Innovatie en strakke organisatiestructuren bijten elkaar. Je verliest snelheid. Daarom laat Zalando een zekere mate van chaos toe.
Hoe moet je je organisatie inrichten om snel en makkelijk, zeg agile, te kunnen (re)ageren? Veel bedrijven zijn bezig om hun manier van werken te vernieuwen of denken erover na. Bij Zalando (10.000 werknemers, 3 miljard euro omzet, miljoenenwinst, sterke groeier) is die andere manier van werken in volle gang. Bij Zalando’s Tech Hub – de plek waar de innovaties vandaan moeten komen – zijn 70 radical agility– teams actief. De teamleden kiezen zelf aan welke opdrachten ze werken, bepalen zelf hun werktijden, hun deadlines en hun werkzaamheden. De directie legt wensen neer bij de Tech Hub, zoals onlangs nog het verzoek om de Zalando-app te updaten. Een Tech Hub-manager (niet van het klassieke, vertragende soort) pitcht dan zo’n opdracht, wie mee wil doen meldt zich, zet zijn huidige werk on hold, en gaat samen met de kersverse teamgenoten enthousiast en wel aan de slag. Hoe bevalt dat agile werken? Wegbereider Frauke VonPolier, SVP People & Organisation bij Zalando, vindt de resultaten van radical agility-teams bijna altijd positief. De nieuwe Zalando-app bijvoorbeeld werkt niet alleen prima maar was ook twee keer zo snel klaar als ‘vroeger’ het geval zou zijn geweest. Het individuele verantwoordelijkheidsgevoel neemt toe. De zelfbenoemde teamleden zijn vaker bereid ook de rotklusjes op zich te nemen zonder dat iemand ze daartoe verplicht. Ze zien zelf dat die ook moeten worden gedaan om de opdracht goed uit te voeren. Maar zo’n systeem krijg je niet zomaar van de grond, erkent VonPolier. ‘Het voordeel van de Tech Hub is dat we daar continu aan het vernieuwen zijn. In zo’n omgeving is het gemakkelijker geleidelijk een nieuwe manier van werken te introduceren.’ Nieuwe medewerkers vinden het makkelijker om deze switch te maken dan mensen die al jaren meedraaien, op elkaar ingespeeld zijn en gewend zijn dat iemand ze vertelt wat ze moeten doen. Ze zijn soms te onzeker om zelf belangrijke beslissingen te nemen. Door: Yvonne Halink