‘Is er werkelijk iets veranderd of ben ik anders gaan kijken?’ Dit citaat van Zia Haider Rahman uit het krachtige boek De juiste vraag. De kunst van het vragen stellen in coachende gesprekken van Joris Brenninkmeijer en Mieke Voogd raakt de kern van het mediatorswerk. Want wat zeg en doe je of laat je juist na teneinde conflictpartners te verleiden tot beweging in waar het vastzit? Dit boek geeft een weldoordacht overzicht van helpende methodieken, biedt verschillende invalshoeken en nodigt uit tot reflectie.
Aansprekende voorbeelden
Daarbij is het doorspekt met ook voor mediators aansprekende voorbeelden uit de coachpraktijk, naast verrassende inzichten uit film, kunst en literatuur. Hoewel de aanleiding voor de inschakeling van een mediator van een geheel andere orde is dan die van een coach, bevestigt dit boek mij de vele raakvlakken tussen het mediators- en coachwerk. Ook voor mediators draait het in wezen om het juiste verstaan van de verbale en non-verbale taal en een formulering van een effectieve reactie daarop.
In de juiste vraag passeren meerdere ook voor mediators essentiële modellen de revue, waarbij praktische handvatten om hiermee aan de slag te gaan zorgvuldig zijn uitgewerkt. Denk bijvoorbeeld aan het communicatiemodel van Schultz Von Tuhn, de dramadriehoek van Karpman, de logische niveaus van Bateson en het circulaire interactiepatroon van Ardon.
Fasemodel van gedragsverandering
Wat verder van het bed van de conflictprofessional, maar zeker niet minder waardevol, is onder meer de beschrijving van het fasemodel van gedragsverandering en aandacht voor leren te leren. Ook in de mediationpraktijk is immers de verandering van het ‘tegen elkaar’ naar het ‘samen tegenover de kwestie’ vaak een grillig en zeker niet lineair proces.
Met dit boek van 253 pagina’s beogen de auteurs niet alleen oog te hebben voor de juiste attitude en hoe je verbinding krijgt en houdt met je gesprekspartner, de basis van de professionele vragensteller. Het gaat ook over wanneer welke vragen het meest helpend zijn en wat jou daarin als mens en professional past.
Niet voor niets heeft onderzoek uitgewezen dat de effectiviteit van helpende relaties in de hulpverlening en ook van coachende relaties voor grofweg dertig procent wordt bepaald door de relatie cliënt/ professional.
Met vlag en wimpel geslaagd
Voor mij zijn de auteurs met vlag en wimpel geslaagd in hun doel. De voornoemde pijlers vormen rode draden in de drie hoofdstukken waaruit het boek is opgebouwd. De zorgvuldig gekozen titels, Bewust vragen, Je repertoire uitbouwen en Diepere lagen aanboren, geven een goed beeld van de inhoud van het betreffende hoofdstuk.
Maar dit boek biedt meer. Vanuit een nieuwsgierige houding – de N van het acroniem OEN (open, eerlijk, nieuwsgierig) – en het misverstand dat communicatie heet, plaatsen de auteurs het coachwerk in het licht van bescheidenheid. In mijn ogen een belangrijke kwaliteit. Volgens hen is het de kunst om aandachtig, authentiek en doelbewust vragen te stellen, in het besef dat je nooit kunt weten wat precies effect zal hebben.
Het doet mij denken aan de volgende uitspraak van Frank Lloyd Wright die ik laatst las: ‘Een expert is iemand die is opgehouden met denken.’ Kan het misschien zijn dat ophouden met denken nodig is om oog te hebben voor wat er verteld wil worden? De kracht zit voor mij ook in de bekommernis voor het grotere geheel, voor de zogeheten speedbootmaatschappij, voor de plek van het coachwerk ten opzichte van de wereld die ingrijpend is veranderd.
Echt geen minpunten?
De aandacht voor stilte waar je het onzegbare mee kan laten ‘spreken’. De interesse voor het thema ‘imperfectie’ en de zinvolle vragen die de lezer aan het begin en aan het einde van het boek worden gesteld, als een van manieren waarop de auteurs de reflectie van de lezer trachten aan te moedigen.
Ik hoor u inmiddels denken of het boek werkelijk geen enkel minpuntje heeft. Om in de sfeer van de juiste vraag te blijven: wat belemmert u om dit zelf te gaan ontdekken?