Kotex is een bedrijf dat in korte tijd gegroeid is van 7 naar 200 mensen. Reden voor een grote speler (Tapir BV) in de markt om flink te investeren in Kotex. Bij de medewerkers van dit bedrijf ontstaat daardoor onrust. Wat zal er met hen gebeuren? Worden ze ontslagen? Moeten ze op een werkplek werken die ver van huis is? Kortom: de investering van Tapir roept angst op.
Deze angst is begrijpelijk maar niet gegrond. Echter: ook nadat de directie van Kotex heeft gezegd dat er geen sprake zal zijn van verplaatsing of ontslag blijft bij enkele medewerkers de angst overheersen. Waarom, vraagt de directie zich af. Hoe kan het dat deze mensen achterdochtig blijven nadat hen in alle oprechtheid verteld is dat er niets zal veranderen?
Onweer in het brein
Het antwoord ligt in het brein. De kans is namelijk groot dat de medewerkers hun directie wel geloven, maar toch angstig blijven. In dat geval moet je concluderen dat hun nuchtere verstand het niet wint van hun irrationele angsten. In breintaal (schrik niet, ik leg het zo uit): hun prefrontale cortex krijgt hun amygdala niet onder controle.
Hoe zit het? Van onze voorouders hebben wij een brein geërfd waarin vele miljoenen jaren evolutie hun sporen hebben achtergelaten. Om controle te krijgen over onze angsten (en wie wil dat niet?) gebruiken wij ons bewustzijn, en dat zetelt in de prefrontale cortex. Dit prachtige onderdeel van onze hersenen is pas laat in de evolutie gekomen.
Daarvoor waren de andere hersendelen autonoom. Ook de amygdala. Dit deel ‘scant’ de omgeving op overleving. Het is onder andere betrokken bij honger, voortplantingsdriften en geeft signalen af als we bedreigd worden. Dat kan voelen als boosheid of angst.
Een beer?
Die amygdala hebben we lang geleden hard nodig gehad. Toen de mens nog onderdeel uitmaakte van de global zoo, ver voor de prehistorie, moest hij op zijn hoede zijn om te overleven. De amygdala hielpen hem hierbij. Ze zetten het systeem in de alertheidsstand. Het was maar goed dat er geen prefrontale cortex tussenkwam, die hem liet denken: ‘Een beer? Eens kijken. Zal ik vluchten of zal ik zal ik vechten?’ Het zou hem zijn leven hebben gekost.
Met een beetje fantasie zou je kunnen zeggen dat de amygdala een restproduct zijn uit de tijd dat er veel dreiging was voor de mens. We hebben ze nog steeds nodig, maar in verhouding tot de gebeurtenissen reageren ze vaak te heftig. En ze hebben daarbij een vervelend trekje. Ze laten zich niet zomaar sturen door onze prefrontale cortex. En dit zou in onze tijd echt erg handig zijn.
Mens is geen computer
Vat je dit samen, dan betekent het dat we onze ‘amygdala-impulsen’ niet altijd ‘prefrontaal’ onder controle kunnen krijgen. En in het voorbeeld van de mensen van Kotex verklaart dat wel iets. De directie stelt de medewerkers daar gerust. Met hun prefrontale cortex bevatten ze wat er gezegd wordt. Misschien geloven ze het zelfs. Maar hun amygdala zijn in stelling gebracht.
En hun bewustzijn (prefrontale cortex) ‘praat’ wel tegen hun amygdala, maar die blijven ongerust, als kinderen die bang zijn in het donker. Ze willen zichzelf wel ‘resetten’, maar het lukt ze niet. We zijn geen computers. En dat is eigenlijk maar goed ook.
Bron: Bert Overbeek (pitcher.support@hetnet.nl) via ManagementSite/JongeBazen.nl.