Leiders moeten weten hoe ze warmte uit kunnen stralen. Ook moeten ze niet hameren op hun competenties om te bewijzen dat ze goede leiders zijn, maar moeten ze beseffen dat leiden begint met warmte.
Uit steeds meer onderzoeken blijkt dat warmte het toevoerkanaal naar invloed is. Warmte faciliteert vertrouwen, communicatie en de opneming van ideeën. Kleine non-verbale signalen zoals een knikje, een lach of een gebaar laten mensen weten dat je het fijn vindt in hun gezelschap te zijn en dat je aandacht voor ze hebt. Leiders moeten vertrouwen kweken. In een managementsetting vergroot vertrouwen het delen van informatie, de openheid, soepelheid en samenwerking. Dientengevolge zullen zaken als planning, coördinatie en uitvoering soepeler verlopen.In het ideale geval worden warmte en kracht gecombineerd. Wie zich zelfverzekerd en kalm voelt, kan authenticiteit en warmte uitstralen. Wie de gave om warmte uit te stralen niet van nature heeft kan een paar trucs aanleren, zoals het plaatsen van handen op de knieën of op tafel in plaats van ze over elkaar te vouwen.
Bron: Management Executive.
Leestip: Leiderschap in organisaties.