Er zijn veel problemen in de jeugdzorg en regelmatig verschijnen er verontrustende berichten in de media over de jeugdzorg. Welke oplossingsrichtingen zijn er? Koplopers in de zorg publiceerde de Toekomstwijzer Jeugd. In dit artikel schetsen zij de hoofdlijnen van deze toekomstwijzer.
Als we het over de jeugdzorg hebben dan valt in de eerste plaats de grote groei op van het aantal jongeren dat gebruik maakt van jeugdzorg: van 4% van de jongeren in 2000 naar 12,5% nu. De volgende redenen worden voor deze toename genoemd. Jongeren groeien onder andere omstandigheden op: er zijn meer echtscheidingen, er wordt meer van hen verwacht dan vroeger en sociale media beïnvloeden sterk hun leven. Daarnaast hebben we als maatschappij steeds meer de neiging labels op jongeren te plakken: drukke kinderen hebben ADHD en als een kind niet goed kan meekomen op school dan heeft hij of zij dyslexie, of is – beter – hoogbegaafd. Ook moet men aan een steeds hogere ‘geluksnorm’ voldoen, zowel ouders als kinderen. Teleurstellingen moeten daarom worden verklaard, dus een gang naar jeugdzorg ligt voor de hand. En als we aan kinderen denken, zien we vooral de risico’s en negatieve factoren in plaats van deze te accepteren en het kind zijn ontwikkeling te gunnen.Van lineair aanbodgericht naar vraaggestuurd circulair denken
Binnen deze ontwikkelingen valt een aantal aandachtspunten op. Sinds de gemeenten zorg inkopen doen ze dat vaak in de vorm van welomschreven producten. Nog los van het feit dat dit tot tijdrovende procedures met soms bizarre eisen heeft geleid, wordt de professional hierdoor gedwongen om zich voortdurend de vraag te stellen of het probleem wel of niet in het product past dat met de gemeente overeengekomen is. Hierdoor is hij vaak niet in staat de bredere context erbij te betrekken, zoals de rol van de ouders, het onderwijs, vrienden, sport et cetera. Vele factoren en actoren bepalen immers het welbevinden van de jongere.De professional wordt gedwongen om zich voortdurend de vraag te stellen of het probleem wel in het product past dat met de gemeente is overeengekomen.De interventie moet het probleem oplossen, waardoor zogenaamd lineair aanbodgericht denken overheerst. Vraaggestuurd circulair denken zou beter passen bij de dynamiek van de jongere, waarbij men telkens wat anders probeert als een interventie niet aanslaat. En niets doen kan trouwens ook helpen: watchful waiting. De regie en coördinatie binnen processen is onduidelijk, want de gemeente geeft vaak geen invulling aan haar regierol waardoor kinderen tussen wal en schip vallen, er wachttijden ontstaan et cetera.
Kennis wordt weinig gedeeld
Een ander punt is dat de effectiviteit van veel interventies onduidelijk is. Er is te weinig collectief denken en delen van ervaringen, er wordt ook niet op gestuurd. Daardoor ontwikkelt de gemeenschappelijke kennis zich erg langzaam en wordt op vele plaatsen het wiel uitgevonden. Vanwege de vaak complexe problematiek heb je als professional daarnaast veel ‘vlieguren’ nodig om allerlei situaties goed te kunnen inschatten. Aan de andere kant van het spectrum heb je het DSM dat een veel te zwaar instrument is in deze sector, want veel problemen zijn eenvoudig op te lossen.Oplossingen
Na het bovenstaande is natuurlijk de vraag hoe gaan we dit oplossen. Gelukkig zijn hier vele aanvliegroutes voor. Allereerst natuurlijk moet de maatschappelijke vraag worden beantwoord over hoe we onze kinderen willen opvoeden, waar we gelukkig van worden en wat we van onze kinderen kunnen eisen. Dat is het begin geweest van de grote groei in vraag naar jeugdzorg.We moeten de jongere veel breder benaderen en erkennen dat niet alleen de ouders maar ook school, sportverenigingen, wijkvoorzieningen en vrienden een rol spelen bij de opvoeding.We moeten de jongere veel breder benaderen door het formeren van een ‘bredere pedagogische setting’: erkennen dat niet alleen de ouders maar ook school, sportverenigingen, wijkvoorzieningen en vrienden een rol spelen bij de opvoeding – meerdere actoren in meerdere contexten. Als je bepaalde zaken met behulp van preventie wilt voorkomen (bijvoorbeeld pesten), dan moet je dat breed opzetten en al deze groepen bij betrekken. Dus als we wat willen veranderen dan zal dat op meerdere terreinen moeten gebeuren. Ook moeten we de jongere er bij betrekken: nu worden ze als last gezien, ze worden weggestuurd in plaats van hen te accepteren als normaal onderdeel maatschappij.