Beste Jaap,
Tja, echt gezagsvolle bovenmeesters lijken Mark en Hugo niet meer. Maar je zal ons als bevolking maar in je klas hebben. Wat een opgave!
We kunnen allerlei factoren noemen waarom het gezag tanende is, maar misschien moeten we ook eens naar onszelf kijken. De coronacrisis laat weliswaar in versneld tempo de kaalslag zien van twintig jaar verzelfstandigen, verzakelijken en sturen op efficiency, maar misschien toont het ons ook de beperkte houdbaarheid van een aantal ideeën over het richten van gedrag.
Zo blijkt de Why nog niet zo richtinggevend. En dat terwijl juist nu die Why heel helder is. Gewoon met zijn allen zorgen dat we dat virus onder controle krijgen. De theorie zegt dat als de Why betekenisvol is, het voor ons makkelijk is om ons handelen erop af te stemmen. Bij de eerste lockdown voelden we hem allemaal, die Why, maar nu het allemaal langer duurt, vinden we het als bevolking toch lastiger dan de theorie ons belooft. Ons gedrag schiet alle kanten op.
Zo blijkt de Why nog niet zo richtinggevend. En dat terwijl juist nu die Why heel helder is.
De volgende tegenvaller
Wat me brengt op een volgende tegenvaller. We blijken ook al geen zwerm die met minimale regels tot zelforganisatie komt. Zwermen, zo zegt de theorie, hebben maar een paar ‘regels’ nodig om toch ‘in sync’ tot samenhang en zelfsturing te komen. Bij vogels is dat zoiets als: vlieg ongeveer even hard, hou de afstand tot je buren in de gaten, en vlieg ongeveer dezelfde kant op als je voorgangers. Uit die simpele regels ontstaat de grote elegantie van die prachtige harmonieuze patronen van bijvoorbeeld een zwerm spreeuwen aan de zomeravondhemel.
Voor ons in coronatijd zijn de zwermregels: als het niet echt noodzakelijk is blijf thuis; vermijd drukte; als je klachten hebt blijf thuis en laat je testen, hou 1,5 meter afstand; en dan nog dat handenwassen en hoesten in je ellenboog. Makkelijk genoeg zou je zeggen.
Maar we zijn geen vogels. Velen gebruiken de regels om te kijken wat nog net kan en zoeken daarin de randen op, net te weinig afstemmend op wat nodig is voor het grotere geheel. We calculeren de winst toch erg graag naar onszelf toe, zoeken de ruimte die voor ons persoonlijk van belang is, en overtuigen onszelf dat wij best de uitzondering mogen zijn.
Niet álle mensen deugen
Er ontstaat een bijna toxische cocktail van individuele vrijheid en vrijheid van meningsuiting.
Nog zo’n tegenvaller: niet alle mensen deugen. En juist die mensen vinden dat ze als uitzondering niet krijgen waar ze recht op hebben. We worden – vaak geholpen door de (social) media – geconfronteerd met nare, niet-deugende gevaarlijke demagogen, rellers, onbeschoften en respectlozen die een steeds sterker stempel lijken te drukken op deze tijd. Er ontstaat een bijna toxische cocktail van individuele vrijheid en vrijheid van meningsuiting. Beide een groot goed, maar in deze spanning soms verwordend tot het betwisten of bevechten van elkaars vrijheid. Vrijheid die we voor onszelf opeisen, maar een ander soms niet gunnen.
Dit zijn tijden van belangenverschillen, schaarste en spanning. Tijden van rommelige oplossingen, van niet weten en het niet voor iedereen goed kunnen doen. Tijden waarin het voor niemand leuk is, maar waar we samen doorheen moeten. Tijden waarin we moeten aankunnen dat het niet altijd voor iedereen leuk of eerlijk is, dat harde keuzes gemaakt moeten worden terwijl we ook zacht moeten blijven met elkaar. En hoewel de meeste mensen zich – al dan niet zuchtend – aan de maatregelen houden, is het misschien ook tijd om een aantal opvattingen over onszelf te herzien. Ze passen misschien beter in tijden van overvloed en rust.
We kunnen niet alles wat gebeurt toedichten aan onze bovenmeesters. Misschien zegt wat zij doen wel meer over onszelf dan over hen en moeten we ook naar onszelf kijken. En misschien hebben we daar dan ook wat andere modellen voor nodig.
Groet, Leike
Veranderkundigen Leike van Oss en Jaap van ’t Hek schreven samen veel boeken over verandermanagement en veranderkunde. Daarnaast schrijven ze elkaar brieven. Hun nieuwste boek is: Onmacht >>>