Naar verwachting groeit de wereldbevolking tot circa 9 miljard mensen in 2050. Hierdoor zal, ook als het huidige welvaartspeil afneemt, de vraag naar grondstoffen en energie enorm groeien. Maar landbouwgronden en fossiele energiebronnen zijn eindig en veel essentiële grondstoffen zijn nu al schaars. Ons lineaire economische systeem – de rechte weg van ‘take, make en waste’ – is in zijn huidige vorm dan ook niet houdbaar. Maar er is een oplossing: het roer snel omgooien en inzetten op een groene, circulaire economie.
Hoe ziet ondernemen in die nieuwe economie eruit? Welke nieuwe spelregels gelden en hoe kunnen ondernemingen daar hun voordeel mee doen, bij het bouwen van hun businesscase? Marga Hoek beschrijft hier zeven succesfactoren voor duurzaam ondernemen.
De groene, circulaire economie
De Groene Economie is per definitie een circulaire economie en koppelt winstgevendheid aan ecologische en sociale houdbaarheid. In een circulaire economie worden producten die hun functie hebben verloren steeds opnieuw gebruikt als grondstof voor hetzelfde of een ander product. Grondstoffen rouleren waar mogelijk oneindig en vinden steeds weer hoogwaardige toepassingen in andere producten.
Dat heeft drie consequenties:
- Afval = grondstof voor nieuwe toepassingen.
- Energie = hernieuwbaar (elke economische activiteit moet mogelijk zijn met energie uit hernieuwbare bronnen, zoals windmolens, zonne-energie, energie uit afvalwater enz.).
- Marktprijzen van grondstoffen en energie zijn gelijk aan de reële kostprijzen (om aan te zetten tot rationeel en zuinig gebruik van schaarse bronnen).
Deze omschakeling naar een circulaire economie heeft verschillende voordelen, zo blijkt uit diverse onderzoeksrapporten: zo leidt het tot een robuustere economie met een hoger innovatieniveau, meer kapitaalproductiviteit en meer werkgelegenheid.