Gezeur, gezeik, gedoe. Het komt in veel vormen. Maar welke gezichten heeft gezeur eigenlijk allemaal?
Verbaal gezeur
De gemakkelijkst te detecteren vorm van gezeur is het verbale gezeur. Mensen die hun onvrede uiten op een manier die zich vaak kenmerkt door de woorden: niet, nooit, altijd, weer, onmogelijk, irreëel, onterecht, oneerlijk, onbegrepen en eigenlijk alle andere ontkennende woorden uit Van Dale. Zeurders maken vaak lange zinnen en beginnen al aan een nieuwe voordat de vorige is afgelopen. Ze maken rijkelijk gebruik van opsommingen en verwijzingen in tijd en plaats.
Het is al lastiger gezeur te herkennen dat verbaal verpakt wordt door schijnbegrip. Gezeur dat voorafgegaan wordt door een uitspraak die heel redelijk lijkt, sympathiek zelfs en getuigt van betrokkenheid. ‘Ik snap best dat de organisatie wil bezuinigen, maar als ik dat werk in tien minuten moet doen, kan ik echt geen kwaliteit leveren.’
In die categorie hoort ook gezeur dat eerst begrip creëert door omstandigheden als reden te gebruiken waarom iets niet gelukt of niet gebeurd is. ‘Heb ik de kinderen zonder ontbijt naar school gedaan en ben ik een uur eerder van huis vertrokken, sta ik nog in de file, heb ik ook nog een lekke band en dan ga jij mij vertellen dat ik altijd te laat kom? Dat is zo onterecht!’ Mensen die verbaal vaardig zijn, maken trouwens sowieso een betrouwbare indruk en dan kan het moeite kosten om door die mooie worden het gezeur te herkennen.
Non-verbaal gezeur
Non-verbaal gezeur is er ook alom. De ogen wegdraaien, zuchten, steunen, minzaam glimlachen, of juist ogen die vuurspuwen, een boze en verkrampte lichaamshouding, mentaal niet thuis geven: we komen het allemaal vaker tegen dan we ons bewust zijn. En ook non-verbaal gezeur heeft invloed op de stemming van de ontvanger. Sterker nog, aangezien we het overgrote deel van de tijd non-verbaal en onbewust communiceren,
zijn we met elkaar druk in de weer om non-verbaal standpunten uit te wisselen. En dan lokt negatieve energie negatieve energie uit; dat gebeurt ofwel door medestand, ofwel door tegenstand.
Waarom zeuren we
Maar waarom zeuren we dan eigenlijk? Wat hebben we eraan? Als we gezeur proberen af te pellen, zijn er een aantal redenen te onderscheiden:
- opluchten;
- status verwerven;
- verbinden;
- ontluchten;
- zichzelf vrijpleiten;
- ontkennen.
Roddelen
Dan is er nog het zeuren tegen elkaar over elkaar: roddelen. Waarbij we de waarheid best hier en daar wat oprekken door suggestieve opmerkingen of vermoedens toe te voegen. ‘Ze heeft weer haar weekrapportage niet ingevuld, want ze werd zogenaamd steeds uit het systeem gegooid, sowieso levert ze nooit wat op tijd op. Pieter laat dat allemaal maar gebeuren, want ze is getrouwd met zijn broer hè.’
En als we er dan al toe komen de persoon in kwestie rechtstreeks aan te spreken op iets waar we last van hebben, dan zwakken we onze klacht vaak af. Omdat de soep dan toch niet zo heet gegeten wordt. Of we vinden een verklaring van de ander al gauw reden genoeg om ons gezeur te beteugelen. Wat we in ons geroddel smoesjes noemen, vinden we als we met de persoon in kwestie spreken vaak heel aannemelijke verklaringen voor iets wat niet gelukt is. Best gek eigenlijk, want waarom roddelen we dan zo vaak?
Gelijkwaardigheidscomponent
We zijn door te roddelen even heel snel populair, want we hebben een scoop. En het principe van roddelen heeft paradoxaal genoeg ook een gelijkwaardigheidscomponent in zich. Met roddelen maken we iedereen aan elkaar gelijk. Iedereen heeft wel wat. Hoe succesvol iemand ook is, er is heus wel iets te bedenken wat mis is. En dus roddelen we met iedereen over iedereen. En houden we de kudde op zijn plaats. Ook een vorm van verbinden. In hetzelfde schuitje zitten. Heldenverhalen zijn er niet zo veel. Vraag een willekeurige collega wie nou echt een inspirerend voorbeeld is en het blijft heel vaak heel stil.
Bron: Het gezeur van de baas
Door: Miranda Keijser-van Gils