Beste Jaap, Ik ben al een tijdje aan de beurt om een blog te schrijven, maar ik ben even stilgevallen. Heb even geen onderwerp. Of nee, beter gezegd, ik heb even geen zin om geluid te maken in deze tijden van herrie. Wat moet je zeggen in een tijd dat alles gericht lijkt op het zichtbaar maken van de meest extreme standpunten? Een tijd waarin neo-nazi’s uit hun holen gekropen komen om een pro-pietenstandpunt te verdedigen. Dan is er toch wat misgegaan?
Ik zou het positief kunnen uitleggen: blijkbaar heeft heel Nederland zo genoeg van deze discussie dat we het overlaten aan de meest extremen om er nog aandacht voor te vragen. Maar je kunt het ook negatief uitleggen: blijkbaar moet de nuance eruit, wil iets nog over de bühne komen, opgepakt worden door de media, bijdragen aan wat wij willen zien en horen. De discussie is letterlijk zwart-wit geworden … Geen grijstinten meer te vinden, laat staan dat we er enige kleur in kunnen aanbrengen. Of neem de reuring die er is over de nieuwe Allerhande, die blijkbaar foodies en vegans in het vlezige of vleesloze kruis tast. Eten als statement. Een chique reclame-vreetblaadje als splijtzwam.Ik ben er even moe van dat we Nederland in uitersten voorgeschoteld krijgen. Ik kijk er met een soort geschrokken verbazing naar.Alles lijkt gericht op beleving. Het ene nog mooier, spectaculairder, bijzonderder dan het andere. We moeten spetterende winterweekends, orgastisch lekker eten, supervette kleren, onwijs gave feestjes. De media laat ons bovendien een wereld zien vol bijzondere mensen. Alsof dat de maat der dingen is. Je moet je onderscheiden door bijzonder te zijn. Je wil zichtbaarheid, want dat voelt als erkenning. Dat alles in schreeuwende kleuren. Erkenning en zichtbaarheid worden steeds meer aan elkaar gekoppeld en daarmee raken erkenning en erbij horen van elkaar gescheiden. Maar er echt bijhoren, dat is stil en vanzelfsprekend. Al die reuring maakt ons als samenleving niet inclusiever. Ik hou van de middelmaat. Ik ben blij dat er in alles voors en tegens zijn en dat je het daarmee moet doen. Ik vind het fijn dat het echte leven een leven van compromissen is. Ik vind het geruststellend dat je niet leuk, flitsend, succesvol en bijzonder bent, maar gewoon iemand die ook een beetje door het leven prutst. Dat je werkt met mensen die allemaal middelmatig zijn maar met elkaar wat moois maken. Eigenlijk geef ik de voorkeur aan pasteltinten. Misschien is dat wel wat ik wil zeggen, dat ik zo graag weer in pasteltinten zou praten. Kunnen die engerds met hun extreme standpunten weer onder een steen? Kunnen we het gewone gesprek weer een keer voeren? Zo’n gesprek waarin feiten en argumenten uitgewisseld kunnen worden, waarin respect is voor elkaars standpunt en waarin gezocht wordt naar hoe bruggen te slaan? Kunnen we met die grote diversiteit aan middelmatigheid bouwen aan wat moois waar iedereen onderdeel van kan zijn. Kan dat? Alleen op die manier kunnen we een kleurrijk land worden. Groet, Leike Leike van Oss en Jaap van ’t Hek schreven samen veel boeken over verandermanagement en veranderkunde. Daarnaast schrijven ze elkaar brieven. Meer vind je op hun boekenwebsite >>>