent een bedrijf dat zwaar leunt op een technologie, een andere dynamiek dan een marktplaats of een softwarebedrijf, een fintechbedrijf, waarbij de uitdaging vooral in de markt ligt en niet in de technologie. Het ontwikkelen van een nieuwe technologie en later produceren ervan vraagt grote investeringen en een lange adem met extra onzekerheid: extra hobbels bij de ontwikkeling van nieuwe technologie, onvoorziene tegenvallers, tegenvallende prestaties van de technologie na het eerste prototype. Het is allemaal minder flexibel en programmeerbaar dan de software en platformen die in de nacht een nieuwe update met bugfix of extra functies kunnen krijgen.
Bovendien kunnen deze geavanceerde technologieën niet of veel minder profiteren van een winner-takes-all-effect. Nu alle auto-bedrijven bezig zijn met de ontwikkeling van elektrische auto’s is het de vraag of Tesla zijn voorsprong in de markt kan behouden. Hoe uniek zijn de patenten en hoe gemakkelijk kan die nagemaakt worden? En is het bedrijf de beste producent van auto’s of rijden die van Mercedes en BMW veel beter en kunnen Toyota en Volkswagen veel beter schalen met al enorme productiecapaciteit in huis?
Veel unicorns worden opgeslokt door gevestigde partijen, slechts een deel gaat nog naar de beurs. Daarnaast zien we dat technologiebedrijven zoals Tesla hun technologie in licentie gaan geven aan andere Tesla wordt dan in feite een leverancier van kennis, iets wat we ook in de wereld van medicijnontwikkeling zien en bijvoorbeeld ontwerp van computerchips (het bedrijf ARM maakt ontwerpen maar produceert niets). Dat maakt de tech-gebaseerde unicorns potentieel zeer winstgevend.
Zonnige toekomst voor unicorns?
Dat er steeds meer unicorns komen op het gebied van verduurzaming is goed nieuws. De samenleving heeft dringend behoefte aan nieuwe, duurzame technologieën die snel worden opgeschaald zodat ze op grote schaal in gebruik kunnen worden genomen. Met hun bereidheid risico te nemen en keihard ervoor te gaan, kunnen unicorns hierbij een belangrijke rol spelen. Met hun eigen technologie en als katalysator van een hele sector, zoals Tesla met de de auto-industrie deed.
In ontwikkelingslanden bestaan wel zorgen dat de race van de unicorns, zal leiden tot een groeiende nadruk op octrooien en het beschermen en duur verkopen van technologie, iets waarmee de landbouw en de zorg al flink mee te maken hebben gekregen. De investeerders (waar overigens ook pensioenfondsen bij zitten) zijn immers de grote profiteurs in de wereld van unicorns.
Wellicht goed dat met name overheden, die hopen op nieuwe snelgroeiende bedrijven ook blijven inzetten op het breed toegankelijk houden van nieuwe technologieën (open source), wanneer ze met hun fondsen investeren. Want verduurzaming betekent niet alleen nieuwe technologieën maar ook een nieuwe economie waarbij alle partijen in het ecosysteem toegang hebben en kunnen profiteren van de vooruitgang.
Dat is iets waar de grote investeerders, die de afgelopen tien jaar gezorgd hebben voor de hype van unicorns en achter de eerste golf zaten, nog niet direct boodschap aan zullen hebben. Met de nieuwe golf duurzame unicorns zullen ook nieuwe investeerders toetreden die meer maatschappelijk betrokken of geworteld zijn en geduldiger zijn in het terugverdienen van hun investering. Zij moesten misschien nog even wennen aan de snelle alles-of-niets wereld van de unicorns. Toch is de unicorn geen unieke verschijning meer maar steeds meer een onderdeel van de manier waarop innovatie en disruptie plaatsvinden. Het tijdperk van de vermaarde corporate research labs van Philips en Unilever ligt inmiddels ver achter ons.
Door: Maurits Kreijveld
Maurits Kreijveld is futuroloog, spreker en adviseur. Ook schreef hij de boeken De plug&play-organisatie, Samen slimmer en De kracht van platformen.