Wat me altijd weer raakt als ik biografieën lees van mensen die we moedig noemen, is hun innerlijke vrijheid. Spinoza koppelt moed aan de vrije mens en in menige wijsheidstraditie is innerlijke vrijheid een van de hoogst haalbare mentale toestanden. In onze grondwet is vrijheid stevig verankerd en we vechten er oorlogen voor uit. Alle reden om er een hoofdstuk aan te wijden in het boek Factor Moed. Zeker omdat een bepaalde vorm van vrijheid gekoppeld lijkt te zijn aan moed.
Vele vormen van vrijheid
Vrijheid kent vele vormen. Vrij zijn om te zeggen wat je denkt, te doen wat belangrijk voor je is, een relatie te hebben met wie je wilt, de baan te kiezen die bij je past, de overtuiging te hebben die je wilt – het is in ons land geborgd in de grondwet. Vrijheid verhoudt zich tot andere waarden die in diezelfde grondwet zijn vastgelegd, zoals het verbod op discriminatie. In het spanningsveld van de dagelijkse praktijk leven we op die basis. In die zin zijn wij vrij te noemen.
Nelson Mandela was niet vrij. Het grootste deel van zijn leven bracht hij door in gevangenschap. Toch is hij voor velen een groot voorbeeld van vrijheid. Niet alleen vanwege zijn strijd ervoor, maar ook vanwege zijn vermogen zijn geest vrij te houden, ondanks dat hij fysiek gevangen zat.
Buigen, niet barsten
Minder spectaculair maar net zo bijzonder zijn de mensen die ik van dichtbij heb zien slagen in ‘buigen maar niet barsten’. Ze gingen soms gebukt onder zware omstandigheden, maar ze bleken veerkrachtig. De omstandigheden kleurden hen wel, maar namen hen (uiteindelijk) niet gevangen.
Fysieke en grondwettelijke vrijheid is een groot goed. Het is een belangrijke basis voor menswaardigheid en ontwikkeling. In de context van de Factor Moed zoomen we vooral in op de geestelijke of innerlijke vrijheid.
De onzichtbare gevangenis
Jaren geleden was ik voor het eerst getuige van een tragische val van een succesvol man. Hij had een goede baan, zijn leven leek te voldoen aan alle gebruikelijke succesparameters. Hij was daar trots op. Leek er ook zijn identiteit aan te ontlenen. Tegen kritiek kon hij niet. Samenwerken met hem ging uitstekend als je deed wat hij wilde. Anders niet. Toen gebeurde de ramp: hij verloor zijn baan. Het hele fundament voor zijn identiteit en succesbeleving werd onder hem weggeslagen. Het was een heel proces, maar in het kort kwam het erop neer dat er niets van hem overbleef.
Ik was 29 en het maakte indruk. Ik besloot dat ik zo niet wilde worden. Sindsdien stel ik mezelf in goede tijden regelmatig de vraag: Wat als dit alles wegvalt, wat blijft er dan over van me, wie ben ik dan? Waar ga ik, in essentie, voor anker in het leven? In mijn omstandigheden? Of is er meer? Het is een drijfveer geweest voor het leren bewust te zijn waaraan ik mijn identiteit ontleen en wat in essentie bij zaak is.
Niet alleen voor mezelf was ik nieuwsgierig hoe dit werkt. Het intrigeerde me in het algemeen. Ik las over grote voorbeelden en sprak door mijn werk talloze mensen met gewone levens. Ik zie en zag veerkracht in situaties die je niemand toewenst maar ook veerkracht om grote weelde te hanteren. Een gemene deler zat in de mate waarin mensen volledig van hun omstandigheden afhankelijk waren en ermee samenvielen, of dat er meer was dan dat. En juist dat ‘meer’ is interessant.
Er is meer
Dat ‘meer’ gaat richting het vermogen je emoties mee te maken, maar er niet in onder te gaan. Dat ‘meer’ lijkt ook te maken te hebben met een bepaald soort gerichtheid die voorbij de omstandigheden gaat. Dat kan soms meteen al naar voren springen zodra iets gebeurt; het kan ook via de route ‘kopje onder’ gaan. En soms lukt het niet.Een karikatuur van de innerlijk vrije mens is de mens die voor zijn eigen gelukzaligheid op een kussentje verlicht zit te zijn. Het idee dat zo iemand geen emoties meer kent en vrij is van hartstochten, is beangstigend en ongezond. Als zo iemand al zou bestaan, zou het niet mijn leermeester zijn. De uitdaging ligt voor de overgrote meerderheid van ons erin om juist met onze emoties en hartstochten een balans te vinden waarmee we midden in het leven kunnen staan, zonder dat omstandigheden ons gevangen houden.
Want dat is waar innerlijke vrijheid in essentie over gaat: geen gevangene zijn van je emoties, hartstochten en omstandigheden. Een hele kunst! De meerderheid van de reacties op social media duiden angst als beklemmend. Hebzucht, macht en jaloezie hebben diezelfde werking van onvrijheid. Slaaf worden van je eigen drift en is zo onvrij als een mens maar kan zijn.
Bron: Factor Moed
Door: Marinka Lipsius, Remco Claassen