Systeemgericht leiderschap – Keek op de week
Leiderschap gaat om mensen teleurstellen in een tempo dat ze kunnen verdragen (Heifetz &Linsky)

Politiek leiderschap & de productieve zone van ongemak
Mogelijk kijk ook jij met verdriet en zorg naar het geweld en de agressie die in Nederland zichtbaar zijn rond asielmigratie. Met aan de ene kant politiek leiders die de negatieve emoties verder versterken en aan de andere kant politici die alle mensen die protesteren typeren als extreemrechtse relschoppers die zich laten opjutten op basis van onjuiste informatie. Iets dat vervolgens weer negatieve emoties oproept. Zo ontstaat een systeemdynamiek die zichzelf alleen maar lijkt te versterken. Hoe komen we uit die klem? Wat zijn inzichten vanuit systeemgericht leiderschap die kunnen helpen?
Systeemgericht leiderschap heeft veel aandacht voor de manier waarop (sociale) systemen kunnen veranderen. Met begrip voor de natuurlijke neiging niet te willen veranderen door te grote druk van buitenaf. Een term die hier binnen de systeemtheorie voor wordt gebruikt, is ‘homeostase’: de neiging van een (sociaal )systeem om dat systeem constant te houden. Daarbij wordt wel de vergelijking gemaakt met het menselijk lichaam. Dat is er heel goed in om de lichaamstemperatuur vrij constant te houden, ondanks grote wisselingen in de temperatuur van de omgeving.
De traditionele verandertheorie stelt dat het -om toch beweging te krijgen- belangrijk is om te werken aan urgentiebesef. Het benadrukken van wat er mis zal gaan als er geen verandering komt. Maar die aandacht voor bedreigingen heeft als bij-effect dat het angst en daarmee homeostase versterkt wat veranderen juist moeilijker maakt.
Systeemgericht leiderschap pleit in navolging van Heifetz & Linsky[1] voor een andere manier van kijken. Namelijk je bewust zijn van dit effect van te veel spanning. Maar ook van het effect van te weinig spanning. Want dan blijven oude patronen bestaan, er gebeurt niets.
Wat nodig is, is genoeg spanning om mensen zich bewust te laten worden van de noodzaak tot verandering, maar met genoeg veiligheid om ook te kunnen veranderen. Leiders moeten op zoek naar wat zij ‘de Productieve zone’ noemen. De spanning dóseren en begeleiden bij het aangaan van die spanning.
Passen we dat toe op actuele dossiers dan kan dat de volgende inzichten opleveren:
Klimaat en energietransitie
Als je als politicus burgers en bedrijven wilt mobiliseren richting duurzame keuzes is het belangrijk je bewust te zijn dat de dreiging van hoge kosten en veranderingen te snel en hard worden opgelegd (verplichte warmtepomp, verplicht van het gas af, windmolens zonder inspraak), leidt tot te veel spanning en daarmee verzet (boerenprotesten, ‘gele hesjes’). Maar te veel vrijblijvendheid leidt ook niet tot beweging. De kunst is op zoek te gaan naar de productieve zone waarin burgers voldoende urgentie ervaren (bijvoorbeeld om overstromingen te voorkomen), maar ook handelingsperspectief voelen door passende subsidies en de ervaring dat de lasten van de transitie eerlijk worden verdeeld.
Internationale veiligheid
Ook hier geldt dat te weinig spanning, bijvoorbeeld door bedreigingen te bagatelliseren, leidt tot inertie. Maar te veel spanning: alarmisme of oorlogsretoriek kan paniek en angst veroorzaken.
De productieve zone zou zijn erkennen dat offers (defensiebudget, sancties, opvang) nodig zijn, maar tegelijk duidelijk perspectief geven op nut, proportionaliteit, voorkomen van willekeur en passende betrokkenheid van omwonenden bij intensiever gebruik van openbare ruimte door defensie.
Migratie en integratie
Te weinig spanning staat hier voor het negeren van problemen (druk op huisvesting, ontbreken van draagvlak voor asielzoekerscentra en het gevoel dat de politiek geen grip heeft). Dat brengt geen beweging. Maar ook te veel spanning, paniekretoriek of pleiten voor extreme maatregelen leidt niet tot het oplossen van problemen, maar tot polarisatie, angst en verlies van sociale cohesie. De productieve zone is ook hier het erkennen van reële zorgen en het benadrukken van kansen, met beleid dat rechtvaardig en haalbaar voelt. En daarbij burgers helpen de pijn te verdragen dat Nederland nooit meer zal worden zoals 50 jaar geleden, maar ook dat het niet mogelijk is al het onrecht in de wereld in Nederland op te lossen met behoud van een gezonde Nederlandse samenleving.
De boodschap voor politici die Nederland oprecht verder willen brengen is dus: het ontkennen van ongemak en kritische stemmen wegzetten of niet serieus nemen werkt averechts. Maar ook te veel spanning helpt niet: polarisatie, framing en complottheorieën brengen geen beweging. Goed politiek leiderschap betekent continu balanceren in de productieve zone van ongemak. Te veel geruststelling leidt tot passiviteit, te veel dreiging tot polarisatie en verlamming. De kunst is urgentie voelbaar te maken én verlies te erkennen en handelingsperspectief te bieden. Een volgend kabinet zal alleen succesvol zijn als dat niet alleen kijkt naar wat de eigen achterban wil, maar aandacht heeft voor wat het nodig is om burgers mee te kunnen nemen in de grote veranderingen die nodig zijn voor Nederland.
Makkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk. Maar als het politiek leiders niet lukt om die productieve zones van verandering te vinden is er een groot risico dat het vertrouwen in de politiek en vervolgens het vertrouwen in de overheid en de democratie verder afneemt. Waardoor het steeds moeilijker wordt die productieve zones te vinden…
Systeemgericht leiderschap richt de aandacht op het benutten van een systeemgerichte blik en systeemgerichte interventies in leiderschapsrollen. In haar ‘Keek op de Week’ bespreekt Aty actuele onderwerpen die passen bij deze benadering.
Meer lezen over systeemgericht leiderschap? Dat kan in het nieuwe boek van Aty Boers >>>
Door: Aty Boers
[1] [1] Naar: The Practice of Adaptive Leadership: Tools and Tactics for Changing Your Organization and the World, Ronald Heifetz, Alexander Grashow, and Marty Linsky, Harvard Business Press, 2009.