Volgens futuroloog Wim de Ridder moeten beleidsmakers de toekomst nodig omarmen. Anders verspelen we de kans op nieuwe welvaart. Een dubbelinterview met de futuroloog en zijn zoon, bedrijfseconoom Willem Peter de Ridder.
Wim de Ridder is net zeventig geworden. Hij geldt als de grondlegger van de academische futurologie in Nederland en bekleedde lange tijd de leerstoel Toekomstonderzoek aan de Universiteit Twente. Tegenwoordig – still going strong – richt hij zich met zijn bureau Futures Studies vooral op langetermijnverkenning en strategische advisering. Zijn onlangs verschenen boek Metamorfose, over de nieuwe welvaart die voor het grijpen ligt als we de digitalisering omarmen, is het sluitstuk van een trilogie die hij opende met De strategische revolutie (2012) en die hij vervolgde met De ontdekking van de toekomst (2014). Willem Peter de Ridder is zesenveertig. Gepromoveerd bedrijfseconoom, gespecialiseerd in de organisatorische vertaling en inbedding van nieuwe technologie. Hij heeft net zijn baan opgezegd bij het Corporate Center van Aegon om verder te gaan in het bureau van zijn vader. Eerder dit jaar publiceerde hij Digital by default, over de rol van het strategisch management in de digitale transformatie.